Rupsendoder

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Rupsendoder
Rupsendoder
Taxonomische indeling
Rijk:Fungi (Schimmels)
Stam:Ascomycota (Zakjeszwammen)
Klasse:Sordariomycetes
Onderklasse:Sordariomycetidae
Orde:Hypocreales
Familie:Cordycipitaceae
Geslacht:Cordyceps
Soort
Cordyceps militaris
(L.) Link (1833)
Rupsendoder
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Schimmels

De rupsendoder (Cordyceps militaris) is een paddenstoel uit de klasse van de Sordariomycetes, familie Cordycipitaceae.

Kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]

Uiterlijke kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]

De zwam wordt 2 tot 6 centimeter hoog, en is een half tot 1 centimeter dik. De kleur van de zwam is oranjegeel tot oranje, de steel is meestal wat bleker. Op de hoed bevinden zich fijne wratjes.

Het oppervlak lijkt ruwweg doorboord. Het binnenste schimmelweefsel is witachtig tot lichtoranje.

Microscopische kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]

De sporen zijn glad, hyaliene, lang draadvormig en vaak gesepteerd. Ze meten 3–7 μm × 1–1,2 μm. De asci zijn lang en cilindrisch. Soms wordt een anamorfe toestand gevonden, namelijk Isaria. Massa's witte mycelia vormen zich rond het geparasiteerde insect; deze zijn echter mogelijk niet van dezelfde soort.

Habitat[bewerken | brontekst bewerken]

De zwam groeit op poppen van vlinders in diverse biotopen.

Verspreiding[bewerken | brontekst bewerken]

De rupsendoder komt verspreid voor op het noordelijk halfrond en vormt het vruchtlichamen in Europa van augustus tot november. In Nederland is de soort vrij algemeen.

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]

  • Kaarten met waarnemingen: