Eli Iserbyt

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Eli Iserbyt
Iserbyt tijdens de Jingle Cross in 2019
Persoonlijke informatie
Volledige naam Eli Iserbyt
Geboortedatum 22 oktober 1997
Geboorteplaats Bavikhove
Nationaliteit Vlag van België Belgische
Lengte 165 cm
Gewicht 55 kg
Sportieve informatie
Huidige ploeg Pauwels Sauzen-Bingoal
Discipline(s) Mountainbiken
Veldrijden
Ploegen
2013-2016
2016-2017
2018-2019
2019-
Telenet-Fidea
Marlux-Napoleon Games
Marlux-Bingoal
Pauwels Sauzen-Bingoal
Medailleoverzicht
Veldrijden
Evenement Goud Zilver Brons
Wereldkampioenschappen 0 0 2
Europese kampioenschappen 1 1 0
Belgische kampioenschappen 1 1 0
Totaal (6 medailles) 2 2 2
Medailles
Veldrijden
Wereldkampioenschappen
Brons Hoogerheide 2023 Cyclocross
Brons Fayetteville 2022 Cyclocross
Wereldbeker
Zilver 2019-'20 Cyclocross
Goud 2021-'22 Cyclocross
Brons 2022-'23 Cyclocross
Goud 2023-'24 Cyclocross
Europese kampioenschappen
Goud Rosmalen 2020 Cyclocross
Zilver Silvelle 2019 Cyclocross
Portaal  Portaalicoon   Wielersport

Eli Iserbyt (Bavikhove, 22 oktober 1997) is een Belgisch veldrijder. In 2020 werd hij Europees kampioen veldrijden bij de elite.

Carrière[bewerken | brontekst bewerken]

Iserbyt begon met veldrijden op 11-jarige leeftijd. Als niet-aangeslotene won hij één wedstrijd en in zijn eerste jaar bij de aspiranten won hij er twee. Het daaropvolgende jaar won Iserbyt zo goed als al zijn wedstrijden en werd hij Belgisch kampioen veldrijden bij de aspiranten. Hij werd daarnaast ook Belgisch kampioen mountainbiken.

Bij de nieuwelingen en junioren werd Iserbyt vier jaar na elkaar kampioen van België. In zijn tweede jaar bij de junioren werd hij op het wereldkampioenschap in Tábor verslagen door de Deen Simon Andreassen, nadat hij eerder dat seizoen Europees kampioen was geworden en het eindklassement van de Wereldbeker en de Superprestige op zijn naam had geschreven.

Vanaf het seizoen 2015-2016 kwam Iserbyt uit in de beloftecategorie. In de Cyclocross Leuven, begin 2016, werd hij vijfde in de wedstrijd voor profs. Een week later kreeg hij de kans om voor de zesde opeenvolgende keer Belgisch kampioen te worden in Lille, maar door een zware valpartij bij de start moest hij opgeven. Op 31 januari 2016 won Iserbyt het WK in Zolder als eerstejaarsbelofte.[1] Hij werd daarmee de jongste wereldkampioen ooit bij de beloften. Hij was in de sprint sneller dan de Tsjech Adam Ťoupalík, die zijn handen een ronde te vroeg in de lucht had gestoken. Quinten Hermans was de tweede landgenoot op het podium met een bronzen medaille. Iserbyt werd dat jaar opnieuw eindwinnaar in de Wereldbeker en de Superprestige. Hij behaalde ook brons op het Europees kampioenschap in Huijbergen. In juni 2016 werd hij belofte met profcontract bij Marlux-Napoleon Games.[2]

Zijn tweede jaar bij de beloften verliep minder vlot. Hij eindigde op het EK als 10e en op het WK als 17e. Iserbyt werd wel eindwinnaar in de DVV Trofee.

Als derdejaarsbelofte werd hij op 5 november 2017 Europees kampioen in het Tsjechische Tábor. Hij won in de sprint van Tom Pidcock. In datzelfde seizoen werd hij op 4 februari 2018 voor de tweede keer wereldkampioen bij de beloften in het Nederlandse Valkenburg. Hij won met bijna een halve minuut voorsprong op de uittredende wereldkampioen Joris Nieuwenhuis. Hij werd ook eindwinnaar in de DVV Trofee bij de beloften.

In 2018 wint hij het jongerenklassement van de Boucles de la Mayenne en wordt derde in het algemeen klassement na Mathieu van der Poel en Romain Seigle.

Als laatstejaarsbelofte werd Iserbyt vice-Europees kampioen in Rosmalen en vicewereldkampioen in Bogense na zijn grootste rivaal Tom Pidcock. Daarnaast behaalde hij tien top 5-plaatsen bij de elite. Hij werd vierde op het zware Belgisch kampioenschap in Kruibeke na Toon Aerts, Wout van Aert en Michael Vanthourenhout.

In het seizoen 2019-2020 reed Iserbyt zijn eerste volwaardige programma bij de elite en stoot meteen door naar de top. Hij won drie wereldbekers op rij, de openingswedstrijden van Iowa en Waterloo, en vervolgens Bern. Dat seizoen won Iserbyt tien wedstrijden, o.a. ook nog de klassiekers Gavere en de Koppenberg, het dubbelweekend in Kruibeke en Gieten, en de spannende wereldbekerwedstrijd in Nommay tegen Toon Aerts. Hij behaalde tien tweede plaatsen, de meeste na Mathieu van der Poel. Hij schrijft de DVV Trofee op zijn naam en wordt tweede in zowel de Superprestige als de Wereldbeker eindstand. Hij werd tweede op het EK in Silvelle (IT) op slechts 3" van MVDP en tweede op het Belgisch Kampioenschap in Antwerpen na Laurens Sweeck. Op het WK in Dübendorf werd hij tiende. Op het einde van dat seizoen is Iserbyt opgeklommen naar de derde plaats op de UCI ranking. Iserbyt traint dan nog steeds bij Rudi van de Sompel, zijn trainer sinds de aspiranten.

Net na het einde van dit seizoen zou de coronapandemie uitbreken. Met veel inspanningen zowel van de organisatoren als van de renners werd er toch een beperkt veldritseizoen 2020-2021 opgezet, grotendeels in België. Publiek was niet toegelaten en de entourage werd beperkt. Dat seizoen won Iserbyt het Europees Kampioenschap voor Michael Vanthourenhout en Lars van der Haar. Hij is daarmee de eerste renner in de geschiedenis die zowel als junior, belofte en elite Europees kampioen werd. In de wedstrijd in Zolder kwam Iserbyt zwaar ten val. Hij scheurde gedeeltelijk zijn gewrichtsband aan de elleboog en liep kneuzingen op. Hij reed het seizoen nog uit, maar moest een operatie ondergaan aan het eind van het seizoen. Iserbyt moet opgeven in het BK in Meulebeke en wordt zevende op het WK in Oostende. Dat seizoen zou hij zeven wedstrijden winnen waaronder opnieuw de Koppenberg. Hij won opnieuw het eindklassement van de X20-Trofee. Iserbyt stond op het einde van het seizoen op een tweede plaats op de UCI ranking. Het volgende seizoen veranderde het reglement van de UCI ranking.

Iserbyt had tot 2019 een relatie met Puck Moonen.[3][4]

Erelijst[bewerken | brontekst bewerken]

Veldrijden[bewerken | brontekst bewerken]

Overwinningen[bewerken | brontekst bewerken]

Seizoen Wereldbeker Superprestige Trofee Regenboogtrui
WK
Europeese kampioenstrui
EK
Belgische kampioenstrui
BK
Overige Totaal
aantal
zeges
2015-2016 NVT NVT NVT 0
2016-2017 NVT NVT 19e 0
2017-2018 NVT NVT DNF 0
2018-2019 NVT NVT 4e 0
2019-2020 Iowa, Waterloo, Bern, Nommay Gieten, Asper-Gavere Oudenaarde, Eindklassement 10e Zilver Zilver Kruibeke, Maldegem, Hulst, (Masters Waregem) 10 (11)
2020-2021 Ruddervoorde, Boom Oudenaarde, Kortrijk, Eindklassement 7e Goud DNF Lokeren, Sint-Niklaas 7
2021-2022 Waterloo, Iowa, Overijse, Koksijde, Besançon, Flamanville, Hoogerheide, Eindklassement Ruddervoorde, Niel, Merksplas, Eindklassement Oudenaarde Brons 12e DNF Lokeren, Beringen, Bredene 14
2022-2023 Waterloo, Fayetteville, Tabor Ruddervoorde, Middelkerke Baal, Brussel, Eindklassement Brons DNF 4e Beringen 8
2023-2024 Troyes, Flamanville, Eindklassement Overijse, Ruddervoorde, Niel, Middelkerke

Eindklassement

Kortrijk, Brussel 5e 6e Goud Otegem, Maldegem 11
Totaal 16 (2x Eindklassement) 13 (2x Eindklassement) 8 (3x Eindklassement) 0 1 1 11 50

Erelijst[bewerken | brontekst bewerken]

Seizoen Wereldbeker Superprestige Trofee UCI WK EK BK Aantal zeges Aantal podia
2015-2016 NVT NVT NVT 11e NVT NVT NVT 0 0
2016-2017 NVT NVT NVT 30e NVT NVT 19e 0 2
2017-2018 46e 19e NVT 14e NVT NVT DNF 0 0
2018-2019 37e 14e 10e 13e NVT NVT 4e 0 1
2019-2020 Zilver Zilver Goud Brons 10e Zilver Zilver 10 23
2020-2021 18e Zilver Goud Zilver 7e Goud DNF 7 16
2021-2022 Goud Goud Zilver Goud Brons 12e DNF 14 29
2022-2023 Brons Zilver Goud 4e Brons DNF 4e 8 22
2023-2024 Goud Goud Zilver Goud 5e 6e

Goud

11 21
Totaal 2 2 3 2 0 1 1 50 114

Jeugd[bewerken | brontekst bewerken]

Categorie Seizoen Wereldbeker Superprestige Trofee RegenboogtruiWK Europeese kampioenstruiEK Belgische kampioenstruiBK Overige Totaal aantal zeges
Niet-aangeslotenen 2008-2009 Koekelare 1
Totaal 0 0 0 0 0 0 1 1
Aspiranten 2009-2010 4e Keiem, Kortrijk 2
2010-2011 Goud Kruiningen, Rucphen, Landskouter, Snaaskerke, Koekelare, Lokeren (PK), Hoboken, Wustwezel, Overijse, Diksmuide, Retie, Kortrijk, Lille 14
Totaal 0 0 0 0 0 1 15 16
Nieuwelingen 2011-2012 Goud Koekelare (PK) 2
2012-2013 Ronse, Hasselt Goud Kessel-Fort, Wiekevorst, Erpe-Mere, Hoboken, Ruddervoorde, Zingem, Koekelare, Dottenijs, Koksijde, Lotenhulle, Antwerpen, Lichtervelde, Beernem (PK), Perwez, Zonnebeke, Anvaing, Assenede, Middelkerke, Eeklo, Lebbeke 23
Totaal 0 0 2 0 0 2 21 25
Junioren 2013-2014 7e 6e Goud Moerbeke-Waas, Ronse 3
2014-2015 Valkenburg, Heusden-Zolder, Hoogerheide, Eindklassement Gieten, Zonhoven, Ruddervoorde, Asper-Gavere, Spa-Francorchamps, Diegem, Hoogstraten, Eindklassement Zilver Goud Goud Erpe-Mere, Neerpelt, Ronse, Meulebeke, Overijse, Varsenare (PK), Leuven, Zonnebeke, Lebbeke, Oostmalle 22
Totaal 3 (1x Eindklassement) 7 (1x Eindklassement) 0 0 1 2 12 25
Beloften 2015-2016 Koksijde, Namen, Lignières-en-Berry, Eindklassement Zonhoven, Ruddervoorde, Asper-Gavere, Hoogstraten, Middelkerke, Eindklassement Ronse, Hamme Goud Brons DNF Overijse 12
2016-2017 Fiuggi Asper-Gavere Oudenaarde, Essen, Loenhout, Baal, Eindklassement 17e 10e NVT Overijse, Oostmalle 8
2017-2018 Zeven, Hoogerheide Hoogstraten Ronse, Hamme, Essen, Antwerpen, Loenhout, Baal, Lille, Eindklassement Goud Goud NVT 12
2018-2019 Bern, Heusden-Zolder, Hoogerheide Zilver Zilver NVT 3
Totaal 9 (1x Eindklassement) 7 (1x Eindklassement) 13 (2x Eindklassement) 2 1 0 3 35

Wegwielrennen[bewerken | brontekst bewerken]

2011 (aspiranten) - 1 zege

  • Buggenhout-Opdorp

2015 (junioren) - 3 zeges

  • Otegem
  • Vurste-Gavere
  • Vladslo

2018 - 0 zeges

Mountainbiken[bewerken | brontekst bewerken]

2011 (aspiranten) - 1 zege

Externe link[bewerken | brontekst bewerken]