Wikipedia:Humor en onzin/Geleuter

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Geleuter of gezwam (Grieks: tetrapilotomie) is het eindeloos discussiëren over onderwerpen die niet van belang zijn. Van Dale noemt als betekenis van leuteren: kletsen of zeuren. Niet altijd is het eenvoudig om onderscheid te maken tussen serieus overleg, geleuter, mierenneuken, muggenziften en filosofie.

Een bekend voorbeeld is het geleuter over de kip en het ei. Wat was er het eerst, de kip of het ei? Iedereen weet dat het ei er eerder was (want er zijn fossielen van dinosauruseieren gevonden: nog geen kip te bekennen), terwijl men er tegelijkertijd van overtuigd is dat het toch de kip was (want zonder kip, geen ei...). Uiteraard gaat het in de vraag niet om een dinosaurusei; ze zou dus beter geformuleerd kunnen worden als: Wat was er eerder, de kip of het kippenei? De gangbare wetenschappelijke theorie leert dat een mutatie zich alleen in een pre-stadium kan voordoen, dus dat er twee pre-kippen hebben gepaard en dat daar een ei met een echte kip is uit gekomen. Tegenstanders van geleuter stellen weleens dat dit een filosofische discussie betreft.

Een ander klassiek voorbeeld is de vraag of mensen muggeziften danwel muggenziften. Terwijl één blik in het Groene Boekje al zou volstaan, natuurlijk, en men tot de conclusie komt dat het muggenziften is. Tegenstanders van dergelijke conclusies menen dat dit slechts een oordeel kan zijn, betwisten de genoemde autoriteit, stellen dat er sprake is van twee aparte woorden, of van een spelfout, dat het kan afhangen van het aantal muggen of de ervaring of het enthousiasme van de zifter, de beschikbare ruimte op de regel of een andere context, daarbij vaak niet nalatend te wijzen op algemeen erkende spelfouten en spelregels. Niet zelden verzwakt dit echter een eerdere stelling wegens een contradictio in terminis. Spelregels regelen immers behalve de spelling ook het spel. Daarom zijn spellingsregels ook geen speelgoed, hoewel ook dat betwist wordt. Wat de muggen zelf willen, is vooralsnog niet wetenschappelijk vastgesteld, en vormt mede daardoor ook een dankbaar onderwerp van geleuter.

Nog een bekend en zelfs klassiek geworden voorbeeld van geleuter is het aanhalen van bekende voorbeelden. Bekende voorbeelden zijn immers bekend, dus waarom zou men ze nog bespreken? Door bekende voorbeelden het etiket klassiek te geven krijgt het geleuter een gezaghebbende status. Die status kan worden uitgebuit door nog langer door te leuteren. Dit is overbekend en wordt in brede kring als een van de populairste vormen van geleuter beschouwd. Er bestaan dan ook diverse klassieke voorbeelden van, die een grote invloed hebben gehad op de ontwikkeling van de mensheid. Onder veel deskundigen geldt dit als de belangrijkste vorm van geleuter.

Geleuter in de politiek[bewerken | brontekst bewerken]

Waar ook veel geleuterd wordt is in de politiek. Het schijnt een sport te zijn dat men zolang leutert over een probleem, dat men altijd te laat met een oplossing komt. Voorbeeld: Leggen we een autosnelweg hier, of leggen we hem daar. Tegen de tijd dat men die beslissing heeft genomen, is men over gestapt op ander vervoer, zoals de boot of het vliegtuig, om de trein maar niet te vergeten. Of neem eens het hoofddoekje. Over de hoofden van islamitische vrouwen worden vaak onzinnig lange epistels geschreven. Dan wil men er geen doekjes om winden, dan weer wel. Dat een politicus zo graag en veel leutert komt misschien doordat hij meerdere zaken tegelijk moet dienen: hij moet denken aan zijn eigen carrière, aan het belang van zijn partij, aan het belang van de coalitie of juist de oppositie, aan de burgers die meekijken en hem over een paar jaar weer moeten gaan kiezen en soms ook aan het belang van de publieke zaak.

Voor de vredesbesprekingen in Parijs, die moesten leiden tot beëindiging van de Vietnamoorlog, werd eerst wekenlang voorgeleuterd over de vorm van de onderhandelingstafel, om te voorkomen dat één partij aan het hoofd zou zitten. Na veel hoofdbrekens, gepeins, gesteun, weglopen en weer terugkomen kwam men uit bij het waarlijk briljante idee van een ronde tafel en haalde de wereld opgelucht adem.

Ellenlang geleuter over onbelangrijke zaken met als doel belangrijke beslissingen waar men het niet mee eens is zo lang mogelijk uit te stellen heeft zelfs een specifieke naam: filibusteren. In Vlaanderen is dit onlangs bekend geraakt. Politici leuteren met als doel obstructie te plegen in het parlement waarbij ze veelvuldig van het onderwerp afwijken en niet schuwen ganse artikels uit dag- en weekbladen voor te lezen.

Geleuter over de politiek is ook zeer wel mogelijk; dit is de favoriete bezigheid van veel journalisten. Voor, tijdens en na de verkiezingen speculeren zij lustig over mogelijke uitslagen, mogelijke coalities en wat dat allemaal niet zal betekenen voor de verhoudingen tussen de heren en dames politici onderling. Over wat een nieuwe regering voor het land of de burger zal betekenen hoort men ze minder vaak.

Sportgeleuter[bewerken | brontekst bewerken]

Geleuterd wordt er ook in sportverslagen; over de samenstelling van het nationale elftal en over mogelijke transfers van gewichtige spelers bijvoorbeeld (doet 't ie 't wel of doet 'ie 't niet?). Maar ook verslaggeving op het veld heeft een hoog leutergehalte. Vooral na een zojuist gespeelde wedstrijd wil het een moegestreden sporter wel eens aan begrip ontbreken voor diepgravende vragen van verslaggevers. Eens, na een belangrijke wedstrijd van Ajax, vroeg een televisiereporter aan coryfee Sjaak Swart: "En Sjaak, wat dacht je toen je dat schitterende doelpunt maakte?" Sjaak fronste zijn wenkbrauwen, dacht even na en uitte toen de onsterfelijke woorden: "Die zit!"

Stel even dat Ajax in de eerste divisieronde tegen Feyenoord won. Nu moet dat gegeven op een interessante wijze in het sportverslag worden verwerkt, gewoon het weergeven is niet genoeg. Neen, het feit dat Feyenoord in de eerste ronde won kan drie resultaten voortbrengen: Feyenoord kan nu over extra motivatie beschikken en de volgende wedstrijd daarom winnen; het kan ook voor een psychologisch blok staan en juist de wedstrijd verliezen; maar de vorige ronde kan ook geheel geen invloed hebben. In Nederland zijn sinds jaren twee televisieprogramma's op de buis, NOS Studio Voetbal en Voetbal Inside, die zelfs uitsluitend gewijd zijn aan het leuteren over voetbal. Favoriete onderwerpen zijn hoe het beter had gemoeten, welke trainers er ontslagen moeten worden en hoe men het nationale voetbal denkt te kunnen redden door de ene na de andere transfer voor te stellen. Ook metageleuter, discussie over de (in)competentie van verscheidene sportcommentatoren, wordt niet geschuwd.

In de jaren '80 en '90 werd er in Nederland ook veel geleuterd over de strafschop. Tijdens een aantal internationale toernooien werd Oranje uitgeschakeld doordat spelers het nemen hiervan niet (Clarence Seedorf, Patrick Kluivert) of totaal niet (Paul Bosvelt, Frank de Boer) beheersten. Vervolgens volgde eindeloos geleuter over het nemen van strafschoppen, waarbij talloze malen briljante opmerkingen te horen waren, zelfs van mensen die beter zouden moeten weten zoals Johan Cruyff, als "Het is een loterij", "Je kan er niet op oefenen" en "Op de training gaan ze er allemaal in." Dergelijk geleuter hoort men nooit in landen als Duitsland; daar weet men: als je op iets als een hersenoperatie kan oefenen, dan toch zeker ook op zoiets simpels als het nemen van een strafschop. Gelukkig heeft de huidige generatie Oranjespelers de techniek iets beter onder controle dan de vorige, zodat het geleuter over het "strafschoptrauma" (voorlopig?) is verstomd.

Niet alleen in de voetbalsport wordt geleuterd, ook in de wielersport komt dit veel voor. Met name commentaren van rechtstreekse uitzendingen van lange wielerwedstrijden zijn soms niet aan te horen vanwege het voortdurende geleuter van de commentatoren. De kijker krijgt dan allerlei niet ter zake doende informatie te horen, zoals over de familiale omstandigheden van de coureur die toevallig in de buurt van de camera rijdt. Vervolgens volgen eindeloze speculaties over mogelijke ontsnappingen en wordt de kijker verder vermoeid met uitgekauwde anekdotes over wedstrijden uit een ver verleden. Dan rijdt er een kopgroepje weg en wordt de doopceel gelicht van alle renners die daarin meerijden. Vlak voor de finish wordt de kopgroep ingelopen en op de meet wint Erik Zabel of Tom Boonen.

Wetenschapsgeleuter[bewerken | brontekst bewerken]

Hoewel de wetenschap de reputatie heeft rationeel te werk te gaan en zeker niet meer woorden te gebruiken dan noodzakelijk, is ook in deze geleding van de samenleving een bloeiende leutercultuur ontstaan. Het leuteren gebeurt daar rechtstreeks, op congressen, en op schrift, door middel van publicaties.

Wetenschappelijk geleuter dient niet verward te worden met jargon, een schat aan vaktaal die de omvang van een tekst juist aanzienlijk weet te beperken. Het leuterelement zit gewoonlijk in de uitvoerigheid waarmee een wetenschapper zijn verhaal doet. Hij heeft een zeker onderwerp bestudeerd, waar hij zeer in geïnteresseerd is. Een kleinere of grotere kring collega-wetenschappers is in wezen ook geïnteresseerd en zij vormen de doelgroep van de wetenschapper. De wetenschapper verliest zich echter zo in zijn stokpaardje, dat hij oninteressante details eindeloos gaat uitwerken en documenteren, zodat de aandacht verslapt en de nieuw verworven kennis aan relevantie verliest. Behalve te gedetailleerd te werk gaan zijn er nog drie soorten wetenschappelijk geleuter: overdreven documenteren en refereren door middel van voetnoten dan wel eindnoten, weinig relevante maar erg lange referenties naar andere onderwerpen en een eindeloze reeks referenties naar artikelen die de schrijver zelf heeft geschreven (zogenaamd auto-citeren).

Een klassiek (in meerdere opzichten) voorbeeld van wat op het eerste gezicht wetenschappelijk geleuter lijkt is een duizend pagina's tellend boek getiteld Autour du τε épique, geschreven door C.J. Ruijgh, een Amsterdamse professor Grieks. Afgaand op de titel lijkt dat boek slechts over het woordje 'te' bij Homerus te gaan, maar gelukkig behandelt Ruijgh in feite de volledige Griekse taalkunde. Vandaar ook de ondertitel, 'Etudes sur la Syntaxe grecque'. Misschien was het achteraf handiger geweest als boven- en ondertitel in omgekeerde volgorde waren geplaatst.

Geleuter in de kunst[bewerken | brontekst bewerken]

In absurd theater, een vorm van toneelkunst die in de eerste decennia na de Tweede Wereldoorlog hoogtij vierde, wordt veel geleuterd. Bij Harold Pinter, Eugène Ionesco en Samuel Beckett uiten de figuren zich in zeer banale, vaak korte zinnen, en hebben het over niets. Dit geleuter is meestal bedoeld om de (negatieve) visie van de schrijver op alledaagsheid weer te geven. Het fenomeen kan ook op luchtiger toon worden toegepast: zo debuteerde de Franse componist Francis Poulenc met de liedcyclus Banalités, waarin voornamelijk onzin voorkomt.

Geleuter over kunst is een geheel andere discipline. Dit fenomeen houdt een compleet leger recensenten en kunst-, theater-, film- en muziekwetenschappers aan het werk.

Leuteren in de toekomst[bewerken | brontekst bewerken]

In de toekomst zal het leuteren zeer waarschijnlijk als beroep worden uitgeoefend. In veel vergaderzalen kan men het al beluisteren. Het wordt goed betaald. De eerste opleidingen bestaan ook al. Vergaderen noemt men dat met een bedekte term. Er is een voorzitter, die bepaalt wie mag leuteren, een notulist die opschrijft wat er geleuterd wordt en een secretaris die de naambordjes klaarzet, anders weet niemand tegen wie hij leutert.

De leutergeschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Er bestaan vermoedens dat men in het stenen tijdperk ook al leuterde. Dit is echter niet met zekerheid vastgesteld (zie ook onzekerheidsrelatie van Heisenberg). Vandaar dat hier eerst goed over geleuterd moet worden. De agenda voor de 'vergadering' die daarbij hoort is nog niet af. De voorzitter is nog met de notulist aan het leuteren over de indeling van de agenda. Het zal dus nog jaren duren voordat men kan beginnen aan het eigenlijke geleuter over de betreffende vermoedens.

De demografie van het leuteren[bewerken | brontekst bewerken]

Leuteren gebeurt vaak met koffie (vandaar de termen een bakkie leut en koffieleut) of thee bij de hand; dat laatste is vooral populair bij volwassen dames, soms theetantes genoemd. Ook jonge meisjes/jongens hebben de smaak vaak goed te pakken. Ze vragen bijvoorbeeld bij alles wat je doet: waarom doe je dat? Vervolgens leuteren ze net zolang tot ze aan het zeuren zijn.

Sommige mensen hebben van leuteren hun hobby gemaakt. Dit tot ergernis van hun partners die zelf meestal niets zeggen omdat ze de tijd niet krijgen om tussen het geleuter door te komen. De partners zijn te herkennen aan het veelal uiten van "uuuuuhhhhh" om te trachten aan het woord te komen. Een relatie tussen twee verstokte leuteraars is echter veel vaker tot mislukken gedoemd, daar de partners elkaar niet of nauwelijks aan het woord laten.

Afkomst en varianten[bewerken | brontekst bewerken]

Het woord leuteren is helaas niet afkomstig van het woord leut of leute (het eerste Noord-, het tweede Zuid-Nederlands) dat plezier of pret betekent, maar ook een ander woord is voor koffie. Waarschijnlijker gaat het terug op het oud-Nederlandse "loteren/leuteren", dat "schudden, los zitten, waggelen" betekend moet hebben en in 1287 voor het eerst gedocumenteerd werd. De los zittende, schuddende betekenis klinkt door in het populaire "leuter", wat ook de verbinding met "gelul" aannemelijker maakt. In 1809/1810 treffen we het eerst gedocumenteerde "leuteren" aan in de huidige betekenis van "kletsen".

Varianten op het woord geleuter zijn:

  • leuteraar of leuterkous - een kletser
  • leuterkoek of leuterpraat - onzin

Leuterpoëzie[bewerken | brontekst bewerken]

"Er wordt aan mijn teksten gepeuterd,",
sprak de neo-wikipediaan beteuterd,
en als ik wat zeg,
wordt er in het overleg
nog eens meta over geleuterd.

Geleuter in de media[bewerken | brontekst bewerken]

Ze staan er bol van, vooral de Nederlandse. Dagelijks kan men zich aan geleuter laven op de buis, de radio en niet te vergeten het internet. Vooral de steeds weer opduikende pseudo-deskundigen die het publiek krijgt voorgeschoteld als experts en commentatoren, vormen een bron van ergernis én vermaak. In de Amerikaanse media is voor dit type leuteraars zelfs een naam verzonnen: de 'pundit' (waarover de Nederlandse Wikipedia opvallend genoeg nog een artikel ontbeert). Bovendien kennen de VS, die natuurlijk ook in geleuter op Europa voorlopen, een instituut dat de pseudo-experts op de hak neemt, The Institute of Expertology. Het instituut staat onder leiding van de pundit-jagers Christopher Cerf en Vincent Navasky.[1] Enkele tv-programma's die drijven op clusters van pundits (ook wel genoemd 'the usual suspects') zijn bijvoorbeeld Pauw en Witteman, Netwerk, Het Elfde Uur en zelfs het programma dat pretendeert kritische journalistiek te bedrijven, 'De Leugen Regeert'. Hierin mogen journalisten leuteren over het geleuter van andere journalisten. Het leuter-programma bij uitstek Het Gesprek, waarin regelmatig de ex-beroeps Frits Barend figureert, schijnt te worden ontleuterd, als we de nieuwe aandeelhouder Harry de Winter mogen geloven. Hij is van plan soft geleuter te vervangen door snoeiharde interviews, zoals nu al door Het Gesprek zijn te zien in 'Hardball' van MSNBC. Of journalisten ook al zo hardnekkig leuteren op de talrijke opleidingen tot journalistiek die ons land telt, is een vraag die aan een nader onderzoek moet worden onderworpen. Dit leuteronderzoek wacht nog op het helaas bijna uitgestorven type journalist dat juist een aversie tegen leuteren heeft, de onderzoeksjournalist. Deze onthullers en vorsers naar tegenspraken en achtergehouden memoranda, zijn echter systematisch wegbezuinigd door aan geleuter verslaafd geraakte hoofdredacteuren en uitgevers. Vermoedelijk is Kees Driehuis een van de weinige kandidaten die de toekomstige ondervragers bij Het Gesprek nog zou kunnen opleiden en coachen.

Hoewel er oeverloos geleuterd kan worden op Wikipedia, vooral in de diverse kroegen, is het artikel met de definitie al vele malen verwijderd, zoals blijkt uit het lijstje met verwijderde versies. De cirkelredenering valt op. De inhoud van het artikel geleuter is naar o.a. deze pagina verplaatst.

   16 aug 2007 04:01 Niels (Overleg | bijdragen) heeft de pagina Geleuter verwijderd (Aangemaakt door Melsaran. De inhoud was: '#redirect Wikipedia:Humor en onzin/Geleuter')
   13 apr 2007 23:09 Erwin (Overleg | bijdragen) heeft de pagina Geleuter verwijderd (Cross-namespace redirect)
   16 feb 2007 20:48 Puckly (Overleg | bijdragen) heeft pagina Geleuter hernoemd naar Wikipedia:Humor en onzin/Geleuter (terugdraaien)
   16 feb 2007 20:47 Puckly (Overleg | bijdragen) heeft de pagina Geleuter teruggeplaatst (126 versies teruggeplaatst)
   1 jan 2007 19:26 TeunSpaans (Overleg | bijdragen) heeft de pagina Geleuter verwijderd (is gekopieerd naar humor en onzin)
   1 jan 2007 19:23 TeunSpaans (Overleg | bijdragen) heeft de pagina Geleuter teruggeplaatst (1 versies teruggeplaatst: op verzoek steinbach)
   27 dec 2006 07:55 TeunSpaans (Overleg | bijdragen) heeft de pagina Geleuter verwijderd (ne)
  1. Bill Moyers interviewt Cerf en Navasky. Bill Moyers Journal (8 mei 2008).

Dit artikel is geen los eindje. U kunt nu Wikipedia uitbreiden door op 'bewerken' te klikken en dit artikel, dat zoals vermeld geen los eindje is, aan een los eindje vast te knopen - zelfs zonder registratie. U kunt natuurlijk ook een beginnetje combineren met een los eindje, eventueel met een tussenstuk ertussen, om zo een artikel te vormen, ook dit kunt u zelfs zonder te registreren doen, maar registratie is ook een optie. Ten overvloede wijzen wij u erop, dat u zult moeten kiezen tussen wel of niet registreren en dat het aan elkaar knopen van losse eindjes ook tot de mogelijkheden behoort. Pas wel op voor losse eindjes. Die hebben de gewoonte om te rafelen. Dan heb je nog meer losse eindjes, als we dan nog de eindjes los peuteren willen we helemaal niet weten wat er gebeurd, bewerk dit artikel dus maar gewoon, want als we de niet-losse eindjes, in wetenschappelijke termen ook wel "vaste eindjes" genoemd buiten beschouwing laten, dan...