Hugenholtz

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Het wapen van Hugenholtz

Hugenholtz (ook: Ter Bruggen Hugenholtz en De Haan Hugenholtz) is een Nederlands geslacht dat verschillende predikanten voortbracht.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

De stamreeks, van wie iedereen met de naam Hugenholtz afstamt, begint met Petrus Bernardus Hugenholtz (1663-1736), praeceptor aan de Latijnse school te Wetter a/d Ruhr (graafschap Mark).[1] Twee van zijn zoons, die hij omstreeks 1710 toestemming gaf theologie te gaan studeren, waren de eerste van een reeks familieleden die, in een periode van 250 jaar, onafgebroken predikanten zouden zijn in kerken van Nederland, Duitsland en de Verenigde Staten. In totaal zijn er 38 predikanten uit de familie voortgekomen. Ze waren over het algemeen orthodox of confessioneel maar enkelen zwaaiden door naar vrijzinnigheid. Een kleinzoon, Petrus Hermannus Hugenholtz (1728-1766), werd in 1753 predikant te Hellevoetsluis en werd stamvader van de tak waar onder andere de De Vrije Gemeente uit voortkwam. Een van zijn achterkleinzonen, ds. Henricus Stephanus Hugenholtz (1762-1842)[2] werd in 1789 predikant te Genemuiden en de stamvader van de jongste Nederlandse tak. Veel nakomelingen zijn of waren actief op het gebied van gezondheidszorg, advocatuur en wetenschap.

In 1924 werd de familie opgenomen in het Nederland's Patriciaat.

Bekende leden[bewerken | brontekst bewerken]