Alfa Romeo (Formule 1)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Alfa Romeo F1 Team
Formule 1-team
Alfa Romeo
Algemene informatie
Nationaliteit Vlag van Italië Italië (1950-1985)
Vlag van Zwitserland Zwitserland (2019-2023)
Oprichter(s) Vlag van Frankrijk Alexandre Darracq
Vlag van Italië Ugo Stella
Vlag van Italië Nicola Romeo
Actieve jaren 1950 - 1951
1979 - 1985
2019 - 2023
Website alfaromeo.com
Sportieve prestaties
Aantal F1-races 214 (214 starts)
Coureurs-kampioenschap(pen) 2 (1950, 1951)
Overwinningen 10
Aantal podia 26
Totaal punten 199
Aantal polepositions 12
Aantal snelste rondes 16
Eerste Grand Prix Groot-Brittannië 1950
Eerste overwinning Groot-Brittannië 1950
Laatste overwinning Spanje 1951
Laatste Grand Prix Abu Dhabi 2023
Formule 1 in 2023
Coureurs 24. Vlag van China Zhou Guanyu[1]
77. Vlag van Finland Valtteri Bottas[2]
Testcoureurs Vlag van Frankrijk Théo Pourchaire
Chassis Alfa Romeo C43
Motor Ferrari
Banden Pirelli P Zero (droog)
Pirelli Cinturato (nat)
Portaal  Portaalicoon   Autosport

Alfa Romeo F1 Team was een Italiaans Formule 1-team dat tussen 1950 en 1985 deelnam als constructeur en van 2019 tot 2023 als naamsponsor onder de Zwitserse vlag. Van 1950 tot 1988 was het merk ook een motorleverancier in de sport. Alfa Romeo was een van de constructeurs die deelnamen aan het inaugurele seizoen van de Formule 1, dat door een van hun rijders, Nino Farina, dat jaar werd gewonnen. Juan Manuel Fangio greep de rijderstitel voor Alfa Romeo in 1951.

Na bijna dertig jaar absentie keerde het merk in 1979 terug in de Formule 1, waarna het vanaf het seizoen 1980 een volledig programma ondernam. Deze periode verliep minder succesvol voor het merk, en zij verlieten het kampioenschap na het seizoen 1985.

In 2018 maakte Alfa Romeo na 30 jaar afwezigheid haar rentree in de Formule 1. Alfa Romeo werkte dat jaar samen met de renstal van Sauber op strategisch, commercieel en technologisch vlak. De renstal ging de naam Alfa Romeo Sauber F1 hanteren. In 2019 gaat het team van Sauber verder onder de naam Alfa Romeo Racing.[3] In 2020 werd Orlen de volgende titelsponsor. Op 27 januari nam het online casino Stake.com de rol als titelsponsor over en veranderde de naam wederom, ditmaal naar Alfa Romeo F1 Team Stake.[4] Het seizoen 2023 was het laatste seizoen voor de naam Alfa Romeo in de Formule 1.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Eerste periode: 1950-1951[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Alfa Romeo Alfetta 159 voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
De 159 Alfetta uit 1951, waarmee Fangio dat jaar de rijderstitel won

Alfa Romeo had al een succesvolle geschiedenis in Grand Prix-races voordat het in 1950 hun intrede maakte in de Formule 1. Met rijders Nino Farina en Juan Manuel Fangio domineerde zij het inaugurele kampioenschap in de Formule 1, dat toentertijd nog enkel een puntentelling hanteerde voor een rijderskampioenschap. Achter het stuur van de 158 Alfetta compressor, won Farina dat jaar de titel, met Fangio op een tweede plaats. In het seizoen 1951 kwam het rijderskampioenschap op naam te staan van Fangio; zijn eerste van in totaal vijf wereldtitels. Deze won hij in de 159 Alfetta (een evolutie van de 158, met een dubbele compressor).

De Alfa-motoren waren zeer krachtig tegenover hun capaciteit, met name ook voor die periode; de 159 had 420 Pk. Daarentegen verbruikte ze tegelijkertijd ook veel: 125 tot 175 liter op de 100 kilometer. De stijgende concurrentie die het ondervond van hun voormalige werknemer, Ferrari, deed Alfa Romeo, dat in handen was van de staat, besluiten het kampioenschap in 1952 te verlaten nadat de Italiaanse regering weigerde om voor de hoge kosten van een nieuw ontwerp van de auto op te dragen. Verrassend genoeg was het budget waarmee Alfa Romeo deelnam in de Formule 1 relatief klein, waarin het in die twee seizoenen bijvoorbeeld voornamelijk gebruik maakte van vooroorlogse technieken en materialen.

De laatste overwinning van de 159 was in 1953 tijdens de Grand Prix van Italië, ruim 16 jaar na de introductie van de eerste Alfetta. Dit in combinatie met de formule 1 wereldtitel in 1950, waarvan alle Grands prix gewonnen, en 1951 maakt de Alfetta 158/159 tot een van de meest succesvolle racewagens ooit.

Als motorenleverancier: 1961-1979[bewerken | brontekst bewerken]

De Brabham-Alfa Romeo BT45 uit 1976

Alfa Romeo keerde begin jaren zestig terug in de Formule 1 als leverancier van motoren. Zij maakte 4-in-lijn motor die gebruikt werden door kleine teams als De Tomaso en privé-ingeschreven Coopers. Het merk keerde weer kortstondig terug in de seizoenen 1970 en 1971, met een V8-motor die zij baseerden op hun sport auto installatie. Deze werd voornamelijk in gebruik genomen door Andrea de Adamich, die al een langdurige relatie had met Alfa Romeo, en deze plaatste in zijn McLaren als derde fabrieksrijder van het team. Dit deed hij vervolgens ook in 1971, maar toen met een March chassis, waar een vergelijkbaar gebrek aan resultaten uit voort kwamen.

De technisch unieke Brabham-Alfa Romeo BT46 uit 1978, die na twee races alweer verbannen werd

In het seizoen 1976 kreeg Alfa Romeo echter weer een hoog profiel in de sport, toen het tot een overeenkomst kwam met het team van Brabham om voor hun motoren te gaan leveren; dit waren 12-cilinder boxermotoren ontworpen door Carlo Chiti en gebaseerd op die zij gebruikte in hun sportauto's. De motoren waren vrij en produceerden nagezegd zo'n 510 Pk, in tegenstelling tot de 465 Pk sterke Cosworth DFV motoren, die alomtegenwoordig waren in die tijd. Het omhulselen van deze motoren was echter een moeilijkheidsgraad, die moesten bijvoorbeeld verwijderd worden wanneer er een bougie werd vervangen, en door het hoge brandstofverbruik waren er vier aparte brandstoftanken nodig om in totaal 214 liter brandstof mee te nemen. De avontuurlijke ontwerpen waarmee Brabhams vaste ontwerper Gordon Murray vaak mee aan kwam zetten, waaronder de Brabham BT46 die in 1978 twee races won, was gedeeltelijk een reactie om de uitdaging aan te gaan voor het produceren van een gepast, licht en aerodynamisch chassis over de grote en lompige installatie van de Alfa-motor. De opkomst van grondeffectauto's deden de lage en brede Alfa-motoren teniet, waardoor Murray aandrong bij Alfa Romeo om een smallere versie te produceren. Dit deden zij in het seizoen 1979 in slechts drie maanden, maar de auto bleef onbetrouwbaar en allesbehalve zuinig.

Tweede periode: 1979-1985[bewerken | brontekst bewerken]

Alfa Romeo keerde in 1979 terug als constructeur met de 177

Tijdens het seizoen 1979, na enig aandringen van Chiti, gaf Autodelta (de toenmalige naam van de sportieve afdeling van Alfa Romeo) toestemming om weer een eigen Formule 1-auto te ontwerpen. Het contract met Brabham werd nog voor het einde van het seizoen nietig verklaard. Het eerste ontwerp, de Alfa Romeo 177, debuteerde met rijder Bruno Giacomelli tijdens de Grand Prix van België 1979.

De Alfa Romeo 179B uit 1981

De tweede periode van Alfa Romeo als constructeur in de Formule 1 was ondanks het potentieel en tijdelijk de grote financiële steun van Marlboro nooit succesvol. Tussen 1979 en 1985 greep het team naar twee polepositions; Giacomelli lag lange tijd aan de leiding van de Grand Prix van de Verenigde Staten 1980, maar moest uiteindelijk met een elektrisch probleem opgeven, en Andrea de Cesaris startte van kop tijdens de Grand Prix van de Verenigde Staten West 1982 voordat hij vroegtijdig uit de race verdween omwille van een ongeval. Het team behaalde daarnaast in totaal vijf podiumposities en ook een keer de snelste rondetijd. Het materiaal was echter vaak onbetrouwbaar. Ook ontkwamen zij niet van tragiek, toen het team in hun eerste volledige seizoen in 1980 rijder Patrick Depailler verloor in een fataal ongeluk tijdens een test op de Hockenheimring. In 1981 werd er gebruikgemaakt van de diensten van de ervaren Mario Andretti, maar ook hij kreeg te maken met veel betrouwbaarheidsproblemen. Het beste seizoen van Alfa Romeo was 1983, waarin het als zesde eindigde in het constructeurskampioenschap.

Riccardo Patrese actief in de 185T die Alfa Romeo in 1985 inzette

De opkomst van turbomotoren in de Formule 1 gaf Alfa Romeo vanaf het seizoen 1984 een terugslag in hun resultaten, en het team, dat nu door Benetton gesponsord werd, stond inmiddels onder leiding van een privé-team (Euroracing), terwijl de motoren nog steeds door Autodelta geleverd werden. In 1985 werd er met rijders Riccardo Patrese en Eddie Cheever geen enkel punt gescoord, en toen Alfa Romeo werd overgenomen door Fiat, werd ook het tweede fabrieksproject van het merk opgeheven.

Motorenleverancier[bewerken | brontekst bewerken]

Voor 1987 kwam Alfa Romeo tot een overeenkomst om motoren te leveren aan het Franse team van Ligier. De 1500cc 4-in-lijn Biturbo motor, ontworpen door Gianni Tonti, werd getest in een JS29B door René Arnoux. Het overkoepelende Fiat annuleerde uiteindelijk de overeenkomst, vermoedelijk na negatieve uitlatingen van Arnoux over de motor. Ligier ging daarna noodgedwongen verder met oude BMW motoren.

Tussen 1983 en 1988 was Alfa Romeo ook de hoofdleverancier voor het Italiaanse Osella team, eerst met normaal geaspireerde motoren, en later ook turbomotoren. Alfa Romeo gaf zelfs enige technische input aan het kleine team, waardoor enkele Osella chassis' gebaseerd werden op die van Alfa Romeo's. In 1988, het laatste jaar van turbomotoren, had Alfa Romeo genoeg van de negatieve publiciteit die de oncompetitieve Osella's genereerde, en verbood het team nog om verder gebruik te maken van hun naam, waardoor de motoren simpelweg "Osella V8" genoemd werden. Na afloop van het seizoen verliet Alfa Romeo de Formule 1.

Terugkeer in de 21e eeuw[bewerken | brontekst bewerken]

Antonio Giovinazzi in de Alfa Romeo C38

Vanaf 2015 verschenen er Alfa Romeo- en Quadrifoglio Verde (klavertje vier)-logo's op de F1 auto's van het team Sauber-Ferrari.

Op 29 november 2017 werd bekendgemaakt dat Alfa Romeo in het seizoen 2018 een samenwerking aanging met het team van Sauber, onder de naam Alfa Romeo Sauber F1 Team. Het team bleef rijden met motoren van Ferrari. De coureurs Marcus Ericsson en Charles Leclerc reden in 2018 voor Alfa Romeo.

Vanaf het seizoen 2019 opereert het Sauber F1 team onder de naam Alfa Romeo Racing, waardoor de naam Sauber voorlopig uit de Formule 1 verdween. Van 2019 tot en met 2021 reden Kimi Raikkonen en Antonio Giovinazzi voor het team.

Vanaf het seizoen 2020 reed het team onder de naam Alfa Romeo F1 Team ORLEN.[5]

Valtteri Bottas in de C42

Vanaf het seizoen 2022 reden Valtteri Bottas en Zhou Guanyu[6] voor het team. Gedurende het seizoen behaalde het team 55 punten en behaalde daarmee de zesde plek in het constructeurskampioenschap[7]. Gedurende de Grand Prix van Groot-Brittannië beleefde Zhou Guanyu een harde crash. Hij kwam in aanraking met Pierre Gasly en George Russell en vloog daardoor over de kop, over de bandenstapels, de hekken in. Door de halo overleefde Zhou de crash[8].

Op 27 januari 2023 nam het online casino Stake.com (onderdeel van het bedrijf Medium Rare NV gevestigd op Curaçao) de rol als titelsponsor over en veranderde de naam voor het seizoen 2023 in Alfa Romeo F1 Team Stake.[9] Het seizoen 2023 was het laatste seizoen voor Alfa Romeo, vanaf 2024 rijden Zhou Guanyu en Valtteri Bottas voor Kick Sauber.

Complete resultaten in de Formule 1[bewerken | brontekst bewerken]

Kleur Resultaat
Goud Winnaar
Zilver Tweede plaats
Brons Derde plaats
Groen Gefinisht (punten behaald)
Blauw Gefinisht (geen punten behaald)
Niet geklasseerd (NC)
Paars Uitgevallen (DNF)
Rood Niet gekwalificeerd (DNQ)
Kleur Resultaat
Zwart Gediskwalificeerd (DSQ)
Wit Niet gestart (DNS)
Blanco Gewond (INJ)
Uitgesloten (EX)
Teruggetrokken (WD) / Niet deelgenomen
1, 2, 3 Sprint positie (punten behaald)
P Poleposition
S Snelste ronde

1950 – 1951[bewerken | brontekst bewerken]

Jaar Chassis Motor Banden Coureurs 1 2 3 4 5 6 7 8 Punten WK-plaats
1950 Alfa Romeo 158 Alfa Romeo 1.5 L8 s P GBR
Vlag van Verenigd Koninkrijk
MON
Vlag van Monaco
500
ZWI
Vlag van Zwitserland
BEL
Vlag van België
FRA
ITA
Vlag van Italië
-* -*
Vlag van Argentinië Juan Manuel Fangio DNF 1PS DNFP 1 1PS DNF¹PS
Vlag van Italië Nino Farina 1PS DNF 1S 4PS 7 1
Vlag van Italië Luigi Fagioli 2 DNF 2 2 2 3
Vlag van Verenigd Koninkrijk Reg Parnell 3
Vlag van Italië Piero Taruffi DNF¹
Vlag van Italië Consalvo Sanesi DNF
1951 Alfa Romeo 159 Alfa Romeo 1.5 L8 s. P ZWI
Vlag van Zwitserland
500
BEL
Vlag van België
FRA
GBR
Vlag van Verenigd Koninkrijk
DUI
Vlag van Duitsland
ITA
Vlag van Italië
SPA
Vlag van Spanje (11 okt. 1945- 20 jan. 1977)
-* -*
Vlag van Argentinië Juan Manuel Fangio 1PS 9PS PS 2 2S DNFP 1S
Vlag van Italië Nino Farina 3 1 5 DNFS DNF S 3
Vlag van Italië Luigi Fagioli PS
Vlag van Italië Felice Bonetto 4 DNF S 5
Vlag van Zwitserland Toulo de Graffenried 5 DNF 6
Vlag van Italië Consalvo Sanesi 4 DNF 10 6
Vlag van Duitsland Paul Pietsch DNF
Jaar Chassis Motor Banden Coureurs 1 2 3 4 5 6 7 8 Punten WK-plaats
* Het constructeurskampioenschap werd pas gehouden met ingang van het seizoen 1958.
¹ Twee rijders actief met één auto.
Tussen 1952 en 1978 nam Alfa Romeo niet deel als constructeur.

1979 – 1985[bewerken | brontekst bewerken]

Jaar Chassis Motor Banden Coureurs 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 Punten WK-plaats
1979 Alfa Romeo 177
Alfa Romeo 179
Alfa Romeo F12
Alfa Romeo V12
G ARG
Vlag van Argentinië
BRA
Vlag van Brazilië
ZAF
Vlag van Zuid-Afrika (1928-1982)
VSW
SPA
Vlag van Spanje (21 jan. 1977 - 18 dec. 1981)
BEL
Vlag van België
MON
Vlag van Monaco
FRA
Vlag van Frankrijk
GBR
Vlag van Verenigd Koninkrijk
DUI
Vlag van Duitsland
OOS
Vlag van Oostenrijk
NED
Vlag van Nederland
ITA
Vlag van Italië
CAN
Vlag van Canada
VST
Vlag van Verenigde Staten
0 -
Vlag van Italië Bruno Giacomelli DNF 17 DNF DNF
Vlag van Italië Vittorio Brambilla 12 DNF DNQ
1980 Alfa Romeo 179 Alfa Romeo V12 G ARG
Vlag van Argentinië
BRA
Vlag van Brazilië
ZAF
Vlag van Zuid-Afrika (1928-1982)
VSW
BEL
Vlag van België
MON
Vlag van Monaco
FRA
Vlag van Frankrijk
GBR
Vlag van Verenigd Koninkrijk
DUI
Vlag van Duitsland
OOS
Vlag van Oostenrijk
NED
Vlag van Nederland
ITA
Vlag van Italië
CAN
Vlag van Canada
VST
Vlag van Verenigde Staten
4 11
Vlag van Italië Bruno Giacomelli 5 13 DNF DNF DNF DNF DNF DNF 5 DNF DNF DNF DNF DNFP
Vlag van Frankrijk Patrick Depailler DNF DNF NC DNF DNF DNF DNF DNF
Vlag van Italië Vittorio Brambilla DNF DNF
Vlag van Italië Andrea de Cesaris DNF DNF
1981 Alfa Romeo 179B
Alfa Romeo 179C
Alfa Romeo 179D
Alfa Romeo V12 G VSW
BRA
Vlag van Brazilië
ARG
Vlag van Argentinië
SMR
Vlag van San Marino
BEL
Vlag van België
MON
Vlag van Monaco
SPA
Vlag van Spanje (21 jan. 1977 - 18 dec. 1981)
FRA
Vlag van Frankrijk
GBR
Vlag van Verenigd Koninkrijk
DUI
Vlag van Duitsland
OOS
Vlag van Oostenrijk
NED
Vlag van Nederland
ITA
Vlag van Italië
CAN
Vlag van Canada
LSV
10 9
Vlag van Italië Bruno Giacomelli DNF NC 10 DNF 9 DNF 10 15 DNF 15 DNF DNF 8 4 3
Vlag van Verenigde Staten Mario Andretti 4 DNF 8 DNF 10 DNF 8 8 DNF 9 DNF DNF DNF 7 DNF
1982 Alfa Romeo 179D
Alfa Romeo 182
Alfa Romeo 182B
Alfa Romeo V12 G
M
ZAF
Vlag van Zuid-Afrika (1928-1982)
BRA
Vlag van Brazilië
VSW
SMR
Vlag van San Marino
BEL
Vlag van België
MON
Vlag van Monaco
VSO
CAN
Vlag van Canada
NED
Vlag van Nederland
GBR
Vlag van Verenigd Koninkrijk
FRA
Vlag van Frankrijk
DUI
Vlag van Duitsland
OOS
Vlag van Oostenrijk
ZWI
Vlag van Zwitserland
ITA
Vlag van Italië
LSV
7 10
Vlag van Italië Bruno Giacomelli 11 DNF DNF DNF DNF DNF DNF DNF 11 7 9 5 DNF 12 DNF 10
Vlag van Italië Andrea de Cesaris 13 DNF DNFP DNF DNF 3 DNF 6 DNF DNF DNF DNF DNF 10 10 9
1983 Alfa Romeo 183T Alfa Romeo V8 M BRA
Vlag van Brazilië
VSW
FRA
Vlag van Frankrijk
SMR
Vlag van San Marino
MON
Vlag van Monaco
BEL
Vlag van België
VSO
CAN
Vlag van Canada
GBR
Vlag van Verenigd Koninkrijk
DUI
Vlag van Duitsland
OOS
Vlag van Oostenrijk
NED
Vlag van Nederland
ITA
Vlag van Italië
EUR
Vlag van Europa
ZAF
Vlag van Zuid-Afrika (1928-1982)
18 6
Vlag van Italië Andrea de Cesaris DSQ DNF 12 DNF DNF DNFS DNF DNF 8 2 DNF DNF DNF 4 2
Vlag van Italië Mauro Baldi DNF DNF DNF 10 6 DNF 12 10 7 DNF DNF 5 DNF DNF DNF
1984 Alfa Romeo 184T Alfa Romeo V8 G BRA
Vlag van Brazilië
ZAF
Vlag van Zuid-Afrika (1928-1982)
BEL
Vlag van België
SMR
Vlag van San Marino
FRA
Vlag van Frankrijk
MON
Vlag van Monaco
CAN
Vlag van Canada
VSO
DAL
GBR
Vlag van Verenigd Koninkrijk
DUI
Vlag van Duitsland
OOS
Vlag van Oostenrijk
NED
Vlag van Nederland
ITA
Vlag van Italië
EUR
Vlag van Europa
POR
Vlag van Portugal
11 8
Vlag van Italië Riccardo Patrese DNF 4 DNF DNF DNF DNF DNF DNF DNF 12 DNF 10 DNF 3 6 8
Vlag van Verenigde Staten Eddie Cheever 4 DNF DNF 7 DNF DNQ 11 DNF DNF DNF DNF DNF 13 9 DNF 17
1985 Alfa Romeo 185T Alfa Romeo V8 G BRA
Vlag van Brazilië
POR
Vlag van Portugal
SMR
Vlag van San Marino
MON
Vlag van Monaco
CAN
Vlag van Canada
VSO
FRA
Vlag van Frankrijk
GBR
Vlag van Verenigd Koninkrijk
DUI
Vlag van Duitsland
OOS
Vlag van Oostenrijk
NED
Vlag van Nederland
ITA
Vlag van Italië
BEL
Vlag van België
EUR
Vlag van Europa
ZAF
Vlag van Zuid-Afrika (1928-1982)
AUS
Vlag van Australië
0 12
Vlag van Italië Riccardo Patrese DNF DNF DNF DNF 10 DNF 11 9 DNF DNF DNF DNF DNF 9 DNF DNF
Vlag van Verenigde Staten Eddie Cheever DNF DNF DNF DNF 17 9 10 DNF DNF DNF DNF DNF DNF 11 DNF DNF
Jaar Chassis Motor Banden Rijders 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 Punten WK-plaats
Tussen 1986 en 2018 nam Alfa Romeo niet deel als constructeur.

2019 – 2023[bewerken | brontekst bewerken]

Jaar Chassis
en banden
Motor Coureurs 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 Punten WK-plaats
2019 Alfa Romeo
C38

P
Ferrari
064 V6
AUS
Vlag van Australië
BHR
Vlag van Bahrein
CHN
Vlag van China
AZE
Vlag van Azerbeidzjan
SPA
Vlag van Spanje
MON
Vlag van Monaco
CAN
Vlag van Canada
FRA
Vlag van Frankrijk
OOS
Vlag van Oostenrijk
GBR
Vlag van Verenigd Koninkrijk
DUI
Vlag van Duitsland
HON
Vlag van Hongarije
BEL
Vlag van België
ITA
Vlag van Italië
SIN
Vlag van Singapore
RUS
Vlag van Rusland
JPN
Vlag van Japan
MEX
Vlag van Mexico
VST
Vlag van Verenigde Staten
BRA
Vlag van Brazilië
ABU
57 8
Vlag van Finland Kimi Räikkönen 8 7 9 10 14 17 15 7 9 8 12 7 16 15 DNF 13 12 DNF 11 4 13
Vlag van Italië Antonio Giovinazzi 15 11 15 12 16 19 13 16 10 DNF 13 18 18 9 10 15 14 14 14 5 16
2020 Alfa Romeo
C39

P
Ferrari
065 V6
OOS
Vlag van Oostenrijk
STI
HON
Vlag van Hongarije
GBR
Vlag van Verenigd Koninkrijk
70J
SPA
Vlag van Spanje
BEL
Vlag van België
ITA
Vlag van Italië
TOS
RUS
Vlag van Rusland
EIF
Vlag van Duitsland
POR
Vlag van Portugal
EMI
TUR
Vlag van Turkije
BHR
Vlag van Bahrein
SAK
Vlag van Bahrein
ABU
8 8
Vlag van Finland Kimi Räikkönen DNF 11 15 17 15 14 12 13 9 14 12 11 9 15 15 14 12
Vlag van Italië Antonio Giovinazzi 9 14 17 12 17 16 DNF 16 DNF 11 10 15 10 DNF 16 13 16
2021 Alfa Romeo
C41

P
Ferrari
065/066
V6
BHR
Vlag van Bahrein
EMI
POR
Vlag van Portugal
SPA
Vlag van Spanje
MON
Vlag van Monaco
AZE
Vlag van Azerbeidzjan
FRA
STI
OOS
Vlag van Oostenrijk
GBR
Vlag van Verenigd Koninkrijk
HON
Vlag van Hongarije
BEL
Vlag van België
NED
Vlag van Nederland
ITA
Vlag van Italië
RUS
Vlag van Rusland
TUR
Vlag van Turkije
VST
Vlag van Verenigde Staten
MXS
SAP
QAT
Vlag van Qatar
SAU
Vlag van Saoedi-Arabië
ABU
13 9
Vlag van Finland Kimi Räikkönen 11 13 DNF 12 11 10 17 11 15 15 10 18 DNS ND 8 12 13 8 12 14 14 DNF
Vlag van Polen Robert Kubica 15 14
Vlag van Italië Antonio Giovinazzi 12 14 12 15 10 11 15 15 14 13 14 13 14 13 16 11 11 11 14 15 9 DNF
2022 Alfa Romeo
C42

P
Ferrari
066/7
V6
BHR
Vlag van Bahrein
SAU
Vlag van Saoedi-Arabië
AUS
Vlag van Australië
EMI
MIA
SPA
Vlag van Spanje
MON
Vlag van Monaco
AZE
Vlag van Azerbeidzjan
CAN
Vlag van Canada
GBR
Vlag van Verenigd Koninkrijk
OOS
Vlag van Oostenrijk
FRA
HON
Vlag van Hongarije
BEL
Vlag van België
NED
Vlag van Nederland
ITA
Vlag van Italië
SIN
Vlag van Singapore
JPN
Vlag van Japan
VST
Vlag van Verenigde Staten
MXS
SAP
ABU
55 6
Vlag van China Zhou Guanyu 10 11 11 15 DNF DNF 16 DNF 8 DNF 14 16 13 14 16 10 DNF 16S 12 13 12 12
Vlag van Finland Valtteri Bottas 6 DNF 8 75 7 6 9 11 7 DNF 11 14 20 DNF DNF 13 11 15 DNF 10 9 15
2023* Alfa Romeo
C43

P
Ferrari
066/10
V6
BHR
Vlag van Bahrein
SAU
Vlag van Saoedi-Arabië
AUS
Vlag van Australië
AZE
Vlag van Azerbeidzjan
MIA
MON
Vlag van Monaco
SPA
Vlag van Spanje
CAN
Vlag van Canada
OOS
Vlag van Oostenrijk
GBR
Vlag van Verenigd Koninkrijk
HON
Vlag van Hongarije
BEL
Vlag van België
NED
Vlag van Nederland
ITA
Vlag van Italië
SIN
Vlag van Singapore
JPN
Vlag van Japan
QAT
Vlag van Qatar
VST
Vlag van Verenigde Staten
MXS
SAP
LSV
Vlag van Las Vegas
ABU
16 9
Vlag van China Zhou Guanyu 16S 13 9 DNF 16 13 9 16 12 15 16 13 DNF 14 12 13 9 13 14 DNF 15 17
Vlag van Finland Valtteri Bottas 8 18 11 18 13 11 19 10 15 12 12 12 14 10 DNF DNF 8 12 15 DNF 17 19
Jaar Chassis
en banden
Motor Coureurs 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 Punten WK-plaats
  • Uitgevallen maar wel geklasseerd omdat er meer dan 90% van de raceafstand werd afgelegd.

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]