Industrial and Commercial Bank of China

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Industrial and Commercial Bank of China Limited
Kantoor van ICBC in Beijing
Oprichting 1 januari 1984
Eigenaar Chinese staat: 70%, Central Hujin Investment en het Chinese ministerie van Financiën hebben elk 35% van de aandelen
Sleutelfiguren Chen Siqing (voorzitter), Liao Lin (president)
Hoofdkantoor Vlag van China Peking, Volksrepubliek China
Werknemers 440.000, waarvan 16.000 in het buitenland (2020)
Producten Financiële diensten
Industrie financiën, financiële dienstverlening, bankwezen
Omzet/jaar 800.075.000.000 yuan (2020) Bewerken op Wikidata
Winst/jaar RMB 317,7 miljard (2020)
(circa US$ 46 miljard)
Website icbc.com.cn
Portaal  Portaalicoon   Economie

Industrial and Commercial Bank of China, vaak afgekort tot ICBC, is de grootste Chinese bank. De Chinese staat heeft 70% van de aandelen in handen.

Activiteiten[bewerken | brontekst bewerken]

De bank is officieel opgericht op 1 januari 1984. In 2005 werd het een Chinese naamloze vennootschap en op 27 oktober 2006 kreeg het een beursnotering op de effectenbeurs van Shanghai en op die van Hongkong.

In 2014 was het bedrijf actief in 41 landen, maar het zwaartepunt van alle activiteiten ligt duidelijk op de binnenlandse markt. In 2020 telde het 440.000 werknemers, waarvan zo'n 16.000 buiten China.

De bank heeft meer dan 17.000 kantoren in China. De bank telt ruim acht miljoen bedrijven en instellingen als klant en 680 miljoen particulieren houden er een rekening aan. Het had in 2020 een balanstotaal van 33,3 biljoen Chinese yuans (circa US$ 4800 miljard).

Nederland[bewerken | brontekst bewerken]

Sinds 20 januari 2011 heeft deze bank een vestiging in Amsterdam[1] en sinds 2015 in Rotterdam.

Resultaten[bewerken | brontekst bewerken]

ICBC is de grootste bank ter wereld en stond in 2020 op de 20e plaats in de Fortune Global 500 lijst van de grootste ondernemingen gemeten naar de omzet.[2]

bedragen luiden in RMB miljarden
Jaar[3] Balanstotaal Nettowinst Rentemarge Werknemers
(×1000)
2005 6.454 33,7 361
2010 13.459 166,0 2,35% 397
2015 22.210 277,7 2,30% 466
2020 33.345 317,7 1,97% 440

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Het moderne bankwezen in China bestaat pas sinds 1984.[4] Voor die tijd waren er alleen staatsbedrijven die vanuit de lokale, regionale of centrale overheid werden gefinancierd. Er kwam in dat jaar een centrale bank en er werden vier grootbanken opgericht, waarvan ICBC er een was. De bank kreeg als hoofdtaak de financiering van staatsbedrijven. De andere drie zijn de Agricultural Bank of China voor de financiering van de landbouw en het platteland, Bank of China voor de buitenlandse handel en handel in vreemde valuta en de China Construction Bank voor nieuwe investeringsprojecten.[4] Deze vier banken tezamen hebben een bijzonder groot marktaandeel in de Chinese bankenmarkt. Alle vier zijn beursgenoteerd, maar de overheid heeft nog altijd de meerderheid van de aandelen in handen.

Twintig jaar later, in 2004, was de bank in feite failliet. Het had een negatief eigen vermogen van 536 miljard yuan en van een vijfde van de uitstaande leningen was het onzeker of deze ooit zouden worden terugbetaald.[5] De bank werd gereorganiseerd en kreeg een financiële injectie van Central SAFE Investments Ltd, een aan de overheid gelieerde partij, van US$ 15 miljard.[5] Verder werden leningen waarop helemaal geen rente of aflossingen werden verwacht en andere dubieuze leningen ter waarde van 700 miljard yuan aan andere partijen overdragen.[5] Aan het einde van 2005 had ICBC weer een positief eigen vermogen van 253 miljard yuan en was het aandeel probleem leningen gedaald tot 4,7%.[5] Op 28 oktober 2005 werd de bank een naamloze vennootschap met aandelen. Het Chinese ministerie van Financiën en Huijin hielden elk 50% van de aandelen van de bank op 31 december 2005.[5]

Een jaar later, op 28 oktober 2006, kreeg de bank een beursnotering op de Hong Kong Stock Exchange en de Shanghai Stock Exchange. Er werden in totaal 55 miljard aandelen aangeboden, waarvan een herplaatsing van 8 miljard aandelen in staatshanden en de 47 miljard nieuwe aandelen voor de versterking van het vermogen van de bank. Met een opbrengst van 15 miljard euro was het de grootste beursgang ooit.[6] Een halfjaar voor de beursgang, in april 2006, nam Goldman Sachs een belang van 4,9% in ICBC en betaalde hiervoor US$ 2,6 miljard.[7] In een aantal transacties heeft Goldman het gehele belang verkocht. Inclusief de verkoop van de laatste ICBC aandelen in mei 2013 heeft Goldman in totaal US$ 10 miljard verdiend, dat is driemaal de initiële investering.[7]

Trivia[bewerken | brontekst bewerken]

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]

Zie de categorie Industrial and Commercial Bank of China (ICBC) van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.