Karolingen

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Karolingers)
Geschiedenis van Frankrijk

Prehistorie
Kelten (vanaf 7e eeuw v.Chr.)


Romeinse tijd
Romeinen (51 v. Chr.-486)
Franken (vanaf 287)


Middeleeuwen
Frankische Rijk: (481-887/8)

Merovingen (481-751)
Karolingen (751-987)

West-Francië (843-987)
Koninkrijk Frankrijk: (987-1791)

Capetingen (987-1328)
Valois (1328-1589)

Vroegmoderne Tijd

Ancien régime
Vlag van Frankrijk (ca. 1632–1790).svg Bourbon (1589-1792)
Franse Revolutie (1789)

Vlag van Frankrijk (1790–1794).svg Koninkrijk Frankrijk (1791-1792)
Vlag van Frankrijk Frankrijk Eerste Republiek (1792-1804)
Vlag van Frankrijk Eerste Keizerrijk (1804-1815)
Vlag van Frankrijk (1814-1830).svg Restauratie (1815-1830)


Moderne Tijd
Vlag van Frankrijk Julimonarchie (1830-1848)
Vlag van Frankrijk Tweede Republiek (1848-1852)
Vlag van Frankrijk Tweede Keizerrijk (1852-1870)
Vlag van Frankrijk Derde Republiek (1870-1940/'46)
Vlag van Frankrijk Vichy-regime (1940-1944)
Vlag van Frankrijk Voorlopige Regering (1944-1946/47)
Vlag van Frankrijk Vierde Republiek (1946-1958)
Vlag van Frankrijk Vijfde Republiek (1958-heden)


Portaal  Portaalicoon  Frankrijk
Portaal  Portaalicoon Geschiedenis
De drie grote rijken rond 800, het Byzantijnse Rijk, het Arabische Rijk en het Karolingische Rijk.

De Karolingen (Frans: Carolingiens, Duits: Karolinger) waren een dynastie die het Frankische Rijk regeerde van de 8e tot de 10e eeuw. De dynastie nam het Frankische rijk over van de Merovingen in 751, door Pepijn de Korte. De naam van de dynastie is afgeleid van Karel Martel (die als bastaardzoon niet als volwaardig lid van de Pepiniden werd aanvaard).[1] Lodewijk IV van Chiny (1173-1226) was tot aan het begin van de 13e eeuw de laatste telg mannelijke lijn van de Karolingen.

Stichting[bewerken | brontekst bewerken]

Er wordt aangenomen dat de dynastie van de Arnulfingen en Pepiniden gesticht werd door Arnulf van Metz, bisschop van Metz aan het einde van de 7e eeuw, die een grote macht had in de Merovingische koninkrijken. Pepijn van Herstal, hofmeier van het koninkrijk Austrasië, had de feitelijke macht in handen. Pepijn werd, na een strijd tijdens de Frankische Burgeroorlog met de wettige erfgenamen van de Pepiniden, opgevolgd door zijn bastaardzoon, Karel Martel. Hiermee won de partij van de Karolingen (de geslachtsnaam begon dus als een partijnaam) het van de Pepiniden. Karel Martel was de vader van Pepijn de Korte, de eerste Frankische koning van de dynastie, die de laatste Merovingische koning Childeric III afzette.

Karel Martel wist in 732 een Moors leger tussen Tours en Poitiers te verslaan dat een van de talrijke Arabische strooptochten vanuit Spanje naar Frankrijk uitvoerde. Het Moorse leger werd in deze Slag bij Poitiers verslagen. In Angelsaksische literatuur wordt de slag meestal de Slag bij Tours genoemd. De Karolingen lieten de Pauselijke Staat ontstaan doordat Pepijn het vroegere Byzantijnse exarchaat Ravenna (gebied tussen Ravenna en Rome) aan de paus schonk. Karel de Grote gaf de Karolingen nog meer aanzien, omdat hij het rijk uitbreidde en door zijn goede politiek, waarmee hij eenheid in het rijk creëerde.

Behoud troon[bewerken | brontekst bewerken]

Na de verdeling van het Frankische Rijk in het Verdrag van Verdun in 843 bleven de oorspronkelijke Karolingen de troon behouden.

  • In het westen, het latere Frankrijk bleef de dynastie regeren, tot in 987 het Huis Capet, een verwante tak van de familie, de troon overnam.
  • In het midden, Noord-Italië en in Lotharingen bleef de hoofdtak van de familie regeren tot 887.
  • In het oosten, wat later het Heilige Roomse Rijk werd, bleven de Karolingen regeren tot 911, toen ze werden opgevolgd door de Konradijnen en de Saksische Liudolfingen.
  • In het hertogdom Neder-Lotharingen regeerden Karel van Neder-Lotharingen (953 - 992) en Otto II van Neder-Lotharingen (970 - 1012) tot 1012 als laatste van de rechtstreekse Karolingen. In tegenstelling tot zijn vader Karel eiste Otto de Franse koningskroon niet op. Zijn jongere broer Lodewijk die evenmin interesse naar de koningskroon had stierf in 1023 als monnik.
  • Er wordt aangenomen dat Lodewijk IV van Chiny die in 1226 stierf en in de abdij van Orval werd begraven de laatste in rechte lijn mannelijke Karolinger was. Zijn afstamming verloopt via de Karolingische graven van Vermandois en Chiny.

Karolingische Huis (751 tot 987)[bewerken | brontekst bewerken]

NAAM PERIODE Opmerkingen:
Childerik III 743 - 751 HUIS MEROVINGEN
Pepijn de Korte 751 - 768
Carloman I 768 - 771
Karel de Grote 768 - 814
Lodewijk de Vrome 814 - 840
Karel de Kale 840 - 877
Lodewijk de Stamelaar 877 - 879
Lodewijk III 879 - 882
Karloman van Frankrijk 882 - 884
Karel de Dikke 884 - 887
Odo I 887 - 898 HUIS ROBERTIJNEN
Karel de Eenvoudige 898 - 922
Robert I 922 - 923 HUIS ROBERTIJNEN
Rudolf I 923 - 936 HUIS BOSONIDEN
Lodewijk IV 936 - 954
Lotharius 954 - 986
Lodewijk V 986 - 987
Hugo Capet 987 - 996 HUIS CAPETINGEN

Karolingische dynastie - tijdlijn en gevolgen[bewerken | brontekst bewerken]

De overname van het Merovingische rijk[bewerken | brontekst bewerken]

Het begon allemaal met Pepijn III De Korte die de macht overnam in Austrasië, doordat hij zich liet erkennen als enige hofmeier van het land. Zijn vader Karel Martel, de stichter van de Karolingen (omdat hij als bastaardzoon niet als lid van de Pepiniden werd aanvaard), verwierf nog meer aanzien doordat hij in 732 een Moors leger tussen Tours en Poitiers versloeg: de islamitische ruiterij reed zich te pletter tegen de zwaarbewapende Frankische infanterie. Daarmee maakte hij verleden van een van de talrijke Arabische strooptochten vanuit Spanje naar Frankrijk. Pepijn de Korte, de zoon van Karel Martel, stootte de laatste Merovingische koning, Childerik III, van de troon en nam de macht over, mede door de steun van de toenmalige paus.

Gevolgen van het verbond tussen Pepijn de Korte en de paus[bewerken | brontekst bewerken]

  1. De Karolingische dynastie kwam aan de macht
  2. De Pauselijke Staat ontstond doordat Pepijns vader, Karel Martel, het vroegere exarchaat Ravenna (gebied tussen Ravenna en Rome) aan de paus schonk.
  3. De goede betrekkingen tussen Kerk en Staat werden hersteld.

Karel de Grote[bewerken | brontekst bewerken]

Het politiek beleid van Karel de Grote[bewerken | brontekst bewerken]

Op het toppunt van zijn macht regeerde Karel over een rijk dat zich uitstrekte van Elbe/Oder tot aan de Pyreneeën. Zo veroverde hij:

  1. Lombardije
  2. Het gebied van de Saksen
  3. De Spaanse mark
  4. De inlijving van Beieren
  5. Het rijk der Avaren (Kroatië, Tsjechië, Slowakije en Hongarije)

Om zijn rijk makkelijker te kunnen besturen voerde Karel de Grote een centralisatiepolitiek die tot uiting kwam in:

  1. Het aanstellen van twee rondreizende ambtenaren per gouw, missi dominici of zendgraven, om de controle uit te oefenen op het grafelijk bestuur
  2. Het uitvaardigen van algemene wetten, de capitularia, voor alle onderdanen van het Frankische rijk
  3. Het aannemen van de keizerstitel in 800 (in usurpatie op keizerin Irene van Byzantium)
  4. Door de veralgemening van de vazalliteit, waarbij een vazal zijn diensten aanbood in ruil voor grond
  5. De ontwikkeling van een soort eenheidscultuur om de banden tussen zijn onderdanen te vestigen via missioneringswerk
  6. Het ontwikkelen van een hofcultuur: de Karolingische renaissance

De feodaliteit[bewerken | brontekst bewerken]

Karel maakte in zijn militaire - politiek en bestuurssysteem gebruik van het leenstelsel of feodalisme. Daarbij geeft een koning of andere grootgrondbezitter stukken grond die hij in bezit heeft, in gebruik aan anderen en sluit daarbij overeenkomsten af over militaire bijstand, onderhoud en opbrengst van de grond, en bescherming aan de gebruiker. De gebruiknemers worden leenheer of ook kroonvazallen genoemd, die op hun beurt kleinere stukken van de grond die ze in leen hadden gekregen in gebruik konden geven aan achtervazallen enzovoorts. Feodaal komt van feodum wat leengoed betekent. De leeneed is een eed van trouw tussen leenheer (koning) en leenman (vazal). Een vazal is een trouwe dienaar of gwas in het Germaans. Op deze manier kon de koning de vazallen aan zich binden, indien hij hulp nodig had tijdens het voeren van een oorlog.

Het cultureel beleid van Karel De Grote[bewerken | brontekst bewerken]

Karel de Grote wilde de cultuur van zijn land verbeteren. Maar hij wilde zelf ook geleerd worden. Karel was bedreven in de rekenkunde, talen, sterrenkunde en het leren schrijven. Hij lag ook aan de basis van de schoolcultuur, omdat hij scholen oprichtte (hij verplichtte de kloosters) en iedereen verplichtte hun zonen naar school te sturen, zodat ze konden worden opgeleid voor staatsdienst. De vereenvoudiging van het Merovingisch schrift zorgde voor de basis van de Germaanse en Romaanse taal en hun schrift. De Codex Aureus was een godsdienstig boek dat hij in kloosters liet maken.

Noten[bewerken | brontekst bewerken]

  1. R. McKitterick, Charlemagne: The Formation of a European Identity, Cambridge, 2008, p. 57 (voetnoot 1).

Referenties & verder lezen[bewerken | brontekst bewerken]

Zie de categorie Carolingian dynasty van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.