Gerard van Eckeren

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Gerard van Eckeren (Haarlem, 29 november 1876Wassenaar, 22 oktober 1951) is het pseudoniem van de Nederlandse schrijver Maurits Esser.

Van Eckeren was een zoon van de Nederlandse schrijver Isaäc Esser (18451920). Hij was aanvankelijk werkzaam in de boekhandel en werd in 1904 directeur van de Hollandia-drukkerij te Baarn. Van Eckeren was schrijver van romans en novellen. Als criticus was hij, eerst alleen (1907 – 1925) en later samen met Jan Greshoff, redacteur van het maandblad Den Gulden Winckel. Van 1939 tot 1942 schreef hij essays in het letterkundig tijdschrift Groot-Nederland, onder andere over A. Roland Holst en Arthur van Schendel.

Bibliografie (selectie)[bewerken | brontekst bewerken]

  • Losse Schetsen en Novellen (1898)
  • Ida Wasserman (1908)
  • Annie Hada (1911)
  • De Van Beemsters (1916)
  • De Oogen in de Spiegel (1934)
  • Parade gaat door (1937
  • Paarden van Holst (1946)
  • Klopsymphonie, de roman van een onmuzikale (1947)

Externe link[bewerken | brontekst bewerken]