Algofobie

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Esculaap Neem het voorbehoud bij medische informatie in acht.
Raadpleeg bij gezondheidsklachten een arts.

Algofobie,[1][2][3][4] ook wel algiofobie of panthofobie, is een ziekelijke vrees voor het ondergaan van pijn.[1][2][5] De naam is afkomstig van het Griekse ἄλγος álgos, pijn[6] en φόβος phóbos, angst.[6]

Pijn is voor vrijwel iedereen een onaangename ervaring, maar bij algofobie is de angst veel sterker dan normaal. Bij het ervaren van pijn of de anticipatie ervan kan iemand verstijven van angst, maar ook kan het gedrag onhandelbaar worden en er kunnen agressie of paniekaanvallen optreden.[7]

Algolagnie kan als tegenhanger van algofobie worden gezien.

Literatuurverwijzingen[bewerken | brontekst bewerken]

  1. a b Essen, J. van (1938). Beschrijvend en verklarend woordenboek der psychologie (1ste druk). Haarlem: De Erven F. Bohn. N.V.
  2. a b Hoolboom-Van Dijck, S.J.M (1974). Geneeskundig handwoordenboek (2de druk) Leiden: Stafleu’s Wetenschappelijke Uitgeversmaatschappij B.V.
  3. Berg, H. van den & Meijer, B. (1991). Zakwoordenboek van de psychiatrie. Arnhem: Elsevier-Koninklijke PBNA.
  4. Reber, A.S. (1993). Woordenboek van de psychologie (3de druk). Amsterdam:Uitgeverij Bert Bakker.
  5. Anderson, D.M. (2000). Dorland’s illustrated medical dictionary (29ste uitgave). Philadelphia/London/Toronto/Montreal/Sydney/Tokyo: W.B. Saunders Company.
  6. a b Liddell, H.G. & Scott, R. (1940). A Greek-English Lexicon. revised and augmented throughout by Sir Henry Stuart Jones. with the assistance of. Roderick McKenzie. Oxford: Clarendon Press.
  7. Casselman, William (1998), A Dictionary of Medical Derivations: The Real Meaning of Medical Words. The Parthenon Publishing Group, 20. ISBN 1-85070-771-5.