De parlementsverkiezingen in Denemarken van 2011 werden gehouden op 15 september. De verkiezingen werden op 26 augustus 2011 aangekondigd door premier Lars Løkke Rasmussen.
De verkiezingen resulteerden in een overwinning van het Rode Blok (A, B, F, Ø, Siumut, Inuit Ataqatigiit, Javnaðarflokkurin) met 92 zetels in het Folketing, tegenover het Blauwe Blok (V, O, I, C, K, Sambandsflokkurin) dat 87 zetels behaalde. Als gevolg van deze uitslag ontstond er een linkse coalitie onder leiding van Helle Thorning-Schmidt, die zodoende de eerste vrouwelijke premier van Denemarken werd. Op 3 oktober 2011 werd haar kabinet gepresenteerd.[1]
De voormalige premier Anders Fogh Rasmussen verliet in 2009 de Deense politiek om Secretaris-generaal van de NAVO te worden. Zijn opvolger, Lars Løkke Rasmussen, schreef tegen de verwachting in geen verkiezingen uit en regeerde verder met gedoogsteun van de Dansk Folkeparti. Na sterke geruchten over verkiezingen in de media, kondigde Rasmussen op 26 augustus verkiezingen aan.