Overleg:Flessenpost

Pagina-inhoud wordt niet ondersteund in andere talen.
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Zojuist heb ik een stenen Bolskruikje te water gelaten. Het dreef. En het betrof hier nog zoet keukenwater ook. Vriendelijke groet, Bessel Dekker 16 jul 2008 14:26 (CEST)[reageer]

Ik was te snel met mijn revert van Taka, waarvoor excuus. Overigens ging het mij niet om het drijfvermogen, maar om de zichtbaarheid van het aanwezige bericht. Paul B 16 jul 2008 14:37 (CEST)[reageer]
Ha! Maar de dan gepostuleerde attractie van de postfles lijkt mij aanvechtbaar. De strandjutter zal er niet op toesnellen onder de bekoring van het ontwaarde papier, maar veeleer in de hoop op geestrijk vocht. Daarnaast is het de vraag of een glazen fles na vele omzwervingen, verwering, geschuur over zandstranden bij eb en vloed, nog wel doorzichtig zal zijn. Vriendelijke groet, Bessel Dekker 16 jul 2008 14:41 (CEST)[reageer]
Lees ik hier een POV omtrent strandjutters? En geldt dit POV ook voor wandelaars, badgasten en duikers? En de fles die een reis van zowat 93 jaar maakte, zag er nog prima uit, zie artikel. Bertux 16 jul 2008 20:32 (CEST)[reageer]
  • Ja, maar die had nauwelijks een afstand afgelegd: zie de coördinaten. Zo kan ik ook 93 worden. Het was ronduit een luie fles!
  • Een kritische houding tegenover standjutters lijkt gerechtvaardigd, maar neutraal blijven we. Nwutraler dan het aan hen gewijde artikel, dat overigens een copyvio lijkt.
  • Wandelaars, badjassen en duikers zijn de tegenpool van de standjutter. Zij nemen immers geen goederen mee, maar brengen die juist, en laten ze achter in de vorm van leeg drankblik, bedremmeld gereedschap en diverse maten plastic verpakking. Het zijn de moderne milieujutters die de troep weer opruimen. Bekommerde groet, Bessel Dekker 17 jul 2008 03:09 (CEST)[reageer]
  • De luiheid had ik gezien ja. Misschien weet Guinness meer, maar je vraagt je af of niet iemand de drankfles van zijn overgrootvader een jaartje tussen de rotsen in de branding heeft geklemd.
  • Een gejut artikel, hoe passend. De jutters hebben hun reputatie misschien wel verdiend, maar in onze tijd van welvaart mogen wij niet vergeten dat eerzame, erudiete, intelligente en weetgierige mensen zich ter overleving soms tot de meest troosteloze bestaansmiddelen veroordeeld zagen. Ik heb nog een halfblinde boerenknecht gekend die nog omstreeks 1982 met het paard (!) van zijn broer de gepachte akkers kwam ploegen. De man werd voor gek versleten en dronk bij zijn schaft melk uit het uier van de merrie, maar had een grote kennis van godsdienstgeschiedenis en las elke avond met een loep de krant van voor tot achter.
  • Brieven met flessen erin (of andersom) hebben op iedereen aantrekkingskracht.
  • Ha, dus het mag weer? Doen we; ik zal een eindeloze zin beproeven, passend bij Reve.
  • Overigens heb je gelijk; jutters verdienen zeker mededogen; maar dat geldt niet voor de moderne soort, die met auto's koelkasten van het stand komt halen (Engeland enkele jaren geleden). Ook de wreckers aan de kusten van bijvoorbeeld Cornwall zijn geen plezierig onderwerp, behalve voor Jamaica Inn. Maar dit hoort op die andere OP thuis. Vriendelijke groet, Bessel Dekker 17 jul 2008 11:06 (CEST)[reageer]

auteursrechten[brontekst bewerken]

Bij de artikel-edits zie ik dat er een discussie ontstaat over de auteursrechten op een gedicht van J. Slauerhoff. Misschien is het een idee om deze overlegpagina te gebruiken voor die discussie. Bob.v.R 2 dec 2010 03:16 (CET)[reageer]

Flessenpost naar Engeland in 2e wereldoorlog / Info mbt Sieds van Straaten[brontekst bewerken]

http://www.frieschdagblad.nl/index.asp?artID=23575

Het inlichtingenwerk gebeurde in de beginjaren van de oorlog vrij provisorisch. Het verhaal van Sieds van Straten, een van de grondleggers van het spionagewerk voor het verzet, geeft daarvan een goed beeld. Van Straten – oud-officier in het Nederlandse leger - stond al in de meidagen van 1940 op de Afsluitdijk gegevens te verzamelen voor de geallieerden. Hij zette het werk voort en bracht in 1941 en ’42 onder meer de Duitse bouwwerken langs de kust in kaart. ,,Hij wandelde langs de kust en werd hij aangehouden, dan deed hij zich voor als een seniel oud baasje’’, weet Van der Laan. Maar intussen had Van Straten alle gegevens in zijn hoofd opgeslagen. Die werkte hij thuis in Dokkum uit en stopte de informatie in flessen. Met die flessen ging hij naar Maassluis, waar hij de pont nam. ,,Hij had waarschijnlijk ook een studie gemaakt van de stromingen. Hij wist waar hij de flessen te water moest laten en waar ze grote kans hadden Engeland te bereiken. Later is duidelijk geworden dat van de twintig flessen die hij in het water heeft gegooid, vijf flessen de juiste instanties in Engeland hebben bereikt.’’ Aanvankelijk werkte Van Straten alleen. Pas toen hij tijdens een bezoek aan Limburg hoorde van een inlichtingengroep in Delfzijl, probeerde hij contact met deze groep te krijgen. De groep in Delfzijl stond bekend onder de naam Zwaantje, naar hotel De Witte Zwaan. Deze groep, die onder leiding stond van huisarts dr Allerd Oosterhuis, wist informatie met de hulp van coasterkapiteins via het neutrale Zweden in Engeland te krijgen. Het contact tussen Van Straten en de groep Zwaantje was van korte duur. Van Straten werd in juli 1943 ziek. Hij leed aan kanker. Hij dook onder in Hegebrêge (tussen Raard en Sibrandahûs), waar hij kort daarna overleed. Jo van der Laan werd door P.O. Brouwer gevraagd een brief naar Van Straten op zijn onderduikadres te brengen. De brief kwam uit Engeland, via dokter Oosterhuis, en daarin werd Sieds van Straten geroemd voor zijn verzetswerk. En hij kreeg een medaille. ,,Ik weet het niet zeker, maar volgens mij was Van Straten de enige verzetsman die al tijdens de oorlog een onderscheiding van de koningin kreeg’’, zegt Van der Laan.

http://www.weggum.com/geschiedenis_van_een_OD_zender.html

In de herfst van 1942 kon een oude man, genaamd COSMAN (Sieds van Straten), die een gepensioneerde Nederlandse officier was aan militaire inlichtingen komen waarvan hij de waarde hoog inschatte en hij probeerde op een bijzondere manier met de Nederlandse Regering in Londen in conact te komen door zijn berichten in flessen te doen en deze vervolgens in zee te gooien. Toen hij er achter kwam dat dit niet werkte legde hij contact met iemand in Delfzijl die in staat was zijn berichtenan aan twee coasters mee te geven die vanuit die haven op de Oostzee voeren en op die manier bereikten zijn rapporten uiteindelijk Stockholm. Het is niet bekend of deze contactpersoon van meet af aan Dr. ZWAANTJE (Dr. A.L. Oosterhuis) is geweest, maar hij was zeker reeds van af november 1942 de tussenpersoon. Het materiaal dat op deze manier Stockholm bereikte werd via de Nederlandse Consul-Generaal DE JONG naar de Nederlandse Regering in Engeland doorgestuurd. Het bericht werd aan deze kant ontvangen door Majoor SOMER van het Nederlanse Bureau Inlichtingen. In maart 1943 begon een telegrafist van ZWAANTJE berichten met behulp van een zender direct naar SIS (MI-6) te sturen. De zender had Nederland op de volgende manier bereikt: enige maanden eerder had SIS via Zweden twee zenders naar Nederland gestuurd. Wat er met een van deze zenders (PACKARD) gebeurd is weten wij niet, maar de ander (WOLSELEY) heeft uiteindelijk 'de technische man van de OD' (A.S.M. van Schendel) bereikt. Deze heeft de zender aan de praat gekregen en leverde tevens een telegrafist die de zender namens ZWAANTJE kon bedienen.

Sieds van Straten 1875-1943

Geboren op 11 mei 1875 te Dokkum Overleden op 27 juli 1943 te Ferwerderadeel

http://www.vianen14-18.nl/personen/sieds_van_straten/

Sieds van Straten werd geboren in Dokkum in 1875. Hij werd officier in het Koninklijk Nederlands Indisch Leger. In 1901 kreeg hij een medaille voor de krijgsverrichtingen die hij in de periode 1896-1900 in Atjeh had gedaan. [Zie bij. de Graafschap-Bode van 17-08-1901] In 1911 kwam hij korte tijd in dienst bij het Negende Regiment Infanterie te Leeuwarden. Tijdens de mobilisatiejaren was hij luitenant van de 2e compagnie van het tweede bataljon Landweer Infanterie.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog speelde Van Straten nog een rol in het verzet. Daarover is het volgende artikel geschreven door Warner B. Banga:

   Het Klein Kantoortje

Sieds van Straten woonde op de Legeweg in Dokkum, waar hij een soort spaarbank voor de kleine spaarder had, waar men ook geld kon lenen. Hij noemde dit ‘Het Kleine Kantoortje’. Toen de Duitsers in mei 1940 ons land binnenvielen was de 65-jarige Van Straten reserve-officier en nog behoorlijk vitaal. Hij kon de capitulatie als oud-militair maar moeilijk verkroppen en besloot actief verzet te bieden, waarmee hij één van de pioniers van het verszet in Nederland was. Onder de schuilnaam ‘IB’, oftewel ‘Isolatiebreker’, verzamelde Van Straten informatie over vliegvelden en militaire objecten, die hij in kaart bracht en in flessen stopte. Daarmee fietste (!) hij naar Rotterdam, waar de flessenpost in de riviermonding van de Maas gegooid werd, in de hoop dat deze met de stroming naar Engeland zouden drijven. Minstens vijf van deze berichten zijn aangekomen. Later werd een professioneler lijn opgezet via Delfzijl, waarbij zijn berichten door coasterkapiteins via Zweden naar Londen gestuurd werden.

   Oude Tippelaar

Op radio Oranje werden berichten voor Sieds van Straten doorgegeven met de codenaam ‘Bonifatius’, maar een andere schuilnaam was ‘George Kassian’. Koningin Wilhelmina noemde van Straten vanuit Engeland eens de ‘Oude Tippelaar’. Tijdens de oorlog werd Sieds van Straten ongeneeslijk ziek. Op zijn ziekbed kreeg hij nog te horen dat hij was onderscheiden als officier in de orde van Oranje Nassau. De Duitsers kwamen Van Straten door verraad op het spoor, maar vlak voor zijn arrestatie overleed hij op 24 juli 1943. Zijn werk werd voortgezet door het Dokkumer verzet onder leiding van P.O. Brouwer, die zich, om Van Straten te eren, ‘B2’ liet noemen.