Strijkkwartet nr. 5 (Bartók)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Strijkkwartet nr. 5
Componist Béla Bartók
Soort compositie strijkkwartet
Gecomponeerd voor strijkkwartet
Andere aanduiding Sz. 102, BB 110
Compositiedatum 1934
Première 8 april 1935
Opgedragen aan Elizabeth Sprague Coolidge
Vorige werk Vijf Hongaarse volksliederen (Magyar népdalok) voor solo stem en orkest, Sz 101
Volgende werk 27 twee- en driestemmige koorwerken, Sz. 103, BB 111
Oeuvre Oeuvre van Béla Bartók
Portaal  Portaalicoon   Klassieke muziek

Béla Bartók componeerde zijn vijfde strijkkwartet in de zomer van 1934.

Zoals gebruikelijk bij muziek die Bartók op latere leeftijd componeerde is de stijl die in dit strijkkwartet gebezigd wordt een smeltkroes. Uiteraard zijn in dit strijkkwartet klassieke invloeden te vinden, zie bijvoorbeeld de symmetrische indeling van de tempi. Maar meer nog zijn de invloeden te herkennen van zijn geboortestreek, die in toenmalig Hongarije lag. De niet-westerse ritmes doen exotisch aan, maar de 9/8-maat met een 4/2/3-verdeling is in de volksliedjes van de Balkan-landen de normaalste zaak van de wereld.

Delen[bewerken | brontekst bewerken]

  1. Allegro;
  2. Adagio molto
  3. Scherzo, Alla bulgaresse;
  4. Andante;
  5. Finale, Allegro vivace.

Deel (1) is zeer beweeglijk, met afwisselende ritmes en af en toe een jazzy stijl. Deel (2) is het meest dramatische deel, het spookt hier; de instrumenten worden met demper op bespeeld. Deel (3) is dan weer vrolijk van karakter met meer jazz en vreemde ritmen. In deel (4) komt het spookachtige weer tevoorschijn, meer nu meer uitgesproken. Het tempo is dan wel andante, maar de muziek is in het midden van het deel erg beweeglijk, terwijl daarna pas weer een herkenbaar andante (rustig) wordt gespeeld; pizzicato sluit het deel af. Deel (5) begint als een klassiek strijkkwartet, maar komt al snel in het vaarwater van Bartók terecht en de instrumenten buitelen over elkaar heen om de diverse thema's van elkaar over te nemen. Horen we in deel (5) een citaat van Ludwig van Beethoven? De afsluiting voor een strijkkwartet is voor dat het in 1934 gecomponeerd is, erg klassiek en tonaal aan; een deel van een toonladder.

De compositie duurt ongeveer een half uur.

Discografie[bewerken | brontekst bewerken]

  • uitgave ECM Records; Zehetmair Quartet
  • uitgave Harmonia Mundi; Arcanto Quartet
  • historische uitgave: Music and Arts; Hungarian String Quartet
Voorganger:
ECM 1873
freejazz
Evan Parker
Boustrophedon
ECM Records
ECM 1874
klassieke muziek
Béla Bartók
Strijkkwartet nr. 5
Opvolger:
ECM 1875
klassieke muziek
Johann Sebastian Bach
Motetten