Gele berkenrussula
Gele berkenrussula | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
![]() | |||||||||||||||
Russula claroflava | |||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||
Russula claroflava Grove (1888) | |||||||||||||||
![]() | |||||||||||||||
Europese verspreidingsgebied | |||||||||||||||
Afbeeldingen op ![]() | |||||||||||||||
Gele berkenrussula op ![]() | |||||||||||||||
|
De gele berkenrussula (Russula claroflava) is een paddenstoel van het geslacht Russula. Het verschijnt in de zomer en herfst, meestal met berken (Betula) of esp (Populus), op heide en heide, bij voorkeur vochtige plaatsen in de buurt van vijvers of meren, vaak voorkomend in veenmos
Taxonomie[bewerken | brontekst bewerken]
Het werd in 1888 beschreven door William Bywater Grove, op basis van een exemplaar uit Sutton Park in de Engelse Midlands.
Kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]
Uiterlijke kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]
- Hoed
De hoed is eigeel en heeft een diameter van 4-10 cm. Het is het enigszins plakkerig als het vochtig en bladeren en ander vuil blijven er vaak aan kleven. Bij volwassen exemplaren is het midden van ingezakt en de rand gegroefd.
- Steel
De 4-10 cm (1,5-4 inch) hoge steel is wit, vrij stevig, recht en 1-2 cm dik.
- Lamellen
De lamellen zijn bleek oker. Alle delen worden grijs of zwart bij veroudering.
- Geur en smaak
De geur is fruitig. Deze paddenstoel is eetbaar en heeft een milde smaak.
- Sporen
De sporenprint is bleek oker.
Microscopische kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]
De sporen zijn elliptisch, 9-12 µm lang en 7,5-10 µm breed. Meestal zijn de sporen 1,5-2 µm langer dan dat ze breed zijn. De sporen zijn geornamenteerd met grove, tot 1 µm hoge, dicht opeengepakte, stekelige wratten die door talrijke fijne lijntjes met elkaar verbonden en hiermee een redelijk goed ontwikkeld netwerk voormen. De basidia zijn 50-53 µm lang en 11 µm breed. De bolvormige of knotsvormige cystidia zijn stomp of naar boven gericht, 55-72 µm lang en 7-9 µm breed. In sulfovanilline worden de cystiden blauw.
Voorkomen[bewerken | brontekst bewerken]
De gele berkenrussula is een holarctische, gematigde tot boreale soort en komt voor in Noord-Azië (Kaukasus en Siberië), Noord-Amerika (Canada, VS, Mexico) en Europa. In Zuid-Europa is het meestal afwezig, in Oost-Europa (Wit-Rusland) is het zeldzaam, in Groot-Brittannië, Noordwest- en Midden-Europa komt het verspreid voor, in Noord-Europa (Scandinavië, Estland, Noord-Rusland) is het wijdverbreid en strekt het zich in Zweden uit tot ver als Lapland.
In Nederland komt hij algemeen voor. Hij is niet bedreigd en staat niet op de rode lijst.
Naam[bewerken | brontekst bewerken]
De soortnaam claroflava komt van de Latijnse woorden clarus, dat "helder" betekent en het woord flava, dat "geel" betekent. De genusnaam Russula betekent "roodachtig" en is niet van toepassing op deze paddenstoel.
Foto's[bewerken | brontekst bewerken]
Bronnen, noten en/of referenties |