Wynoldus Munniks

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Wijnold Munniks

Wynoldus Munniks of Wijnold Munniks (Joure, 4 december 1744Groningen, 8 september 1806)[1][2] was een Nederlands hoogleraar in de geneeskunde. Hij studeerde in Nederland en Frankrijk, en werd in 1769 in Leiden bevorderd tot doctor in de geneeskunde. In 1771 werd hij benoemd tot hoogleraar aan de universiteit te Groningen, waarbij hij een deel van de taken van Petrus Camper overnam, die hij in 1773 geheel zou overnemen.[3][4] Eerder was hij assistent van Camper geweest, en had hij samen met Camper proeven gedaan op het gebied van inenting van vee tegen de toentertijd heersende veeziekten, overigens met matig resultaat.[5] Zijn portret, van de hand van Wessel Lubbers, hangt in het academiegebouw in Groningen.[1]

Externe link[bewerken | brontekst bewerken]

Noten[bewerken | brontekst bewerken]

  1. a b Rudolf E. O. Ekkart, J. Schuller tot Peursum-Meijer, Groninger academieportretten: catalogus van de portretten in het Academiegebouw en de Bibliotheek der Rijksuniversiteit te Groningen, Erven B. van der Kamp, 1978, p. 44
  2. A.J. van der Aa, Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 12. Tweede stuk. J.J. van Brederode, Haarlem 1869
  3. Biographie universelle ou dictionnaire historique, vol. 4, z.n., Furne, Parijs, 1833, p. 2114
  4. Jacobus Munniks, Levensschets van Wynoldus Munniks, Oomkens, Groningen, 1812.
  5. J.K van der Korst, Het rusteloze bestaan van dokter Petrus Camper (1722-1789), Bohn Stafleu van Loghum, Houten, 2008, p. 112-114
Voorganger:
Lodewijk Coenraad Schroeder
Henricus Johannes Arntzenius
Lodewijk Coenraad Schroeder
Rector magnificus van de Rijksuniversiteit Groningen
1777–1778
1785–1786
1801–1802
Opvolger:
Frederik Adam Widder
Nicolaas Schroeder
Jan Bosman