Lijningang

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Lijn-ingang)

Een lijningang of line-in is een asymmetrische ingang die op de meeste audio-versterkers en geluidskaarten aanwezig is. De voorvoegsels lijn- en line duiden op de "lijnniveau-standaard" die de impedantie en het signaalniveau van degelijke verbindingen vastlegt.

De meeste apparatuur biedt in- en uitgangen voor lijnniveau, zodat een veelheid van apparaten gemakkelijk gekoppeld kan worden. Ook het niveau van een standaard hoofdtelefoonuitgang — bijvoorbeeld van een mp3-speler — kan gebruikt worden om een lijningang aan te sturen. Een uitzondering zijn platenspelers, die vaak geen lijnuitgang hebben: ze bieden alleen de directe spanning van het element aan. Ze hebben dan ook een converter nodig welke naast een niveaucorrectie (versterking) ook de RIAA-correctie uitvoert.

Karakteristieken[bewerken | brontekst bewerken]

De maximale topwaarde van het signaal is voor een lijningang vijfhonderd mV, en de ingangsimpedantie is relatief hoog, ongeveer 47 . Fysiek wordt de verbinding meest uitgevoerd met 3,5 mm stereo minijacks (geluidskaarten), met tulpstekkers en 6 mm jacks (audioapparatuur), of met DIN-connectoren (oudere audioapparatuur).

De kwaliteit van een lijnverbinding is niet gespecificeerd, en hangt af van de feitelijke implementatie van de in- en uitgangen. Zo kan een oude geluidskaart de lijningang aftasten met een lage frequentie en verwerken met lage resolutie, waardoor er kwantiseringsruis ontstaat en de frequentie- en amplitude-dynamiek kleiner worden. In een high-endversterker kan daarentegen alle moeite gedaan zijn om het signaal onvervormd te ontvangen.

Door de asymmetrische aard van normale lijnverbindingen zijn installaties die ze gebruiken, gevoelig voor aardlussen.