Exponent

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

In de wiskunde is een exponent (van het Latijnse exponere: buiten plaatsen) het aantal malen dat het grondtal in een machtsverheffing met zichzelf vermenigvuldigd wordt om het resultaat te verkrijgen.

Voorbeeld:

Hierin is 4 de exponent. Deze wordt doorgaans genoteerd in superscript rechts naast het grondtal.

Nog enkele voorbeelden:

Logaritme[bewerken | brontekst bewerken]

De wiskundige functie die als 'uitkomst' de exponent heeft is de logaritme.

Voorbeeld: .

is dus het getal x waarvoor geldt: als 7 verheven wordt tot de macht x dan is het resultaat 2401.

Buiten de wiskunde[bewerken | brontekst bewerken]

Buiten de wiskunde verstaat men onder een 'exponent' een vooraanstaand vertegenwoordiger van een bepaalde stroming.

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]