Nederlandse kampioenschappen schaatsen afstanden 2008

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Nederlandse kampioenschappen schaatsen afstanden 2008
Kampioenschapinformatie
Plaats Heerenveen, Nederland
IJsbaan Thialf
Datum 26 – 28 oktober 2007
Navigatie
<<< 2007     2009 >>>
Portaal  Portaalicoon   Schaatsen

De Nederlandse kampioenschappen afstanden 2008 werden van 26 tot 28 oktober 2007 gehouden in Heerenveen op de schaatsbaan van Thialf. Tijdens deze NK Afstanden mannen en NK Afstanden vrouwen konden naast de nationale titels op de afstanden ook plaatsbewijzen veroverd worden voor de drie wereldbekerwedstrijden die op het kampioenschap volgden.

Programma[bewerken | brontekst bewerken]

Programma
Datum Onderdeel
vrijdag 26 oktober 2007 500 meter vrouwen 1e run
500 meter mannen 1e run
5000 meter mannen
500 meter vrouwen 2e run
500 meter mannen 2e run
zaterdag 27 oktober 2007 1000 meter vrouwen
1000 meter mannen
3000 meter vrouwen
zondag 28 oktober 2007 1500 meter vrouwen
1500 meter mannen
5000 meter vrouwen
10.000 meter mannen

Titelverdedigers[bewerken | brontekst bewerken]

Bij de mannen wist geen van de titelverdedigers op de korte afstanden zijn titel te prolongeren. Op de 500 meter nam Jan Smeekens de titel over van Jan Bos en op de 1000 en 1500 meter nam Simon Kuipers de titel over van respectievelijk Jan Bos en Sven Kramer. Sven Kramer prolongeerde zijn titel op de 5000 en 10.000 meter.

Bij de vrouwen wonnen Annette Gerritsen en Paulien van Deutekom hun eerste titels. Gerritsen nam de titel van Margot Boer op de 500 meter over en Van Deutekom nam de titels van Ireen Wüst op de 1000 en 1500 meter over. Renate Groenewold en Gretha Smit prolongeerden hun titels op de 3000 en 5000 meter.

Mannen[bewerken | brontekst bewerken]

500 meter[bewerken | brontekst bewerken]

Jan Smeekens veroverde zijn eerste afstandstitel. Naast Smeekens plaatsten Simon Kuipers, Erben Wennemars, Jacques de Koning en Jurre Trouw zich voor de eerste twee wereldbekerwedstrijden.[1]

# Schaatser 1e 500m 2e 500m Totaal
Goud Jan Smeekens 35,66 35,56 71,220
Zilver Simon Kuipers 35,74 35,73 71,470
Brons Erben Wennemars 35,69 35,80 71,490
4 Jacques de Koning 35,88 35,80 71,680
5 Jan Bos 35,90 35,88 71,780
6 Jurre Trouw 35,83 36,06 71,890
7 Ronald Mulder 35,98 36,07 72,050
8 Tim Salomons 36,22 36,01 72,230
9 Lars Elgersma 36,34 35,96 72,300
10 Sjoerd de Vries 36,42 36,14 72,560

1000 meter[bewerken | brontekst bewerken]

In navolging van Jan Smeekens op de 500 meter, veroverde Simon Kuipers op de 1000 meter zijn eerste afstandstitel. De top 5 plaatsten zich voor de eerste twee wereldbekerwedstrijden.[2]

# Schaatser Tijd
Goud Simon Kuipers 1.09,59
Zilver Jan Bos 1.09,88
Brons Erben Wennemars 1.10,00
4 Mark Tuitert 1.10,15
5 Remco Olde Heuvel 1.10,89
6 Sjoerd de Vries 1.10,96
7 Rhian Ket 1.10,97
8 Jacques de Koning 1.11,04
9 Pim Schipper 1.11,20 PR
10 Jurre Trouw 1.11,33

1500 meter[bewerken | brontekst bewerken]

Na de 1000 meter won Simon Kuipers op zondag ook de 1500 meter. De top 5 plaatsten zich voor de eerste twee wereldbekerwedstrijden.[3]

# Schaatser Tijd
Goud Simon Kuipers 1.45,80
Zilver Erben Wennemars 1.46,98
Brons Sven Kramer 1.47,31
4 Mark Tuitert 1.47,91
5 Rhian Ket 1.48,50
6 Remco Olde Heuvel 1.48,64
7 Tom Prinsen 1.48,70
8 Lars Elgersma 1.48,71
9 Jan Bos 1.48,89
10 Ben Jongejan 1.48,91

5000 meter[bewerken | brontekst bewerken]

Sven Kramer toonde opnieuw zijn hegemonie op de kortste stayers afstand. De wereldkampioen en wereldrecordhouder op de 5000 meter verloor sinds de Olympische Winterspelen van 2006 in Turijn geen wedstrijd over deze afstand.

Op het podium werd Kramer vergezeld door zijn ploeggenoten Carl Verheijen en Wouter Olde Heuvel, waardoor het ereschavot volledig TVM-groen gekleurd was.[4]

De top 5 plaatsten zich voor de eerste twee wereldbekerwedstrijden.

# Schaatser Tijd
Goud Sven Kramer 6.24,51
Zilver Carl Verheijen 6.26,54
Brons Wouter Olde Heuvel 6.28,48
4 Tom Prinsen 6.30,30
5 Bob de Jong 6.31,58
6 Arjen van der Kieft 6.31,90
7 Mark Ooijevaar 6.32,65
8 Brigt Rykkje 6.34,84
9 Ted-Jan Bloemen 6.36,40
10 Frank Vreugdenhil 6.37,03

10.000 meter[bewerken | brontekst bewerken]

Sven Kramer won na de 5000 meter ook de langste stayersafstand. Bob de Jong leek zijn oude niveau hervonden te hebben in Berlijn waar hij trainde met de Duitse nationale ploeg. Brigt Rykkje won alweer zijn vierde nationale afstandsmedaille op de 10.000 meter.[5]

De top 5 plaatsten zich voor de eerste twee wereldbekerwedstrijden. Sven Kramer bedankte hiervoor, zijn plaats wordt waarschijnlijk ingenomen door teamgenoot Carl Verheijen die afzegde voor deze afstand.

# Schaatser Tijd
Goud Sven Kramer 13.17,80
Zilver Bob de Jong 13.20,26
Brons Brigt Rykkje 13.26,51
4 Tom Prinsen 13.30,77
5 Ted-Jan Bloemen 13.35,62
6 Arjen van der Kieft 13.37,28
7 Wouter Olde Heuvel 13.40,79
8 Mark Ooijevaar 13.46,84
9 Kurt Wubben 13.46,95
10 Frank Vreugdenhil 13.59,07

Vrouwen[bewerken | brontekst bewerken]

500 meter[bewerken | brontekst bewerken]

Op de 500 meter won Annette Gerritsen haar eerste nationale titel. Ze bleef tweemaal de concurrenten ruim voor en noteerde als enige een tijd onder de 39 seconden.

De top 5 plaatsten zich voor de eerste twee wereldbekerwedstrijden.[1]

# Schaatsster 1e 500m 2e 500m Totaal
Goud Annette Gerritsen 39,07 38,82 77,890
Zilver Margot Boer 39,27 39,11 78,380
Brons Marianne Timmer 39,59 39,17 78,760
4 Sanne van der Star 39,52 39,60 79,120
5 Natasja Bruintjes 39,84 39,88 79,720
6 Marloes Gelderblom 40,14 39,81 79,950
7 Laurine van Riessen 40,16 39,94 80,100
8 Ireen Wüst 40,20 40,12 80,320
9 Marrit Leenstra 40,11 40,21 80,320
10 Ingeborg Kroon 40,33 40,21 80,540

1000 meter[bewerken | brontekst bewerken]

Ook Paulien van Deutekom won in Thialf haar eerste afstandstitel. Zeer verrassend was haar winst omdat ze herstellende was van een enkelblessure. Een week voor het kampioenschap werd ze er aan geopereerd en de wond was nog niet volledig gedicht op de wedstrijddag. Ook verrassend was het niet kwalificeren van Marianne Timmer voor de eerste twee wereldbekerwedstrijden. De top 5 wist zich voor deze wedstrijden te plaatsen, waaronder de Jong Oranje schaatssters Marrit Leenstra en Natasja Bruintjes.[6]

# Schaatsster Tijd
Goud Paulien van Deutekom 1.17,18
Zilver Annette Gerritsen 1.17,79
Brons Ireen Wüst 1.18,04
4 Marrit Leenstra 1.18,33 PR
5 Natasja Bruintjes 1.18,37 PR
6 Marianne Timmer 1.18,71
7 Jorien Voorhuis 1.18,78
8 Marloes Gelderblom 1.18,94
9 Laurine van Riessen 1.19,07
10 Diane Valkenburg 1.19,13 PR

1500 meter[bewerken | brontekst bewerken]

Nadat Paulien van Deutekom net als Simon Kuipers haar eerste nationale afstandstitel veroverde op de 1000 meter, won van Deutekom evenals Kuipers op zondag haar tweede titel door winst op de 1500 meter. De top 5 wist zich voor deze wedstrijden te plaatsen, waaronder de Jong Oranje-schaatsster Marrit Leenstra en de gewestelijke rijdster Diane Valkenburg.[7]

# Schaatsster Tijd
Goud Paulien van Deutekom 1.58,26
Zilver Ireen Wüst 1.58,35
Brons Diane Valkenburg 1.59,30 PR
Marrit Leenstra 1.59,30 PR
5 Annette Gerritsen 1.59,94
6 Jorien Voorhuis 2.00,62
7 Renate Groenewold 2.00,62
8 Tessa van Dijk 2.01,26
9 Sanne Delfgou 2.01,76 PR
10 Wieteke Cramer 2.01,79

3000 meter[bewerken | brontekst bewerken]

Renate Groenewold won haar zevende nationale afstandstitel. De top 5 plaatsten zich voor de eerste twee wereldbekerwedstrijden.[8]

# Schaatsster Tijd
Goud Renate Groenewold 4.09,70
Zilver Gretha Smit 4.10,06
Brons Paulien van Deutekom 4.11,18
4 Ireen Wüst 4.11,19
5 Diane Valkenburg 4.11,92 PR
6 Jorien Voorhuis 4.12,72
7 Elma de Vries 4.15,52
8 Helen van Goozen 4.15,70
9 Wieteke Cramer 4.16,43
10 Marrit Leenstra 4.16,96

5000 meter[bewerken | brontekst bewerken]

Gretha Smit prolongeerde haar titel op de 5000 meter. Renate Groenewold en Marja Vis zegden af wegens respectievelijk ziekte en blessure, waardoor het kampioenschap enigszins gedevalueerd was. De tijd van Smit werd er echter niet minder imposant om. Diane Valkenburg bekroonde een uitstekend weekend met een zilveren plek op de 5000 meter. De tweede plek betekende tevens haar derde startbewijs voor een wereldbekerwedstrijd. De top 5 plaatste zich voor de wereldbekerwedstrijd 5000 meter.[9]

# Schaatsster Tijd
Goud Gretha Smit 7.09,23
Zilver Diane Valkenburg 7.16,91 PR
Brons Mireille Reitsma 7.21,45 PR
4 Elma de Vries 7.23,27 PR
5 Jorien Voorhuis 7.24,62
6 Daniëlle Bekkering 7.26,93 PR
7 Helen van Goozen 7.28,59
8 Foske Tamar van der Wal 7.31,23
9 Wieteke Cramer 7.36,34

Medaillespiegel[bewerken | brontekst bewerken]

Mannen[bewerken | brontekst bewerken]

Rang Naam Goud Goud Zilver Zilver Brons Brons Totaal
1 Simon Kuipers (DSB) 2 1 0 3
2 Sven Kramer (TVM) 2 0 1 3
3 Jan Smeekens (DSB) 1 0 0 1
4 Erben Wennemars (TVM) 0 1 2 3
5 Jan Bos (Telfort) 0 1 0 1
Bob de Jong (niet teamgebonden) 0 1 0 1
Carl Verheijen (TVM) 0 1 0 1
8 Wouter Olde Heuvel (TVM) 0 0 1 1
Brigt Rykkje (niet teamgebonden) 0 0 1 1
Totaal 5 5 5 15

Vrouwen[bewerken | brontekst bewerken]

Rang Naam Goud Goud Zilver Zilver Brons Brons Totaal
1 Paulien van Deutekom (TVM) 2 0 1 3
2 Annette Gerritsen (DSB) 1 1 0 2
Gretha Smit (Telfort) 1 1 0 2
4 Renate Groenewold (TVM) 1 0 0 1
5 Diane Valkenburg (Gewest Z-H) 0 1 1 2
Ireen Wüst (TVM) 0 1 1 2
7 Margot Boer (DSB) 0 1 0 1
8 Marrit Leenstra (Jong Oranje) 0 0 1 1
Mireille Reitsma (niet teamgebonden) 0 0 1 1
Marianne Timmer (DSB) 0 0 1 1
Totaal 5 5 5 15

Team[bewerken | brontekst bewerken]

Plaats Teams Goud Goud Zilver Zilver Brons Brons Totaal
1 TVM 6 3 6 14
2 DSB 3 3 1 7
3 Telfort 1 2 0 3
4 Niet teamgebonden rijders 0 1 2 3
5 Gewestelijk rijder 0 1 1 2
6 Jong Oranje 0 0 1 1
Totaal 10 10 10 30