De bezeten bezitter

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
De bezeten bezitter
Stripreeks Suske en Wiske
Scenario Paul Geerts
Tekeningen Paul Geerts
Lijst van verhalen van Suske en Wiske
Portaal  Portaalicoon   Strip

De bezeten bezitter is een stripverhaal uit de reeks van Suske en Wiske. Het is geschreven door Paul Geerts en gepubliceerd in De Standaard en Het Nieuwsblad van 24 juni 1989 tot en met 3 november 1989. De eerste albumuitgave was in november 1989.

Locaties[bewerken | brontekst bewerken]

Dit verhaal speelt zich af op de volgende locaties:

Personages[bewerken | brontekst bewerken]

In dit verhaal spelen de volgende personages mee:

Het verhaal[bewerken | brontekst bewerken]

Leeswaarschuwing: Onderstaande tekst bevat details over de inhoud of de afloop van het verhaal.

Lambik heeft er genoeg van dat hij almaar moet betalen en niet rijk zal worden als "eerlijk werkend mens", tante Sidonia stuurt hem weg omdat hij zo'n slecht humeur heeft. In de kroeg komt Lambik een rijke salesmanager tegen en als hij in de supermarkt een vrouw voor laat gaan, die daardoor een enorme prijs wint, is de maat vol. Als Theofiel en Celestien Boemerang langskomen, die erg rijk blijken te zijn geworden en in dure kleding rondlopen, is Lambik dan ook geïnteresseerd in het kopen van een stukje grond. Als hij hoort dat hij eerst bomen moet kappen in het oerwoud van Brazilië om bij goud te kunnen komen, aarzelt hij. Maar Theofiel weet hem over te halen met zijn verhalen, en geeft bovendien een vliegticket waarmee Lambik direct naar zijn aangekochte grond kan afreizen.

Alhoewel Theofiel tegen Lambik vertelde vijf auto's te bezitten, komen hij en Celestien bij tante Sidonia aan in een oud wagentje. Ze dragen oude kleding en vertellen dat ze nu “Bewuste Milieumilitanten” zijn geworden en niet meer in de handel zitten. Ze vertellen dat Indianen uit hun leefgebied worden gestuurd door grote multinationals, en als iedereen een klein stukje grond zou kopen zou dat deze multinationals hinderen. Suske, Wiske en tante Sidonia willen dolgraag de indianen helpen en besluiten een stukje grond te kopen in Brazilië. Als ze wegrijden gooit Celestien meteen de zelfgebakken koekjes weg die ze van Sidonia heeft gekregen, ze vindt de goedkope rotzooi vreselijk.

Jerom komt thuis en merkt dat Lambik niet thuis is, hij vindt een briefje waarin Lambik vertelt schatrijk terug te zullen komen. Het briefje is ondertekent met “de bezeten bezitter’ en Jerom gaat naar het huis van tante Sidonia, waar hij hoort over de aangekochte grond in Brazilië. Hij vertrouwt Theofiel niet, maar gaat toch met zijn vrienden mee naar het stukje land bij de rivier de Xingu. Als Lambik op de luchthaven in Batida de Oro aankomt ziet hij vele goudzoekers, waar hij al snel ruzie mee krijgt. Hij vertrekt met een prauw, maar door ontmoetingen met een kaaiman en piranha's moet hij aan land gaan. Daar wordt Lambik aangevallen door een Indiaan, die boos is dat zijn land wordt afgepakt door blanke mensen.

Lambik bindt de Indiaan vast, maar de volgende ochtend blijkt hij te zijn verdwenen. Lambik komt een anaconda en een jaguar tegen, maar bereikt toch zijn stukje land. Hij zet het gebied af met borden en komt dan ook nog een reuzengordeldier tegen. Als er al vele gaten zijn gegraven heeft Lambik nog steeds geen goud gevonden, maar hij geeft het nog niet op. Als hij de laatste boom, waaronder hij nog niet heeft gegraven, wil omkappen, blijkt het hardhout te zijn. Suske, Wiske, Jerom en tante Sidonia komen ook aan in Batida de Oro en zien een opslagplaats met legervoertuigen. Een man vertelt de voertuigen jaren geleden van Theofiel Boemerang gekocht te hebben, en de vrienden kopen een amfibievoertuig om de jungle te bedwingen.

In het dorp zien de vrienden hoe een groepje Indianen wordt lastig gevallen, en Jerom komt ze te hulp. De Indianen vertellen dat ze door helikopters worden beschoten om zo hun gebied te moeten verlaten, waardoor de multinationals vrij spel krijgen. De vrienden besluiten de Indianen naar hun stuk grond te brengen, maar Jerom valt in de rivier en wordt per ongeluk geraakt door een verdovende pijl van de Indianen als hij met kaaimannen vecht. Als de vrienden overnachten wordt Wiske beschoten vanuit een helikopter, maar Jerom wordt wakker en redt haar. Het dorp van de Indianen is vernietigd, maar ze vinden alle familieleden en gaan met hen naar het stukje grond. Daar bouwen ze een nieuw dorp, maar de volgende ochtend worden ze weer aangevallen door de helikopters.

Jerom spring in een helikopter en dwingt de bestuurder naar hun kamp te vliegen. Jerom komt aan in een gebied waar enorm veel bomen worden gekapt en vernielt de apparatuur en de helikopter. Grote bulldozers bereiken ook het gebied van Lambik en hij vraagt de bestuurders de boom, die hij niet kan kappen, om te halen. Lambik is dankbaar, maar dan ontdekt hij dat de mannen niet alleen deze boom omver zullen halen. Ze trekken zich niks aan van zijn koopakte en een gevecht begint. Als Wiske water wil halen ziet ze allemaal bordjes, en nieuwsgierig gaat ze naar de overkant van de rivier. Wiske ziet enorm veel dieren vluchten, en ontmoet dan Lambik.

Het bos brandt, en Lambik gaat mee naar de overkant van de rivier. Jerom blust het vuur en de vrienden krijgen door dat ze allemaal voor de gek zijn gehouden door Theofiel. Jerom houdt de bulldozers tegen, maar Suske en Wiske worden bedreigd door de mannen. Dan blijken de Indianen de mannen met gifpijlen te bedreigen, en de mannen moeten zich toch overgeven. Jerom vernielt alle bulldozers en de mannen krijgen een les over de waarde van het regenwoud, die toebehoort aan de Indianen. Lambik is echter terug naar zijn grond en is nog steeds op zoek naar goud, terwijl de vrienden het afgebrande bos beplanten met nieuwe struiken.

De vrienden vertrekken zonder Lambik en tante Sidonia is ontroostbaar in het vliegtuig. Als de vrienden op de luchthaven aankomen blijkt Lambik daar al te zijn, hij heeft zijn stommiteit eindelijk ingezien en wilde niet zonder zijn vrienden leven. Ze gaan gezamenlijk naar het huis van Theofiel, wat een enorme villa blijkt te zijn. Ze eisen hun geld terug en besluiten te blijven eten, krampachtig laten Theofiel en Celestien hun rijkdom zien. De maaltijd kost een fortuin en als de vrienden vertrekken nodigt tante Sidonia Celestien nog uit om langs te komen voor zelfgebakken koekjes. Door het feest zijn Theofiel en Celestien failliet en de vrienden gaan tevreden naar huis.

Achtergronden bij het verhaal[bewerken | brontekst bewerken]

  • Ook in het album De koddige kater is Lambik op zoek naar rijkdom, zonder rekening te houden met anderen.
  • Theofiel en Celestien Boemerang waren buren van Lambik in het album De Texasrakkers.

Uitgaven[bewerken | brontekst bewerken]

Publicaties
Krant of tijdschrift Nummer Publicatiedatum Voorganger Opvolger
De Standaard / Het Nieuwsblad 123 24 juni 1989 - 3 november 1989 Sagarmatha De kleine postruiter
Het Nieuwsblad van het Zuiden 105 Sagarmatha De kleine postruiter
Utrechts Nieuwsblad ? - 31 maart 1990
Het Binnenhof 63 12 december 1989 - 25 april 1990 Sagarmatha De kleine postruiter
Limburgs Dagblad
Albumuitgaven
Stripreeks of collectie Nummer Eerste druk Voorganger Opvolger
Vierkleurenreeks 222 november 1989 De rinoramp De kleurenkladder
Suske en Wiske Collectie 40 1991