Radjnarain Nannan Panday

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Radjnarain Mohanpersad (Krish) Nannan Panday (soms ook: Nanan Panday) (Kwatta (Wanica), 21 oktober 1928) is een Surinaams oud-politicus.

Na afronding van zijn lerarenopleiding in 1946 ging hij lesgeven. In 1953 vertrok Nannan Panday naar India om te gaan studeren aan de Universiteit van Punjab waar hij in 1955 de graad van Bachelor of Arts behaalde. Daarna volgde hij een tweejarige studie sociale wetenschappen aan het Institute of Social Studies (ISS) in Den Haag waar hij de graad van Master of Science behaalde. Vervolgens heeft hij nog twee jaar aan de Universiteit van Amsterdam onder andere internationaal recht gestudeerd en promoveerde in 1959 in de economie op het proefschrift Agriculture in Surinam 1650-1950, an inquiry into the causes of its decline.

Na terugkeer in zijn vaderland was hij onder meer hoofd van het bureau Volksontwikkeling en Volksvorming van het departement van Onderwijs en Volksontwikkeling en adviseur bij het Planbureau. Van 1963 tot 1969 was hij namens de Hindoestaanse partij VHP lid van de Staten van Suriname en in de periode 1964-1967, toen Jagernath Lachmon voorzitter van de Staten was, was Nannan Panday VHP-fractieleider. Daarnaast was hij vanaf 1964 vicevoorzitter van de hindoe-organisatie Sanatan Dharm en vanaf 1968 voorzitter van deze organisatie.

Na de verkiezingen van 1969 werd hij minister van Onderwijs en Volksontwikkeling maar twee jaar later trad hij af na aanhoudende geruchten over valsheid in geschrifte en fraude op zijn ministerie. In de rechtszaak die volgde werd tien maanden gevangenisstraf en vijf jaar ontzetting van ambtelijke functies geëist maar uiteindelijk werd hij veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee maanden met een proeftijd van drie jaar. De kantonrechter kwam in augustus 1971 tot deze uitspraak omdat Nannan Panday in 1967, toen hij nog hoofd was van het bureau Volksontwikkeling en Volksvorming, een declaratie had goedgekeurd voor het vervoeren van kinderen naar een zwembad terwijl hem bekend was dat het geld in werkelijkheid gebruikt was voor het vervoeren van materiaal voor filmvoorstellingen en voor het schoonmaken van speelterreinen.[1]

Enkele maanden later volgde hij Ramsewak Shankar op als minister van Landbouw, Veeteelt en Visserij. Die functie was vrijgekomen omdat zijn partijgenoot Shankar, die van 1988 tot 1990 president van Suriname zou zijn, eind 1971 was benoemd tot directeur van de Stichting Machinale Landbouw (SML) in Wageningen. Na de verkiezingen van 1973 kwam de VHP in de oppositie en keerde Nannan Panday terug als parlementslid.

In 2012 werd hij onderscheiden als Groot Officier in de Ere-Orde van de Palm.[2]

Bibliografie[bewerken | brontekst bewerken]

  • R.M. Nannan Panday, An investigation into real and alleged factors which have impeded the growth of agriculture in Surinam, Institute of Social Studies, Den Haag, 1957
  • R.M. Nannan Panday, Agriculture in Surinam 1650-1950, an inquiry into the causes of its decline, J.H. Paris, Amsterdam, 1959 (proefschrift)
Voorganger:
Ch.H. Eersel
Minister van Onderwijs en Volksontwikkeling
1969 - 1971
Opvolger:
J.H. Adhin (wnd)
Voorganger:
R. Shankar
Minister van Landbouw, Veeteelt en Visserij
1972 - 1973
Opvolger:
W. Soemita