Claude Delangle (politicus)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Armand Béhic
Claude Delangle
Geboren 6 april 1797
Varzy
Overleden 25 december 1869
Parijs
Regio Nièvre
Land Vlag van Frankrijk (1794–1815, 1830–1974, 2020-heden).svg Frankrijk
Politieke partij bonapartisten
Beroep politicus
Minister van Binnenlandse Zaken
Aangetreden 14 juni 1858
Einde termijn 5 mei 1859
Monarch Napoleon III
Voorganger Charles-Marie-Esprit Espinasse
Opvolger Louis Arrighi de Casanova
Minister van Justitie
Aangetreden 5 mei 1859
Einde termijn 18 oktober 1863
Monarch Napoleon III
Voorganger Ernest de Royer
Opvolger Pierre Jules Baroche
Advocaat-generaal bij het Hof van Cassatie
Aangetreden 1865
Einde termijn 1869
Portaal  Portaalicoon   Politiek

Claude Alphonse Delangle (Varzy, 6 april 1797Parijs, 25 december 1869) was een Frans jurist en politicus ten tijde van het Tweede Franse Keizerrijk.

Biografie[bewerken | brontekst bewerken]

Delangle werd jurist en bouwde een carrière uit in de magistratuur. Tussen 1836 en 1837 was hij stafhouder van de balie van Parijs. Tussen 1 augustus 1846 en 24 februari 1848 was hij volksvertegenwoordiger namens het departement Nièvre. Van 1847 en 1848 was hij procureur-generaal bij het hof van beroep van Parijs, om van 1852 tot 1858 eerste voorzitter te worden van dit hof.

Op 31 december 1852 werd Delangle door keizer Napoleon III benoemd tot senator. Hij zou in de Senaat blijven zetelen tot zijn overlijden in 1869.

Hij verliet de magistratuur op 14 juni 1858 en werd minister van Binnenlandse Zaken in de regering-Bonaparte III, in opvolging van Charles-Marie-Esprit Espinasse. Op 5 mei 1859 ruilde hij deze functie in voor die van minister van Justitie, een functie die hij zou uitoefenen tot 23 juni 1863. Nadien werd hij eerste vicevoorzitter van de Senaat.

Na zijn ministerschap keerde Delangle terug naar de magistratuur, waar hij van 1865 tot zijn overlijden in 1869 procureur-generaal was bij het Hof van Cassatie.

In 1859 werd hij verkozen als lid van de Académie des sciences morales et politiques.

Hij werd onderscheiden met het grootkruis in het Legioen van Eer.

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]