Camille Isidore De Bast

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Camille De Bast
Volledige naam Camille Isidore De Bast
Geboren Gent, 3 maart 1845
Overleden Gent, 3 juli 1927
Kieskring Gent
Regio Vlag Vlaanderen Vlaanderen
Land Vlag van België België
Functie Politicus
Industrieel
Partij LP
Functies
1875 - 1906 Gemeenteraadslid Gent
1907 - 1925 Senator
Portaal  Portaalicoon   Politiek
Economie

Camille Isidore De Bast (Gent, 3 maart 1845 - aldaar, 3 juli 1927) was een Belgisch industrieel en politicus voor de Liberale Partij.

Levensloop[bewerken | brontekst bewerken]

Camille De Bast was een zoon van volksvertegenwoordiger en senator Camille Joseph De Bast. Hij trouwde met de Italiaanse Amalia Armellini (1848-1931). In de familiale lijn werd hij katoenindustrieel. Hij woonde aan de Coupure, in het hoekhuis met de Iepensteeg en daarachter strekte zich het familiebedrijf uit.

Hij stapte in de politiek toen hij in 1875 verkozen werd als gemeenteraadslid van Gent. Hij bekleedde dit mandaat tot in 1906. In 1907 werd hij verkozen tot liberaal senator in opvolging van Hippolyte Lippens. Dit mandaat vervulde hij tot in 1925.

Zoals zijn vader was hij lid van de vrijmetselaarsloge Le Septentrion en medestichter van de menslievende vereniging Zonder Naam Niet Zonder Hart. In 1906 nam hij de leiding van de coöperatieve vennootschap die het pluralistisch ziekenhuis Institut Moderne pour les Malades oprichtte, dat in 1909 de deuren opende.[1]

Hij nam mee het initiatief in 1924 om een monument op te richten ter ere van de liberale volksvertegenwoordiger Albert Mechelynck.

Bibliografie[bewerken | brontekst bewerken]

  • Personnification civile des unions professionnelles: examen des projets de loi déposés par le Gouvernement en 1893 et 1894, Gent, Kamer van Koophandel, 1895.
  • Les asiles d'aliénés et les établissements de bienfaisance, Gent, 1908.

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]

  • Bibliotheca Armelini: Catalogue alphabétique des ouvrages donnés par Mme Camille De Bast-Armellini à la bibliothèque de l'Université de Gand en 1908.
  • MERTENS-DE LANGHE, De Gentse katoennijveraars uit het Franse tijdperk, in: Vlaamse Stam, 1970.
  • Paul VAN MOLLE, Het Belgisch Parlement 1894-1972, Antwerpen, 1972.
  • Christina CAMPS, Monografie van 'La Flandre Libérale' (1874-1899), Gent, R.U.G. licentiaatsverhandeling (onuitgegeven), 1977.
  • Anna VAN DER KELEN, De Kamer van Koophandel te Gent (1830-1900), Gent, R.U.G., licentiaatsverhandeling (onuitgegeven), 1987.
  • K. DEVOLDER, Gij die door 't volk gekozen zijt ... De Gentse gemeenteraad en haar leden 1830-1914, in: Verhandelingen der Maatschappij voor Geschiedenis en Oudheidkunde te Gent, 1994.
  • Hilda PROOT-COCQUYT, Negentig jaar Institut Moderne, Gent, Institut Moderne, 1996.
  • Jean-Luc DE PAEPE & Christiane RAINDORF-GERARD, Le Parlement belge, 1831-1894. Données biographiques, Brussel, 1996.
  • Guy SCHRANS, Vrijmetselaars te Gent in de XVIIIde eeuw, Gent, 1997.
  • Nicole LEHOUCK & Tony VALCKE, De fonteinen van de Oranjeberg. Politiek-Institutionele geschiedenis van de provincie Oost-Vlaanderen van 1830 tot nu. Deel 2 : Biografisch repertorium, Gent, Stichting Mens en Kultuur-Provinciebestuur Oost-Vlaanderen, 1997.
  • Karen HENS, Meer dan een halve eeuw private liefdadigheid te Gent: "De Zonder Naam niet Zonder Hart" (1855-1914), Gent, R.U.G. licentiaatsverhandeling (onuitgegeven), 2002.
  • Werkgroep Gent, De Coupure in Gent. Scheiding en Verbinding, Gent, 2009.
  • Bart D'HONDT, Van Andriesschool tot Zondernaamstraat. Gids door 150 jaar liberaal leven te Gent, Gent, Liberaal Archief / Snoeck, 2014, p. 164-165