Barre Phillips

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Barre Phillips
Barre Phillips
Algemene informatie
Geboren San Francisco, 27 oktober 1934
Geboorteplaats San FranciscoBewerken op Wikidata
Land Vlag van Verenigde Staten Verenigde Staten
Werk
Genre(s) jazz
Beroep muzikant
Instrument(en) contrabas
Officiële website
(en) AllMusic-profiel
(en) Discogs-profiel
(en) IMDb-profiel
(en) MusicBrainz-profiel
Portaal  Portaalicoon   Muziek

Barre Phillips (San Francisco, 27 oktober 1934)[1][2][3] is een Amerikaanse jazzcontrabassist van de Creative Jazz en de nieuwe improvisatiemuziek.

Biografie[bewerken | brontekst bewerken]

Phillips kwam na een studie romanistiek aan de Berkeley University in 1962 naar New York, waar hij onderricht kreeg op de contrabas bij Frederick Zimmermann. In 1963 trad hij op in een third stream-project van Gunther Schuller met Eric Dolphy in de Carnegie Hall en nam bovendien als solist onder leiding van Leonard Bernstein een concert op van Larry Austin met The New York Philharmonic Orchestra.[4] Sinds 1964 was hij lid van Jimmy Giuffre's trio. Met het sextet van George Russell kwam hij voor de eerste keer in Europa. Tussen 1965 en 1967 werkte hij ook met de gitarist Attila Zoller en met Archie Shepp.

In 1967 ging hij permanent naar Europa, waar hij in 1969 werkte in een orkestproject met John Lennon en Yoko Ono en met Mike Westbrook, vervolgens met Rolf Kühn, Michel Portal en Joachim Kühn, vooral echter in het stijlvormende The Trio met John Surman en Stu Martin. Tijdens de jaren 1980 leidde hij eigen bands. Zo toerde hij in 1985 als trio met Paul McCandless en Theo Jörgensmann. Verder trad hij op met het ensemble Accroche Note, Derek Bailey, Gunter Hampel en Jeanne Lee. Sinds 1986 werkte hij in projecten van de Britse bassist Barry Guy, in het bijzonder met het London Jazz Composers Orchestra[5] (tot 1995). Tijdens de jaren 1990 ontstonden opnamen met Ornette Coleman, Franz Koglmann (O Moon My Pin-Up), Evan Parker en Paul Bley.

Zijn solistische plaat Journal Violone uit 1968 telt als eerste bas-soloalbum van de jazz (verdere soloplaten volgden, ten laatste in 1998 en 2001). In 1971 speelde hij met Dave Holland ook het eerste contrabas-duoalbum in. Te vermelden is ook zijn samenwerking met de componiste Pauline Oliveros, zijn opname met de klassieke contrabasvirtuoos Bertram Turetzky en het contrabaskwartet After You've Gone. Bovendien componeert hij ook filmmuziek voor onder andere Marcel Camus, Jacques Rivette, Robert Kramer en Frédéric Fisbach en balletmuziek voor Carolyn Carlson. Hij heeft ook vaker samengewerkt met de zangeres Claudia Phillips, zijn dochter. Phillips was in 2003 voorzitter van de International Society of Bassists.

Discografie[bewerken | brontekst bewerken]

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]