Help:Inleiding tot bewerken met visuele tekstverwerker/2
De tekstverwerker openen
De bewerkingsmodus activeren
Basisprincipes van de werkbalk
De gereedschappen die tot je beschikking staan
Links en wikilinks
Pagina's aan elkaar koppelen
Wijzigingen opslaan
Publiceren
Nieuwe artikelen maken
Een nieuwe pagina beginnen
Samenvatting
Overzicht van wat je hebt geleerd

De werkbalk van de visuele tekstverwerker verschijnt bovenaan het scherm wanneer je begint met bewerken.
De knoppen
maken je wijzigingen ongedaan of voeren ze opnieuw uit.
Met het vervolgkeuzemenu Alinea
kun je standaardtekstformaten gebruiken, bijvoorbeeld om koppen en subkoppen te maken. Het normale tekstformaat heet 'Alinea'; de hoofdrubrieken heten 'Kopje', en de subrubrieken heten 'Kop 2', 'Kop 3', enz.
Het vervolgkeuzemenu A
bevat extra opmaakopties zoals vet (B), cursief (I), onderstrepen (U), superscript (x2), en subscript (x2). Deze opmaak wordt toegepast op elke tekst die je hebt geselecteerd. Het onderwerp van een artikel wordt bijvoorbeeld vetgedrukt als het voor het eerst wordt genoemd.
Het menu
biedt de mogelijkheid tot het maken van genummerde en ongenummerde opsommingen, en het menu Ω bevat speciale tekens.