Anna Catharina van Brandenburg

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Anna Catharina van Brandenburg
1575-1612
Anna Catharina van Brandenburg
Koningin van Denemarken
Koningin van Noorwegen
Periode 1597-1612
Voorganger Sophia van Mecklenburg-Güstrow
Opvolger Sophia Amalia van Brunswijk-Lüneburg
Vader Joachim Frederik van Brandenburg
Moeder Catharina van Brandenburg-Küstrin

Anna Catharina van Brandenburg (Halle, 26 juli 1575 - Kopenhagen, 29 maart 1612) was van 1597 tot 1612 koningin van Denemarken en Noorwegen. Ze behoorde tot het huis Hohenzollern.

Levensloop[bewerken | brontekst bewerken]

Anna Catharina was de oudste dochter van keurvorst Joachim Frederik van Brandenburg en diens eerste echtgenote Catharina van Brandenburg-Küstrin, dochter van markgraaf Johan van Brandenburg-Küstrin.

Op 29 augustus 1596 woonde zij samen met haar familie deel aan de kroningsplechtigheid van koning Christiaan IV van Denemarken (1577-1648). Christiaan besliste om met Anna Catharina te huwen en stuurde een afvaardiging naar haar vader om haar hand te vragen. Op 27 november 1597 vond het huwelijk plaats in Hadersleben. Op 12 juli 1598 werd Anna Catharina vervolgens in de Onze-Lieve-Vrouwekerk in Kopenhagen gekroond tot koningin van Denemarken en Noorwegen. Als koningin had zij weinig tot geen politieke invloed en bleef ze op de achtergrond.

Nog tijdens haar leven begon haar echtgenoot een buitenechtelijke relatie met Kirsten Matsdatter, de dochter van de burgemeester van Kopenhagen. In maart 1612 stierf Anna Catharina op 36-jarige leeftijd, waarna ze bijgezet werd in de Kathedraal van Roskilde.

Nakomelingen[bewerken | brontekst bewerken]

Anna Catharina en Christiaan IV kregen zes kinderen:

  • Frederik (1599)
  • Christiaan (1603-1647), kroonprins van Denemarken
  • Sophia (1605)
  • Elisabeth (1606-1608)
  • Frederik III (1609-1670), koning van Denemarken
  • Ulrich (1611-1633), bisschop van Schwerin