Eeuwigdurende obligatie
Een eeuwigdurende obligatie of perpetuele obligatie is een obligatie met een onbepaalde looptijd (geen vastgestelde einddatum). De obligatie keert periodiek een vaste interestvergoeding uit over de hoofdsom van de obligatie (het nominale bedrag) zonder dat deze ooit hoeft te worden afgelost. Soms bevat het prospectus een clausule dat toch op enig moment in de toekomst de hoofdsom alsnog kan worden afgelost. Eeuwigdurende obligaties zijn meestal een vorm van achtergestelde leningen.
Het rendement op de obligatie is gelijk aan de beloofde jaarlijkse interestuitkering gedeeld door de aankoop- of de uitgiftekoers. Het rendement kan volgens de onderstaande algemene formule worden berekend:
- waarbij
- = het rendementpercentage
Voorbeeld: De obligaties zijn door de emittent uitgegeven tegen een koerswaarde van € 1.000,--. De jaarlijkse rente is € 70,--. Het rendement voor degene die de obligatie bij uitgifte koopt, bedraagt 70/1000 = 0,07 of 7%, gelijk aan het nominale rentepercentage. Indien de obligatie na enige tijd op de beurs wordt verhandeld voor bijvoorbeeld € 840,-- dan is het rendement voor degene die de obligatie op dat moment koopt: 70/840 = 8,33%.
De oudste eeuwigdurende obligatie die nog steeds jaarlijks uitgekeerd wordt dateert uit 1624. Na een dijkdoorbraak gaf het Hoogheemraadschap van de Lekdijk Bovendams een obligatie uit om het herstel van de dijk te kunnen bekostigen. Na vier eeuwen ontvangt de bezitter van een van de obligaties, de New York Stock Exchange nog steeds ieder jaar een bedrag.
Bekende eeuwigdurende leningen zijn de waterschapsbrieven uitgegeven in de tweede helft van de 18e eeuw en de gemeenteleningen van de stad Haarlem uitgegeven tussen 1769 en 1806, welke tot op de dag van heden nog rentedragend zijn; meestal 2,5%.
Tegenwoordig financieren banken zich wel met achtergestelde leningen in de vorm van eeuwigdurende obligaties omdat deze deels tot het garantievermogen worden gerekend. Daarmee kunnen ze voldoen aan de tier 1- en tier 2-normen van "Basel".