Van Spengler

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Zie Spengler (doorverwijspagina) voor andere betekenissen van Spengler.

Van Spengler (ook: Spengler en Cox van Spengler) is een geslacht waarvan een tak sinds 1816 tot de Nederlandse adel behoort en andere takken niet in de adel zijn opgenomen.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

De stamreeks begint met Johann Spengelaer, die ritmeester in de Republiek der Nederlanden werd en in 1671 overleed. Nageslacht diende vooral in het leger en enkelen van hen namen in de Nederlanden bestuursfuncties op. Bij Koninklijk Besluit van 20 februari 1816 (nr. 66) werd Johannes Gerhardus (van) Spengler (1749-1829) verheven in de Nederlandse adel en werd zo de stamvader van de adellijke tak.

In 1953 werd een genealogie met ook de niet-adellijke telgen opgenomen in het Nederland's Patriciaat.

Enkele telgen[bewerken | brontekst bewerken]

Laurens Spengler (1677-1730), burgemeester van Zaltbommel

  • Johan Carel Spengler (1716-1789), generaal-majoor
  • Jacob Spengler (1720-1797), officier cavalerie
    • Johan Heinrich Rudolf Spengler (1762-1845), burgemeester van Tetz
    • Johannes Cornelis Spengler (1765-1837), agent Nederlandse Handel Maatschappij
      • Gulian Cornelis Spengler (1806-1853), assuradeur en koopman
        • Rudolf August Marie Spengler (1846-1916), majoor artillerie, daarna secretaris voor de Zaken van Weldadigheid van Koningin Emma