Tetra-ethyllood

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Tetraethyllood)
Tetra-ethyllood
Structuurformule en molecuulmodel
Structuurformules van tetra-ethyllood
Algemeen
Molecuulformule C8H20Pb
IUPAC-naam tetra-ethylplumbaan
Andere namen TEL, lood-tetraethyl
Molmassa 323,44 g/mol
SMILES
CC[Pb](CC)(CC)CC
InChI
1/4C2H5.Pb/c4*1-2;/h4*1H2,2H3;/rC8H20Pb/c1-5-9(6-2,7-3)8-4/h5-8H2,1-4H3
CAS-nummer 78-00-2
EG-nummer 201-075-4
PubChem 6511
Wikidata Q266210
Waarschuwingen en veiligheidsmaatregelen
ToxischSchadelijk voor de gezondheidMilieugevaarlijk
Gevaar
H-zinnen H300 - H310 - H330 - H360Df - H373 - H410
EUH-zinnen geen
P-zinnen P201 - P260 - P264 - P273 - P280 - P284
EG-Index-nummer 082-002-00-1
VN-nummer 1649
ADR-klasse Gevarenklasse 6.1
Fysische eigenschappen
Aggregatietoestand vloeibaar
Kleur kleurloos
Dichtheid 1,653 g/cm³
Smeltpunt −136 °C
Kookpunt (ontleedt) 200 °C
Vlampunt 93 °C
Zelfontbrandings- temperatuur 110 °C
Dampdruk 27 Pa
Goed oplosbaar in organische oplosmiddelen
Onoplosbaar in water
log(Pow) 4,15
Tenzij anders vermeld zijn standaardomstandigheden gebruikt (298,15 K of 25 °C, 1 bar).
Portaal  Portaalicoon   Scheikunde

Tetra-ethyllood (TEL) is een stof die in het verleden algemeen werd gebruikt om het octaangetal van benzine te verhogen, zodat die klopvaster werd.

Synthese[bewerken | brontekst bewerken]

De productie gebeurt door de reactie van ethylchloride met een legering van lood en natrium:

Toepassing als brandstofadditief[bewerken | brontekst bewerken]

De toepassing van tetra-ethyllood als additief aan benzine werd uitgevonden door de Amerikaan Thomas Midgley in 1921. Het werd op grote schaal toegepast vanaf 1923, toen de Ethyl Gasoline Corporation (later Ethyl Corporation) werd opgericht om het product te maken.

Het lood dat in tetra-ethyllood zit, kwam echter via de uitlaten van de auto's in het milieu terecht en was verreweg de belangrijkste bron van lood in het menselijk lichaam. Reeds vanaf 1965 wezen wetenschappers, onder wie vooral Clair Patterson, op het gevaar van loodadditieven.

Rond 1990 is men daarom in Europa begonnen met de omschakeling van benzine waaraan tetraethyllood was toegevoegd naar de loodvrije benzine. Dit werd ook nodig door de ontwikkeling en invoering van de katalysator in het uitlaatsysteem van de auto. De katalysator wordt door loodaanslag onbruikbaar.

Aanvankelijk werd meer benzeen aan de benzine toegevoegd om de klopvastheid te verhogen, maar ook dit is een gevaarlijke stof. Het vinden van een alternatief was echter lastig. Tegenwoordig voegt men methyl-tert-butylether (MTBE) toe aan benzine. Ook deze stof is niet onomstreden, maar wel duidelijk minder gevaarlijk dan benzeen.

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]

Externe link[bewerken | brontekst bewerken]