Naar inhoud springen

Koninklijke Nederlandse Baseball en Softball Bond

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Koninklijke Nederlandse Baseball en Softball Bond
(KNBSB)
Sport Honkbal
Softbal
Algemene gegevens
Voorzitter Gregor Rossen
Zetel Kelvinbaan 48 3439 MT Nieuwegein
Land Vlag van Nederland Nederland
Geschiedenis
Oprichtings­datum 1971
Structuur
Wereldbond WBSC
Olympisch comité NOC*NSF
http://www.knbsb.nl
Portaal  Portaalicoon   Sport

De Koninklijke Nederlandse Baseball en Softball Bond (KNBSB) is de overkoepelende bond voor honk- en softbal in Nederland. Internationaal is de bond aangesloten bij de Europese bonden CEB (honkbal) en ESF (softbal) welke tegenwoordig na de fusie in 2013 (op bestuurlijk vlak) tussen de IBAF (honkbal) en ISF (softbal) onder de WBSC vallen.

De KNBSB is ontstaan in 1971 na de fusie tussen de Nederlandsche Honkbalbond (opgericht op 16 maart 1912, sinds 1952 Koninklijke) en de Nederlandse Amateur Softball Bond (sinds 1965, in 1951 opgericht als de Nederlandse Dames Softball Bond). Het bondsbureau van de KNBSB, met acht vaste medewerkers, staat in Nieuwegein.

De KNBSB organiseert de nationale honkbal- en softbalcompetities in Nederland met de Honkbal hoofdklasse en Softbal hoofdklasse als hoogste divisies.

De KNBSB is ook verantwoordelijk voor het nationale mannenhonkbalteam, het Nederlands vrouwensoftbalteam en -mannensoftbalteam. Deze ontvangen steun en financiering doorgesluisd vanuit de ontvangen NOC/NSF gelden. Het nationale vrouwenhonkbalteam wordt wel gefaciliteerd en ingeschreven voor toernooien maar ontvangt verder geen steun. Het Nederlands mannenhonkbalteam neemt (of nam) naast de Europese kampioenschappen en Wereldkampioenschappen ook deel aan vriendschappelijke toernooien in Nederland, zoals de Haarlemse Honkbalweek en het World Port Tournament. Het nationale vrouwenhonkbalteam neemt deel aan de Wereldkampioenschappen sinds 2010. Daarnaast bestaat ook het Nederlands slowpitchteam.

Ledenaantallen

[bewerken | brontekst bewerken]

Hieronder de ontwikkeling van het ledenaantal en het aantal verenigingen:[1][2]

Jaar Ledenaantal Verenigingen
2020 19.381 161
2019 19.944 161
2018 19.809 162
2017 20.508 162
2016 21.059 165
2015 21.257 167
2014 21.843 168
2013 22.174 168
2012 22.648 174
2011 22.963 177
2010 23.236 180
2009 23.149 180
2008 23.324 179
2007 23.926 182
2006 24.556 181
2005 24.099 185
2004 24.333 185
2003 24.032 184
2002 22.790 188
2001 186
1999 19.174 196
1996 22.061 208
1993 23.005
1990 29.610
1987 30.721
1984 26.684
1981 23.580
1978 19.466