Betalingsbalans

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

De betalingsbalans van een land is een overzicht van de waarde van alle transacties die in een bepaalde periode hebben plaatsgevonden tussen ingezetenen van het land en niet-ingezetenen van dat land (het buitenland).

De betalingsbalans bestaat uit twee delen: de lopende rekening en de kapitaal- en financiële rekening. De handelsbalans betreft de som van de netto inkomsten en betalingen van en naar het buitenland, de kapitaal- en financiële rekening betreft de netto kapitaalstromen van en naar het buitenland. In theorie dienen deze twee rekeningen elkaar in evenwicht te houden, maar in de praktijk zijn statistische afwijkingen mogelijk.

De inkomende geldstromen (ontvangsten van het buitenland) worden boekhoudkundig geregistreerd met een plusboeking: +; de uitgaande geldstromen (betalingen aan het buitenland) worden geregistreerd met een minboeking: -. Zo wordt de export geregistreerd met een plusboeking want dit is een uitgaande goederenstroom maar een inkomende geldstroom. De import is een minboeking want er is sprake van een uitgaande geldstroom.

Bij een betalingsbalanscrisis of valutacrisis is een land niet meer in staat om de essentiële import te betalen.

Deelrekeningen[bewerken | brontekst bewerken]

De twee delen van de balans zijn verder onderverdeeld in deelbalansen of deelrekeningen. De betalingsbalans bestaat volgens de huidige internationaal geldende methodologie vastgesteld door het Internationaal Monetair Fonds (IMF) uit de volgende deelrekeningen:

  • De lopende rekening:
    • Handelsbalans, bestaande uit de goederenrekening en de dienstenrekening.
      • Goederenrekening. Hierop worden de import en de export van goederen genoteerd. Als de export groter is dan de import spreekt men van een overschot op de goederenrekening of een actieve handelsbalans. Als de export kleiner is dan de import dan is er een tekort op de goederenrekening of een passieve handelsbalans.
      • Dienstenrekening. Hierop worden de internationale dienstentransacties geboekt. Bekende voorbeelden zijn toerisme en transport. Zo is voor Nederland het vervoeren van spullen van een Spaans bedrijf een plusboeking op de dienstenrekening en leiden de uitgaven van een Nederlandse toerist in Thailand tot een minboeking voor Nederland.
    • Inkomensrekening Alle betaalde en ontvangen beloningen voor het ter beschikking stellen van arbeid en kapitaal. (overboekingen van rente, loon, winst en dividend)
    • Inkomensoverdrachtenrekening Alle betaalde en ontvangen bedragen waar niet een directe tegenprestatie tegenover staat. Denk hierbij aan ontwikkelingshulp of geld dat naar familieleden in het buitenland wordt gestuurd.

De dienstenrekening, inkomensrekening en inkomensoverdrachtenrekening heten samen het onzichtbaar verkeer. Dit ter onderscheiding van het zichtbare verkeer van de goederenrekening of handelsbalans.

De deelrekeningen kunnen een saldo (ongelijk aan nul) vertonen; de totaliteit van de betalingsbalans (de som van de lopende rekening en de kapitaal- en financiële rekening) is in theorie echter altijd in evenwicht.

In de praktijk is de betalingsbalans vaak niet in evenwicht; deze afwijkingen berusten op vergissingen en weglatingen.

Situatie in Nederland[bewerken | brontekst bewerken]

De Nederlandse betalingsbalans wordt samengesteld en gepubliceerd door De Nederlandsche Bank. Nederland lijdt aan een aanzienlijk exportoverschot, dat na de invoering van de euro is toegenomen.

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]