Concerto Grosso nr. 6 (Schnittke)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Concerto Grosso nr. 6
Componist Alfred Schnittke
Soort compositie Concerto Grosso
Gecomponeerd voor piano, viool en strijkorkest
Opusnummer 235
Compositiedatum 1993
Opgedragen aan Victoria Postnikova
Vorige werk opus 234: Symfonie nr. 7
Volgende werk opus 236: Moeder
Oeuvre Oeuvre van Alfred Schnittke
Portaal  Portaalicoon   Klassieke muziek

Het Concerto Grosso nr. 6 is de laatste compositie in de reeks van Concerti Grossi van de Russische componist Alfred Schnittke. Hij schreef het werk in 1993.

Het Concerto Grosso bestaat uit drie delen:

  1. Andante
  2. Adagio
  3. Allegro vivace

Schnittkes laatste Concerto Grosso is met een duur van 15 minuten zijn kortste werk uit dit genre.

De compositie[bewerken | brontekst bewerken]

De zes Concerti Grossi die Schnittke in totaal schreef vormen een redelijke weergave van Schittkes muzikaal stilistische ontwikkeling. Het overgrote deel van zijn Concerti Grossi is geschreven in zijn polystilistische stijl. Dit laatste Concerto Grosso wijkt daar echter van af. Het werk zou men min of meer onder de neoklassieke noemer kunnen laten vallen.

Het werk is geschreven voor piano, viool en strijkorkest. Elk deel focust op een bepaalde combinatie van de drie "groepen".

Het Andante is vrij helder van klank waarin de hoofdrollen worden bezet door de piano en het strijkorkest. Het eerste deel heeft wat weg van een Hindemithcompositie. Het Adagio is een intermezzo waarin de viool en de piano een krachtig duet spelen. Het Allegro vivace is geschreven voor alle drie de groepen. Muzikale ideeën uit de eerste twee delen worden verder behandeld.

Schnittke droeg zijn laatste Concerto Grosso op aan de pianiste Victoria Postnikova.

Bronnen[bewerken | brontekst bewerken]