Resolutie 1065 Veiligheidsraad Verenigde Naties

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Resolutie 1065
Van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties
Datum 12 juli 1996
Nr. vergadering 3680
Code S/RES/1065
Stemming
voor
15
onth.
0
tegen
0
Onderwerp Georgisch-Abchazisch conflict
Beslissing Verlengde de UNOMIG-waarnemingsmissie met 6 maanden.
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 1996
Permanente leden
Niet-permanente leden
Vlag van Botswana Botswana · Vlag van Chili Chili · Vlag van Egypte Egypte · Vlag van Guinee-Bissau Guinee-Bissau · Vlag van Duitsland Duitsland · Vlag van Honduras Honduras · Vlag van Indonesië Indonesië · Vlag van Italië Italië · Vlag van Zuid-Korea (1984-1997) Zuid-Korea · Vlag van Polen Polen
De colonnade in de kuststad Gagra.

Resolutie 1065 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd op 12 juli 1996 door de VN-Veiligheidsraad aangenomen, en verlengde de UNOMIG-waarnemingsmissie in Abchazië met een half jaar.

Achtergrond[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Georgisch-Abchazisch conflict voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Op het einde van de jaren 1980 wilde de Abchazische minderheid in Abchazië onafhankelijk worden van Georgië, waartoe ze behoorden, terwijl de Georgiërs wel de meerderheid van de bevolking uitmaakten. De Georgiërs zagen dat niet zitten en in 1992 leidde de situatie tot een gewapend conflict. Daarbij raakte ook grote buur Rusland betrokken, die het voor de Abchazen opnam. Begin 1993 braken zware gevechten uit om de Abchazische hoofdstad Soechoemi, die kortstondig waren onderbroken door een staakt-het-vuren.

Inhoud[bewerken | brontekst bewerken]

Waarnemingen[bewerken | brontekst bewerken]

De twee partijen kregen hun conflict niet opgelost vanwege de onverzettelijke positie van de Abchazen. Het Moskou-Akkoord van 14 mei 1994 over het staakt-het-vuren en de scheiding van troepen was wel goed nageleefd. Doch ging de toestand in Gali achteruit en waren de vluchtelingen die huiswaarts keerden niet veilig.

Handelingen[bewerken | brontekst bewerken]

De onderhandelingen om het conflict op te lossen zaten nog steeds vast. De Veiligheidsraad bevestigde de soevereiniteit en territoriale integriteit van Georgië, met inbegrip van Abchazië. Ook bevestigde ze het recht van alle vluchtelingen om veilig naar huis terug te keren. Het feit dat de Abchazen hen bleven hinderen werd veroordeeld. Ook was het onaanvaardbaar dat het conflict tot demografische veranderingen zou leiden. Verder werden de etnische moorden en -geweld en het leggen van mijnen in de regio Gali veroordeeld.

Het mandaat van de UNOMIG-waarnemingsmissie werd verlengd tot 31 januari 1997 en kon herzien worden moest het mandaat van de GOS-vredesmacht wijzigen. Ten slotte werd secretaris-generaal Boutros Boutros-Ghali gevraagd binnen de drie maanden te rapporteren over de situatie in Abchazië en de operaties van UNOMIG.

Verwante resoluties[bewerken | brontekst bewerken]