Patois

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Voor het Franse dialect, zie patois (Frankrijk)

Een patois is een taalvariant die substandaard is, een variant dus die niet aan de normen van de standaardtaal voldoet. De term is ontleend aan het Frans.

Streek- of volkstaal[bewerken | brontekst bewerken]

Soms heeft het een pejoratieve bijklank van "onbeschaafd", soms klinkt het eerder als gemoedelijk "sappig plaatselijk taaltje". Naargelang de context kan men spreken van dialect, volkstaal, (boeren-)taal of "plat" (Nederlands, Drents, Waals, Limburgs).

Europees Frans[bewerken | brontekst bewerken]

In het Franse taalgebied bedoelt men met Patois ook streektaal, het kan dan bijvoorbeeld gaan om de Patois van Picardië, de Charente, de Ardennen en van andere streken. Dikwijls bevat dit patois ook oudere uitdrukkingen (uit het Oudfrans) en invloeden van buiten het Frans: restanten van het Keltisch of Germaans bijvoorbeeld.

Creools Patois[bewerken | brontekst bewerken]

Een andere betekenis van Patois of Jamaicaans-Patois is de taal die gesproken wordt op Jamaica en enkele andere Engelstalige Antillen, zie Franse creoolse talen.

Externe link[bewerken | brontekst bewerken]

Voorbeeld van een patois in Frankrijk, uit de streek van Forez: zie [1]