Achterstraat (Haarlem)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Augustijnerklooster aan de Achterstaat (1582)

De Achterstraat in Haarlem is de oude naam voor de huidige Spaarnwouderstraat en Antoniestraat.

In de 14e eeuw werd de wijk Burgwal aangelegd. Deze wijk kende vele bierbrouwers die langs de oever van het Spaarne waren gevestigd. Aan de achterzijde van hun erven ontstond eveneens bebouwing, en de straat langs die nieuwe bebouwing werd de Achterstaat. De straat volgde daarmee de kromming van de rivier.

De Achterstraat stond ook bekend als de Dijkstraat. Er is echter nooit de aanwezigheid van een dijk aangetoond.

Tussen de Achterstraat en de Hagestraat verrees tussen 1494 en 1518 een Augustijnenklooster. In 1572 en 1578 werd het klooster geplunderd, en in 1579 werd het klooster verkocht. Drie jaar later volgde de afbraak.[1]

In 1696 bouwde Claes Tilly aan de Achterstraat zijn fabriekje voor de productie van Haarlemmerolie.[2]

Begin 20e eeuw werd de Achterstaat hernoemd tot Spaarnwouderstraat en Antoniestraat.[3]