Urbain Van de Voorde

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Urbain Van de Voorde (Blankenberge, 27 oktober 1893Leuven, 16 juli 1966) was een Vlaamse schrijver , dichter en prozaïst.

Biografie[bewerken | brontekst bewerken]

Hij begon zijn loopbaan als ambtenaar en werd later journalist. Vanaf 1947 werd hij redacteur kunst en letteren bij het dagblad De Standaard. Daarnaast werkte hij mee aan verschillende Nederlandse en Vlaamse tijdschriften, zoals het literair en algemeen-cultureel maandblad “De Stem”.

Van de Voorde debuteerde in 1921 met de verzenbundel De haard der ziel. Zijn poëzie is traditioneel en plechtstatig en zoeken de zin van het leven. Als criticus verzette Van de Voorde zich sterk tegen expressionistische, dadaïstische en experimentalistische vernieuwingen in de Nederlandse poëzie. Hierdoor kreeg hij veel kritiek te verwerken uit modernistische kringen. Vooral in het essay Modern, al te modern uit 1931 verzet hij zich sterk tegen elke vernieuwing en toont hij zich een ware traditionalist.

Zijn essays behandelen meestal traditionele Vlaamse schrijvers, zoals Guido Gezelle en Karel van de Woestijne.

Bibliografie[bewerken | brontekst bewerken]

  • De haard der ziel (poëzie, 1921)
  • Diepere krachten (poëzie, 1924)
  • Guido Gezelle (essay, 1926)
  • Het meisje Lea (novelle, 1926)
  • Het donker vuur (poëzie, 1928)
  • Per umbram vitae (poëzie, 1929)
  • Critiek en beschouwing I (essays, 1930)
  • Gezelle's eros (essay, 1930)
  • Gezelle en de zuivere poëzie, in: Jubileumuitgave van Guido Gezelle's volledige werken, Standaard Boekhandel (1930)
  • Critiek en beschouwing II (essays, 1931)
  • Modern, al te modern (essay, 1931)
  • Essay over Karel Van de Woestijne (essay, 1934)
  • Ruusbroec en de geest der mystiek (essay, 1934)
  • Het pact van Faustus (essay, 1936)
  • 'k Heb menig uur bij u... (1937)
  • Vorm en geest (essay, 1939)
  • De poëtische inspiratie (essay, 1942)
  • Keerend getij (1942)
  • Eros Thanatos (poëzie, 1943)
  • Herkomst der hedendaagse Vlaamse schilderkunst (essay, 1943)
  • De nationale traditie in onze beeldende kunsten (essay, 1944)
  • Frankrijks dubbele bodem (essay, 1944)
  • De gelieven (poëzie, 1951)
  • Metamorfosen (poëzie, 1956)
  • Verspilde gloed (poëzie, bloemlezing, 1964)

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]

  • Louis SOURIE, Urbain Van de Voorde, in: Mens en kunstenaar, 1955.
  • J. FLORQUIN, Ten huize van Urbain van de Voorde, in: Ten huize van, T. VII, 1971.
  • Fernand BONNEURE, Urbain Van de Voorde, in: Brugge Beschreven. Hoe een stad in teksten verschijnt, Brussel, Elsevier, 1984.
  • Fernand BONNEURE, Urbain Van de Voorde, in: Lexicon van West-Vlaamse schrijvers, Deel I, Torhout, 1984.
  • Gaston DURNEZ, Het levensverhaal van een Vlaamse krant, 2 delen, Brussel, 1985 & 1993.
  • Ludo SIMONS, Urbain Van de Voorde, in: Nieuwe encyclopedie van de Vlaamse Beweging, Tielt, 1998.

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]