Jos. Schrijnen

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Jos. Schrijnen
Schrijnen in 1930
Priester van de Rooms-Katholieke Kerk
Wapen van een priester
Geboren 3 mei 1869
Plaats Venlo
Overleden 26 januari 1938
Plaats Nijmegen
Wijdingen
Priester 1894
Loopbaan
Laatste functie (laatstelijk) Eerste Rector Magnificus van de Katholieke Universiteit Nijmegen
Eerdere functies Lector en Hoogleraar aan de Universiteit Utrecht
Portaal  Portaalicoon   Christendom

Joseph Charles François Hubert (Jos.) Schrijnen (Venlo, 3 mei 1869 - Nijmegen, 26 januari 1938) was een Nederlands priester, classicus, linguïst, en volkskundige. Hij was mede-oprichter en in 1923 eerste rector-magnificus van de Katholieke Universiteit Nijmegen.

Biografie[bewerken | brontekst bewerken]

Schrijnen stamde uit een oud Limburgs geslacht van medici en apothekers. Ook zijn vader was apotheker. Joseph Schrijnen was een jongere broer van bisschop Laurent Schrijnen, de vierde bisschop van het tweede Bisdom Roermond.

Opleiding en eerste betrekking[bewerken | brontekst bewerken]

Hij kreeg zijn middelbare opleiding te Roermond en deed een voorbereidende filosofie-studie te Rolduc, alvorens klassieke letteren te gaan studeren aan de Katholieke Universiteit Leuven. In 1891 promoveerde hij summa cum laude. Na zijn theologische studie aan het Grootseminarie te Roermond werd hij in 1894 priester gewijd. Van 1894 tot 1912 was hij werkzaam als leraar aan het Bisschoppelijk College te Roermond, gedeeltelijk in dezelfde periode waarin ook zijn broer Laurent daar leraar was.

Academische loopbaan[bewerken | brontekst bewerken]

Schrijnen (1923)

In 1910 werd hij vanwege de Sint-Radboudstichting benoemd tot lector aan de Rijksuniversiteit te Utrecht, om onderwijs te geven in de klassieke taalkunde en de cultuurgeschiedenis der Christelijke oudheid. In 1912 volgde zijn benoeming tot bijzonder hoogleraar vanwege de St. Radboudstichting, en sinds 1921 was hij tevens buitengewoon hoogleraar in de Algemene Taalwetenschap.

Bij de opening van de R.K. Universiteit te Nijmegen in 1923 werd hij benoemd tot gewoon hoogleraar in de Algemene Taalwetenschap, de Griekse en Latijnse taalkunde en de Volkskunde, alsmede tot eerste rector magnificus. Schrijnen richtte samen met zijn leerling Christine Mohrmann de École de Nimègue op.

Kerkelijke titel[bewerken | brontekst bewerken]

Als (honorair) lid van de pauselijke huishouding, in zijn hoedanigheid van 'Huisprelaat van Zijne Heiligheid de Paus', droeg Jos. Schrijnen de kerkelijke titel van monseigneur.