Maria Grever

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Maria Grever
Grever (2015)
Persoonlijke gegevens
Volledige naam Maria Christina Rosalia Grever
Geboren 's-Hertogenbosch, 27 juli 1953
Werkzaamheden
Vakgebied Geschiedenis
Universiteit Erasmus Universiteit Rotterdam
Proefschrift Strijd tegen de stilte. Johanna Naber (1859-1941) en de vrouwenstem in geschiedenis (1994)
Promotor Willy Jansen
Soort hoogleraar Hoogleraar
Bekende werken Transforming the public sphere; The Dutch National Exhibition of Women's Labor in 1898 (2004)
Website
Portaal  Portaalicoon   Onderwijs

Maria Christina Rosalia (Maria) Grever ('s-Hertogenbosch, 27 juli 1953) is een Nederlands geschiedkundige. Zij werkte van 2000-2020 als hoogleraar Theorie en Methoden van de Maatschappijgeschiedenis en als directeur van het Centrum voor Historische Cultuur aan de Erasmus School of History, Culture and Communication van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Sinds 1 september 2020 is zij research fellow van het NL-Lab KNAW Humanities Cluster (Huygens Instituut).

Opleiding en onderzoek[bewerken | brontekst bewerken]

Maria Grever studeerde economische en sociale geschiedenis (1981) te Nijmegen en promoveerde daar cum laude op een intellectuele biografie van de historica Johanna Naber (1994). Aan de Erasmus Universiteit Rotterdam onderzoekt zij de veranderende betekenis van het verleden voor mensen sinds de late achttiende eeuw: enerzijds de vormgeving van collectief geheugen via tradities, rituelen, onderwijs en erfgoed, anderzijds de constructie en circulatie van historische kennis. Zij publiceert over historisch besef, collectieve herinnering en nationale identiteit; erfgoed en geschiedenisonderwijs; politieke cultuur en gender.

Dit onderzoek heeft geresulteerd in de formulering van een metahistorisch model over "historische cultuur" waarin drie interactieve analyseniveaus de dynamische omgang met het verleden inzichtelijk maken: historische verhalen en performatieve representaties (periodes, personen, gebeurtenissen); herinneringsinfrastructuren die het mogelijk maken om kennis over het verleden te delen met anderen (academische geschiedenis, onderwijs, musea, monumenten, jaarlijkse herdenkingen); geschiedconcepties die uitdrukking geven aan visies op de verhouding verleden, heden, toekomst (vooruitgang, neergang, eschatologie, cyclische tijd). Het concept historische cultuur omvat wetenschap en populaire cultuur, materiële en immateriële articulaties, en de interacties tussen menselijk handelen en traditie.

Vanuit deze benadering heeft zij als hoofdaanvrager diverse onderzoeksprojecten geleid, zoals: de productie en canonisering van historische kennis, inclusief constructies van nationale identiteit (NWO; WRR); de betekenis van erfgoed over slavernij en WOII in regulier geschiedenisonderwijs (NWO); de omgang met gevoelig oorlogsverleden in populaire genres als informele kennisverwerving (Erfgoed Nederland; EUR). Zie ook de NWO projecten, zoals: Paradoxes of De-Canonization. New Forms of Cultural Transmission in History (2004-2006), Heritage education, plurality of narratives and shared historical knowledge[1], en het project Historical scholarship and school history: national narratives in Dutch and English textbooks, 1920-2010.[2]

Activiteiten[bewerken | brontekst bewerken]

Van 1997-2008 was zij lid van de redactie en redactievoorzitter van het Tijdschrift voor Geschiedenis, van 2003-2010 lid en bestuurslid van de Sociaal-Wetenschappelijke Raad, van 2007-2010 was ze bestuurslid en vicevoorzitter van de Stichting Erfgoed Nederland, van 2007-2017 lid en voorzitter van de NIOD Wetenschapscommissie (KNAW); van 2007-2017 bestuurslid van de Stichting Praemium Erasmianum. Daarnaast was zij opleidingsdirecteur Geschiedenis en lid van het faculteitsbestuur ESHCC (2002-2007). Van 2017 tot 2020 was zij hoofd van de afdeling Geschiedenis ESHCC.

Andere activiteiten:

  • lid van de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen (KNAW),
  • lid van de Raad van Geesteswetenschappen,
  • voorzitter van de Commissie Geschiedenis en Letteren (Cultuurfonds)

Onderscheidingen[bewerken | brontekst bewerken]

1996   SNS-Bankprijs voor de beste dissertatie van de Katholieke Universiteit Nijmegen in de periode 1994-1996.

1997   Huib de Ruyterprijs van de Vereniging van Geschiedenisdocenten in Nederland (VGN).

1998   Onderscheiden als Officier in de Orde van Oranje-Nassau. Vanwege uitzonderlijke prestaties op het (inter)nationale gebied van de academische geschiedenis, het geschiedenisonderwijs, de vrouwenemancipatie en het leveren van uitmuntende diensten aan de samenleving.

2013-  Honorary Board Member EUROCLIO European Association of History Educators www.euroclio.eu/new/index.php/honorary-board

2015   ENVH Athena Award van het College van Bestuur van de Erasmus Universiteit Rotterdam als erkenning voor uitmuntende bijdrage aan de bevordering van vrouwelijk talent binnen de wetenschap in het algemeen en de Erasmus Universiteit Rotterdam in het bijzonder.

Publicaties[bewerken | brontekst bewerken]

Artikelen (selectie)

  • M. Grever & R.-J. Adriaansen, "Historical Consciousness: the Enigma of Different Paradigms", Journal of Curriculum Studies 51 (2019) 6, 814-830.
  • S. Driessen, M. Grever & S. Reijnders, "Lessons of wars. The significance of battlefield tours for the Dutch military", Critical Military Studies (2019) 1-19
  • M. Grever, 'The Netherlands', in L. Cajani, S. Lässig & M. Repoussi eds., Palgrave Handbook of Conflict and History Education in the Post-Cold War Era (Basingstoke: Palgrave Macmillan, 2019) 385-402
  • M. Grever, 'Why Historical Consciousness?', in A. Clark and C. Peck eds., Contemplating Historical Consciousness. Notes from the Field (New York/Oxford: Berghahn, 2019) 224-232.
  • A. Clark & M. Grever, 'Historical Consciousness: Conceptualizations and Educational Applications', in S.A. Metzer & L. McArthur Harris eds., International Handbook of History Teaching and Learning (New York: Wiley-Blackwell Publishers, 2018) 177-201.
  • M. Grever, 'Teaching the War. Reflections on Popular Uses of Difficult Heritage', in T. Epstein & C. Peck eds., Teaching and Learning Difficult Histories. Global Concepts and Contexts. A Critical Sociocultural Approach (New York, Routledge, 2018) 30-44.
  • M. Grever, 'Johanna Wilhelmina Antoinette Naber (1859-1941)', Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland (ING / Huygens Instituut 2012).[3]
  • M. Grever, B. Pelzer & T. Haydn, 'High school students' views on history', Journal of Curriculum Studies 43 (2011) nr. 2, 207-229.
  • M. Grever, 'Geen identiteit zonder oriëntatie in de tijd. Over de noodzaak van chronologie', BMGN 124 (2009) 397-410.

Boeken (selectie)

  • M. Grever, Een ecologische breukervaring? Corona en historisch besef / An ecological rupture? Corona and historical consciousness. Afscheidscollege Erasmus Universiteit Rotterdam (Hilversum, Uitgeverij Verloren, 2021) 32 p.
  • M. Grever, Onontkoombaar verleden. Reflecties op een veranderende historische cultuur (Hilversum, Uitgeverij Verloren, 2020), 224 p.
  • M. Carretero, S. Berger & M. Grever Eds., Palgrave Handbook of Research in Historical Culture and Education (Basingstoke, Palgrave Macmillan, 2017).
  • C. van Boxtel, M. Grever & S. Klein Eds., Sensitive Pasts. Questioning Heritage in Education (New York / Oxford, Berghahn Books, 2016) 296 p. Vol. 27 in the series "Making Sense of History".
  • M. Grever & C. van Boxtel, Verlangen naar tastbaar verleden. Erfgoed, onderwijs en historisch besef (Hilversum, Uitgeverij Verloren, 2014).
  • M. Grever, I. de Haan, D. Hondius, S. Legêne Eds., Grenzeloze gelijkheid. Historische vertogen over cultuurverschil (Amsterdam, Bert Bakker, 2011) 360 p.
  • M. Grever & Siep Stuurman eds., Beyond the Canon. History for the Twenty-First Century (Basingstoke, Palgrave Macmillan, 2007) 220 p.
  • M. Grever & K. Ribbens, Nationale identiteit en meervoudig verleden (WRR Verkenning nr. 17) (Amsterdam University Press 2007) 222 p.
  • M. Grever, E. Jonker, K. Ribbens, S. Stuurman, Controverses rond de canon (Assen, Van Gorcum, 2006), 128 p.
  • M. Grever & Berteke Waaldijk, Transforming the public sphere; The Dutch National Exhibition of Women's Labor in 1898 (Durham, Duke University Press, 2004) 306 p.
  • M. Grever & Harry Jansen Eds, De ongrijpbare tijd; Temporaliteit en de constructie van het verleden (Hilversum, Uitgeverij Verloren, 2001) 200 p.
  • M. Grever, Strijd tegen de stilte. Johanna Naber (1859-1941) en de vrouwenstem in geschiedenis (Hilversum, Verloren, 1994) 400 p. Tevens proefschrift Nijmegen.

Externe link[bewerken | brontekst bewerken]