Resolutie 1512 Veiligheidsraad Verenigde Naties

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Resolutie 1512
Van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties
Datum 27 oktober 2003
Nr. vergadering 4849
Code S/RES/1512
Stemming
voor
15
onth.
0
tegen
0
Onderwerp Rwandese genocide
Beslissing Amendeerde de statuten van het tribunaal.
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 2003
Permanente leden
Niet-permanente leden
Vlag van Angola Angola · Vlag van Bulgarije Bulgarije · Vlag van Chili Chili · Vlag van Kameroen Kameroen · Vlag van Spanje Spanje · Vlag van Duitsland Duitsland · Vlag van Guinee Guinee · Vlag van Mexico Mexico · Vlag van Pakistan Pakistan · Vlag van Syrië Syrië
De plaats waar 10 Belgische soldaten werden vermoord tijdens de Rwandese genocide.

Resolutie 1512 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd unaniem door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties aangenomen op 27 oktober 2003, en amendeerde de statuten van het Rwandatribunaal met betrekking tot de ad litem-rechters.

Achtergrond[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Rwandese Genocide en Rwandatribunaal voor de hoofdartikelen over dit onderwerp.

Toen Rwanda een Belgische kolonie was, werd de Tutsi-minderheid in het land verheven tot een elitie die de grote Hutu-minderheid wreed onderdrukte. Na de onafhankelijkheid werden de Tutsi verdreven en namen de Hutu de macht over. Het conflict bleef aanslepen, en in 1990 vielen Tutsi-milities verenigd als het FPR Rwanda binnen. Met westerse steun werden zij echter verdreven.

In Rwanda zelf werd de Hutu-bevolking opgehitst tegen de Tutsi. Dat leidde begin 1994 tot de Rwandese genocide. De UNAMIR-vredesmacht van de Verenigde Naties kon vanwege een te krap mandaat niet ingrijpen. Later dat jaar werd het Rwanda-tribunaal opgericht om de daders te vervolgen.

Inhoud[bewerken | brontekst bewerken]

Men wilde de bevoegdheden van de ad litem-rechters van het Rwandatribunaal uitbreiden zodat ze, als ze toegewezen waren aan een rechtszaak, indien nodig ook konden jureren in rechtszittingen in andere zaken. Ook wilde men hun aantal dat was toegewezen aan een rechtskamer optrekken.

De Veiligheidsraad besloot aldus de artikelen °11 en °12 van de statuten van het Rwandatribunaal te amenderen met de provisies in bijlage.

Annex[bewerken | brontekst bewerken]

Artikel °11 - Samenstelling van de kamers[bewerken | brontekst bewerken]

De kamers waren samengesteld uit zestien permanente rechters en negen ad litem-rechters. Elke kamer bestond uit drie permanente en zes ad litem-rechters. Zeven permanente rechters maakten deel uit van de kamer van beroep en elke beroepszaak bestond uit vijf van deze rechters.

Artikel °12 - Status van ad litem-rechters[bewerken | brontekst bewerken]

Gedurende de periode dat ze benoemd waren bij het Rwandatribunaal, kregen ad litem-rechters dezelfde bevoegdheden en voordelen als de permanente rechters. Ze waren echter verkiesbaar noch hadden ze stemrecht bij de verkiezing van de voorzitter van het tribunaal of een rechtskamer. Ook konden ze geen regels, procedures en bewijs aannemen; maar hiervoor moesten ze wel geraadpleegd worden.

Verwante resoluties[bewerken | brontekst bewerken]

Werken van of over dit onderwerp zijn te vinden op de pagina United Nations Security Council Resolution 1512 op de Engelstalige Wikisource.