Fernand Brouez

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Fernand Louis Maximilien Brouez (Wasmes, 13 augustus 1861Brussel, 3 juli 1900) was een journalist en stichter van het tijdschrift La Société Nouvelle (De Nieuwe Maatschappij).

Biografie[bewerken | brontekst bewerken]

Hij is de tweede zoon van de rijke notaris Jules Brouez en Victorine Sapin, die hem een progressieve opvoeding geven. Fernand en zijn oudere broer Paul schrijven zich beiden in aan de Université Libre de Bruxelles, waar het vroeg duidelijk wordt dat Fernand de studies niet aankan. Hij schakelt over van wijsbegeerte naar rechten en later naar geneeskunde. Op zijn negenentwintigste moet hij nog zijn kandidatuur voor een doctoraat plaatsen.

Ondanks zijn academische tekortkomingen slaagt Brouez erin zich te omringen met de intellectuele en artistieke elite van die tijd. Het is een avant-garde die net als hij gelooft in socialisme en sociaal bewustzijn. Hij biedt hen een forum in een nieuw tijdschrift gefinancierd door vader Jules Brouez en dat hij aanvankelijk uitgeeft in samenwerking met zijn studiegenoot Arthur James. Het eerste nummer van La Société Nouvelle verschijnt op 20 november 1884. Het zal een van de belangrijkste Franstalige tijdschriften van die tijd worden over sociologie, kunst, wetenschap en letteren. Het publiceert stukken van Elie en Elisée Reclus, Octave Maus, Camille Lemonnier, Georges Rodenbach, Hector Denis, Guillaume De Greef, César De Paepe, Bakoenin, Kropotkin, Charles Malato, Jacques Mesnil, Georges Eekhoud, Emile Verhaeren, Maurice Maeterlinck en Henry van de Velde.[1]

Rond 1896 gaat de gezondheid van Fernand Brouez sterk achteruit. Hij lijdt aan syfilis, mogelijk opgelopen door een snede gedurende een klas in anatomie toen hij student in geneeskunde was. Zijn zachtmoedigheid en werklust laten hem steeds vaker in de steek. Op verzoek van moeder Brouez, die het vermogen van haar man ziet slinken, wordt La Société Nouvelle stopgezet. Het laatste nummer verschijnt in januari 1897. Even voordien was Brouez getrouwd met Cornelia Hubertina Doff, de latere Neel Doff, met wie hij al sinds 1882 gelukkig samenleefde. Het huwelijk moest haar toekomst veiligstellen. Brouez sterft in 1900 nog voor zijn veertigste jaar en wordt begraven in het familiegraf op de begraafplaats van Elsene. Hij leeft verder in de literatuur van zijn weduwe, die het personage André in haar tweede boek, Keetje, naar hem modelleerde.

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]

Voetnoten[bewerken | brontekst bewerken]

  1. Eric Min, De eeuw van Brussel. Biografie van een wereldstad, 1850-1914, 2013, p. 200