Resolutie 1398 Veiligheidsraad Verenigde Naties

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Resolutie 1398
Van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties
Datum 15 maart 2002
Nr. vergadering 4494
Code S/RES/1398
Stemming
voor
15
onth.
0
tegen
0
Onderwerp Eritrees-Ethiopische Oorlog
Beslissing Verlengde de UNMEE-waarnemingsmissie met 6 maanden.
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 2002
Permanente leden
Niet-permanente leden
Vlag van Bulgarije Bulgarije · Vlag van Kameroen Kameroen · Vlag van Colombia Colombia · Vlag van Guinee Guinee · Vlag van Ierland Ierland · Vlag van Mexico Mexico · Vlag van Mauritius Mauritius · Vlag van Noorwegen Noorwegen · Vlag van Singapore Singapore · Vlag van Syrië Syrië
Resolutie 1398 Veiligheidsraad Verenigde Naties

Resolutie 1398 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd unaniem door de VN-Veiligheidsraad aangenomen op 15 maart 2002, en verlengde de UNMEE-waarnemingsmissie in Eritrea en Ethiopië met een half jaar.

Achtergrond[bewerken | brontekst bewerken]

Na de Tweede Wereldoorlog werd Eritrea bij Ethiopië gevoegd als een federatie. In 1962 maakte keizer Haile Selassie er een provincie van, waarop de Eritrese Onafhankelijkheidsoorlog begon. In 1991 bereikte Eritrea na een volksraadpleging die onafhankelijkheid. Er bleef echter onenigheid over een aantal grensplaatsen. In 1998 leidde een grensincident tot een oorlog waarbij tienduizenden omkwamen. Pas in 2000 werd een akkoord bereikt en een 25 kilometer brede veiligheidszone ingesteld die door de UNMEE-vredesmacht werd bewaakt. Een gezamenlijke grenscommissie wees onder meer de stad Badme toe aan Eritrea, maar jaren later werd het gebied nog steeds door Ethiopië bezet.

Inhoud[bewerken | brontekst bewerken]

Waarnemingen[bewerken | brontekst bewerken]

Van 21 tot 25 februari was een missie van de Veiligheidsraad naar Ethiopië en Eritrea ondernomen. Die twee partijen moesten het internationaal recht naleven en de veiligheid van VN- en hulppersoneel verzekeren.

Op 12 december 2000 was een vredesakkoord getekend, het Akkoord van Algiers. Secretaris-generaal Kofi Annan en zijn speciale vertegenwoordiger hielpen met de uitvoering ervan, en ook de UNMEE-waarnemingsmissie en de OAE speelden een rol.

Handelingen[bewerken | brontekst bewerken]

Het mandaat van de UNMEE-missie werd verlengd tot 15 september. De missie zou worden voortgezet totdat de grenscommissie haar werk had gedaan.

Er werd snel een regeling van het grensgeschil verwacht nu beide landen de grensafbakening van de grenscommissie als definitief en bindend bestempelden. De partijen werden ook geprezen voor de vooruitgang bij de uitvoering van het vredesakkoord, waaronder het in stand houden van de Tijdelijke Veiligheidszone en medewerking aan de VN-Cartograaf aan de voorbereiding van de uitvoering van de beslissing van de grenscommissie.

Eritrea werd opnieuw opgeroepen UNMEE volledige vrijheid te verlenen om toe te zien op zijn troepen, milities en politie in de Veiligheidszone en een status of forces-akkoord te sluiten met de secretaris-generaal. Bij Ethiopië werd aangedrongen op verduidelijking van de informatie die ze verschafte over de mijnen in de Veiligheidszone.

Er was ook geen schot gekomen in de oprichting van een directe luchtbrug tussen Asmara en Addis Ababa. Ook werden de partijen opgeroepen onverwijld alle overblijvende krijgsgevangenen vrij te laten en maatregelen te nemen om vertrouwen en verzoening op te bouwen tussen de twee volkeren.

Verwante resoluties[bewerken | brontekst bewerken]

Originele werken bij dit onderwerp zijn te vinden op de pagina United Nations Security Council Resolution 1398 op de Engelstalige Wikisource.