Fries paard

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Friese paarden)
Fries paard
Friese hengst of ruin
Basisinformatie
Ras warmbloed
Type barokpaard
Herkomst Nederland
Gebruik tuigpaard, dressuur
Eigenschappen
Stokmaat 1,55-1,70 m
Hoofd fijn, rechte neus
Benen stevig
Kleuren zwart, soms bruine glans
Aftekeningen geen
Beharing lang, vol en golvend
Behang zwaar
Karakter kwiek, leergierig, mak
Fokkerij
Afgeleid ras arabo-fries
Stamboek KFPS
Website www.kfps.nl
Lijst van paardenrassen
Friese hengst met veel knieactie
Friese hengst
Fries paard voor de sjees tijdens het ringsteken
Fries paard als rijpaard
Gouden Koets op Prinsjesdag getrokken door Friezen
"Het Friese Paard", standbeeld in Leeuwarden

Het Friese paard, afgekort de "Fries", is het oudste inheemse paardenras van Nederland. Het ras wordt ook wel "de zwarte parel van Friesland" genoemd.

De paarden van dit warmbloedige paardenras worden officieel vastgelegd na keuring in een stamboek dat wordt bijgehouden door de Koninklijke Vereniging “Het Friesch Paarden-Stamboek” (KFPS). Dit is ontstaan als onderdeel van een fokprogramma, omdat het ras in de vorige eeuw bijna uitstierf.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Het ras wordt in de 13e eeuw voor het eerst genoemd in een kloosterakte van het bisdom Münster, waartoe delen van het huidige Friesland destijds behoorden.

De Romeinse historicus Lucius Cassius Dio (155-229 n.Chr.) schreef dat de Romeinen onder Julius Caesar in hun expeditie tegen de Britten (anderhalve eeuw eerder) paarden uit Hispania, Pannonië, Thracië en Frisia meenamen. Onduidelijk is echter hoe deze paarden eruitzagen. Bovendien werd Frisia in Dio's tijd gebruikt voor een groot gebied tussen de benedenloop van de Rijn en de Wezer, een gebied dat aanzienlijk groter is dan het huidige Friesland. Dezelfde bedenkingen gelden voor de Romeinse schrijver Vegetius, die rond de 4e eeuw een korte passage schreef over het fokken van paarden bij de Hunnen, Thuringers en Frigiscos, waarin sommige historici de Frisiavones of Frisii zien.[1]

Wel is het waarschijnlijk dat de moderne Fries (alsook het Brabants trekpaard) en de paarden die de Romeinen vanuit de Lage Landen naar Groot-Brittannië verscheepten een gemeenschappelijke voorouder hebben gehad, getuige de overeenkomsten tussen de uit de Romeinse handel ontstane fellpony en de Fries.[2]

In de middeleeuwen werd de Fries vooral als werk- en krijgspaard gebruikt. Gedurende de Tachtigjarige Oorlog leverden kruisingen met warmbloedige Spaanse paarden, voornamelijk andalusiërs, het huidige type Fries op.[3]

Kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]

Uiterlijk[bewerken | brontekst bewerken]

Het Friese paard is een sierlijk ogend paard met veel behang en een fiere houding. Het lichaam is compact en sterk.

Manen
De manen zijn lang, vol en golvend, evenals de staart.
Hoofd
De Fries heeft een fijn hoofd met korte, spitse en beweeglijke oren.
Hals
Hoge halsaanzet, lang, licht gebogen en zeer gespierd.
Schouders
De schouders zijn krachtig ontwikkeld.
Benen
Tamelijk kort, maar stevig, lang behaard en met een vetlok.
Kleur
Een Fries is vrijwel altijd geheel zwart; zonder aftekeningen. Aftekeningen zijn dan ook verboden, hoewel een klein kolletje door de vingers wordt gezien. Een enkele keer komt er een zeer zeldzame bruine en nog zeldzamere schimmel variant voor. Deze kleuren worden echter niet geaccepteerd in het stamboek.
Schofthoogte
Tussen 1,55 m (voor opname in het stamboek) en 1,70 m. Op driejarige leeftijd wordt 1,60 m als ideaal beschouwd.

Karakter[bewerken | brontekst bewerken]

De Fries is vriendelijk en levendig, mak, intelligent, leergierig en trouw, en is een gewillige werker. Ook heeft het Friese paard een koel hoofd en is daardoor geschikt voor recreatief rijden en buitenritten. Het ras is ook geschikt voor dressuur vanwege de hoge knieactie en zijn betrouwbare gedrag. Incidenteel wordt het ook als springpaard gebruikt.

Fokken en keuring[bewerken | brontekst bewerken]

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

In de negentiende eeuw werd de drafsport populair en fokkers probeerden de al hoog grijpende draf te verbeteren door te kruisen met dravers. Daardoor werd de Fries nog lichter van bouw en minder geschikt voor het boerenwerk. Dat zorgde voor een daling in de populariteit van de Friezen, omdat andere zwaardere rassen, de zogenaamde Bovenlandse paarden, beter konden worden ingezet voor het landwerk. Daardoor werd het Friese paardenras met uitsterven bedreigd. In 1913 waren nog slechts drie oudere stamboekhengsten voor de fokkerij beschikbaar. Een aantal liefhebbers van het paardenras heeft dit voorkomen door in 1879 het Friesch Paarden-Stamboek op te stellen, waar het ras officieel wordt vastgelegd in een stamboek als onderdeel van een fokprogramma. Dit is het oudste paardenstamboek van Nederland.

In de jaren '60 volgde opnieuw een crisis in de fokkerij van het Friese paard. In 1965 stonden nog slechts 500 Friese merries ingeschreven in de registers van het stamboek, omdat het boerenwerk nu machinaal kon worden uitgevoerd en de "paardenkracht" geleverd door de Fries overbodig werd. Opnieuw hebben liefhebbers van de Fries zich ingezet om dit lot te voorkomen. Er is door de landelijke rijvereniging 'De Oorsprong' in 1967 een promotie-kruistocht gedaan met de paarden door Friesland, zodat het paardenras onder de aandacht kwam van de groep mensen die niet van huis uit paarden hadden. Hierdoor is het Friese paard populair geworden als recreatie- en dressuurpaard.

Dankzij de inzet van een klein aantal fokkers die het Friese paard wilden behouden is er niet gekruist met andere paardenrassen en beschikken we nu nog over een Fries paard. In 2003 waren er zelfs alweer veertigduizend Friese paarden. Het ras heeft wereldwijd bekendheid en populariteit verworven bij paardenliefhebbers.

Het ras wordt vandaag de dag nog steeds officieel vastgelegd door de Koninklijke Vereniging “Het Friesch Paarden-Stamboek” (KFPS), ook internationaal, als onderdeel van het fokprogramma. Anno 2016 zijn meer dan 70.000 paarden geregistreerd bij het KFPS verspreidt over meer dan 70 landen.

Keuring[bewerken | brontekst bewerken]

Het vastleggen van een paard als Fries paard gebeurt door middel van een officiële keuring door de organisatie van de KFPS, ook in het buitenland gebeurd dit door KFPS-erkende keurders. Een bekend voorbeeld van deze keuring is de jaarlijkse Hengstenkeuring, een evenement opgezet door de Royal Friesian Club. Hierbij worden jonge hengsten gekeurd, maar daarnaast bestaat dit meerdaagse evenement uit meer onderdelen als showen, verkiezingen, educatie en clinics. Dit alles om het Friese paardenras te promoten en zo zijn bestaan te behouden.

Arabo-Friezen[bewerken | brontekst bewerken]

Tegenwoordig is het Europese Arabo-Friezen Stamboek (EAFS) bezig een klein deel Arabische volbloed in het Friese paard terug te fokken, om ze meer geschikt te maken voor de sport. Dit is een relatief nieuwe fokkerij die in 2006 werd erkend door het ministerie van landbouw.[4] De Arabo-Friese paarden worden niet opgenomen in het KFPS, maar hebben een apart stamboek, het EAFS.

Gebruik[bewerken | brontekst bewerken]

Mennen[bewerken | brontekst bewerken]

Bekend zijn de Friezen vooral van de shownummerrubrieken, waarin ze voor de Friese sjees lopen en gereden worden door boeren en boerinnen in Friese klederdracht. Ringrijden gebeurt in West-Friesland vanuit een Friese sjees. Het paard is namelijk oorspronkelijk gefokt als werkpaard dat doordeweeks gewoon moest ploegen en op zondag voor de koets gespannen werd als de familie naar de kerk ging. Ook onder het zadel presteert de Fries goed.

Paardensport[bewerken | brontekst bewerken]

Springen[bewerken | brontekst bewerken]

Het Friese paard is niet geschikt voor de springsport. De galop van de Fries wordt hoog gesprongen en 'zit' zeer aangenaam. Om over wat hogere hindernissen te kunnen komen moet een paard 'basculeren': de schoft wordt het hoogste punt van de bovenlijn, die min of meer vlak wordt. Dat is tegengesteld aan de 'opgerichte' houding waarvoor het dier gefokt is.

Dressuur Grand Prix[bewerken | brontekst bewerken]

De Belgische dressuurruiter Peter Spahn reed samen met de hengst Adel 357 mee in de internationale Grand Prix. Ook de dekhengst Goffert en zijn amazone namen deel aan een Grand Prix (in Amerika). De hengst Adel ging na de hengstenkeuring in januari 2009 met pensioen. Peter Spahn reed ook internationaal Grand Prix met de Adel-zoon Anders 451. Een andere Adel-zoon drong in 2010 door tot de Grand Prix (Hearke met Kristel van Duuren-Bodewes). Ook de paarden Tietse en Ielke zijn startgerechtigd voor de Grand Prix. Verder startte de Nederlandse dressuuramazone Melanie Mouthaan met haar Friese hengst Wilke C van de Wijdewormer "Wilke" op Grand Prix-niveau. In 2020 werd het Friese paard officieel erkend als sportpaard door de World Breeding Federation of Sport Horses (WBFSH), nadat reeds 45 Friezen deelnamen aan de Grand Prix.

Amusement[bewerken | brontekst bewerken]

De Fries heeft duidelijk aanleg voor dressuur, maar hij wordt ook veel gebruikt als hogeschoolpaard in bijvoorbeeld het circus. Het Friese paard was er ook bij tijdens de inhuldiging van schaatskampioenen. Als de schaatsers in ijsstadion Thialf in Heerenveen een schaatswedstrijd hadden gewonnen werden ze rondgereden in een arrenslee met Friese paarden ervoor.

Het ras wordt ook gebruikt in de Amerikaanse filmindustrie. Bij gebruik in historische verfilmingen is dit meestal historistisch niet accuraat, aangezien het ras in zijn huidige verschijningsvorm niet ouder is dan vierhonderd tot zeshonderd jaar. Het Friese paard is te zien in onder meer Ladyhawke, Eragon, The Mask of Zorro, Alexander en The Chronicles of Narnia, en ook in Clash of the Titans, waarin twee Friese paarden beurtelings het gevleugelde paard Pegasus spelen.[5]

Trivia[bewerken | brontekst bewerken]

  • De helft van de paarden in de Koninklijke Stallen zijn Fries, dus op Prinsjesdag wordt de Gouden Koets vaak getrokken door Friese paarden.[6]
  • In Leeuwarden staat sinds 1981 een beeldhouwwerk van Auke Hettema van een Fries, genaamd "Het Friese Paard."

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]

Zie de categorie Fries paard van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.