Geoorde wilg

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Geoorde wilg
Geoorde wilg
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade:Bedektzadigen
Clade:'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Clade:Fabiden
Orde:Malpighiales
Familie:Salicaceae (Wilgenfamilie)
Geslacht:Salix (Wilg)
Soort
Salix aurita
L. (1753)
Blad
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Geoorde wilg op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

De geoorde wilg (Salix aurita) is een boom uit de wilgenfamilie. De geoorde wilg komt van nature voor in de Benelux.

Algemeen[bewerken | brontekst bewerken]

De geoorde wilg is tweehuizig en wordt ongeveer drie meter hoog. De plant heeft rode aanliggende knoppen die verspreid op de tak liggen. De knoppen zijn bolvormig en zijn twee tot drie millimeter lang. De bladeren worden drie tot zeven centimeter lang en zijn omgekeerd eirond. De bovenkant van de bladeren is groen en de onderkant blauwgrijs. De takken zijn behaard. De bladstelen zijn vier tot tien millimeter lang en de steunbladen zijn niervormig.

De geoorde wilg bloeit in de maanden april tot en met mei. De bloemen zijn katjes. In juni tot en met juli draagt de geoorde wilg vrucht. De geoorde wilg heeft zowel een vrouwelijke bloemwijze als een mannelijke bloemwijze. De katjes van de vrouwelijke bloeiwijze zijn langer dan de katjes van de mannelijke bloeiwijze.

De geoorde wilg groeit op natte, voedselarme bodems. De plant heeft veel licht nodig en een zure bodem. De geoorde wilg is gevoelig voor zeewind. De plant kan tegen kou en kan tot 1800 meter hoogte groeien.

Verspreiding[bewerken | brontekst bewerken]

De geoorde wilg komt voor in Europa en Noordwest-Azië. De geoorde wilg komt voor in zand- en veengebieden. In enkele gevallen komt de geoorde wilg voor op kleigrond. In Nederland en België komt de plant algemeen voor. In Nederland is de plant alleen in Zuid-Limburg zeldzaam en in de kleigebieden.

Plantengemeenschappen[bewerken | brontekst bewerken]

De geoorde wilg is een sleutelsoort in de associatie van geoorde wilg. De geoorde wilg is de enige kensoort binnen deze plantengemeenschap. In 53% van de gevallen komt deze soort voor binnen de associatie.

De geoorde wilg komt voor in zowel bossen, struwelen, zomen en ruige en moerassen. Dit zijn zogeheten vegetatiegroepen. De aanwezigheid kan uitgedrukt worden met de trouwgraad. De trouw wordt uitgedrukt in procenten. De trouwgraad is benaderd op associatie niveau.

Vegetatiegroep Trouw (op basis van presentie) Trouw (Op basis van bedekking)
Bossen 22% 20%
Struwelen 28% 55%
Zomen en ruigte 15% 9%
Grasland 9% 3%
Moeras 12% 5%
Heide 5% 3%

Kruisingen en cultivars[bewerken | brontekst bewerken]

De geoorde wilg kan kruisen met de grauwe wilg. Het resultaat is een hybride met de botanische naam Salix × multinervis (= Salix aurita × Salix cinerea). Deze hybride komt in de Benelux het meeste voor. Andere hybriden zijn:

  • Salix aurita × lapponum
  • Salix aurita × myrtilloides
  • Salix aurita × phylicifolia
  • Salix aurita × repens
  • Salix aurita × starkeana

In de Benelux is nog maar één cultivar bekend. Salix aurita 'April king' is ontwikkeld in Boskoop. Deze cultivar is sterker vertakt dan andere geoorde wilgen.

Gebruik[bewerken | brontekst bewerken]

De geoorde wilg kan gebruikt worden als heester en heeft dan voornamelijk een esthetische functie. De takken van de geoorde wilg kunnen gebruikt worden voor het vlechten van manden en als brandhout. De plant kan gebruikt worden voor het produceren van koortswerende medicijnen.

Voorkomen in combinatie met andere planten[bewerken | brontekst bewerken]

De geoorde wilg komt voor in combinatie met andere planten. Hoe vaak de geoorde wilg voorkomt in combinatie met andere planten kan uitgedrukt worden in procenten. Pijpenstrootje groeit dus in 49% van de gevallen nabij de geoorde wilg.

Plant Voorkomen in combinatie met andere planten in procenten
Pijpenstrootje 49%
Zomereik 48%
Zachte berk 37%
Pitrus 37%
Wilde lijsterbes 36%
Sporkehout 36%
Gestreepte witbol 36%
Grauwe wilg 32%
Rossige wilg 32%
Gewoon struikgras 31%
Gladde witbol 30%
Braam 30%
Grote wederik 25%