Calliopekolibrie

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Stellula)
Calliopekolibrie
IUCN-status: Niet bedreigd[1] (2020)
Calliopekolibrie
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Aves (Vogels)
Orde:Apodiformes (Gierzwaluwachtigen)
Familie:Trochilidae (Kolibries)
Onderfamilie:Trochilinae
Geslachtengroep:Mellisugini
Geslacht:Selasphorus
Soort
Selasphorus calliope
(Gould, 1847)
Calliopekolibrie
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Calliopekolibrie op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Vogels

De calliopekolibrie (Selasphorus calliope synoniem: Stellula calliope) is een tot 8 cm grote vogel die behoort tot de familie van de Trochilidae en de orde Apodiformes.[2] Het is de kleinste broedvogel van Noord-Amerika ten noorden van Mexico.

Kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]

De volwassen mannetjes hebben een magenta-rood gestreepte kraag en zijn geelbruin aan de onderzijde. De vrouwtjes en jonge vogels missen deze gekleurde kraag.

Verspreiding en leefgebied[bewerken | brontekst bewerken]

De calliopekolibrie broedt in het westen van Noord-Amerika en overwintert in het zuidwesten van Mexico. Tijdens de voorjaarstrek naar het noorden volgen de vogels de kust van de Grote Oceaan, omdat er in de besneeuwde bergen nog geen nectar en insecten zijn te vinden. Tijdens de najaarstrek volgen ze wel de bergruggen, waarbij late bergbloemen de voornaamste voedselbron vormen.

Gedrag[bewerken | brontekst bewerken]

Het mannetje vormt zijn territorium rond zijn favoriete voedselplanten. Hij verdrijft met agressief vertoon indringers door in grote U-bochten te vliegen.

Voortplanting[bewerken | brontekst bewerken]

Een paartje bouwt een nest van pluis en spinnenwebben in een boom aan de rand van naaldbos. Na vijftien dagen broeden komen twee eieren uit. Na twintig dagen kunnen de jongen al vliegen. Zodra de jongen zelfredzaam zijn verjaagt het vrouwtje hun van haar eigen voedselbronnen.

Status[bewerken | brontekst bewerken]

De grootte van de populatie is in 2019 geschat op 4,5 miljoen volwassen vogels. Op de Rode lijst van de IUCN heeft deze soort de status niet bedreigd.

mannetje