Lodewijk van Praet van Moerkerken

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Lodewijk van Praet van Moerkerken ridder, heer van Carnisse en kastelein te Schoonhoven en heer van Cranendonck en Eindhoven (Schoonhoven, 1471 - 1537), was de zoon van Frank van Praet heer van Moerkerke en Merwede (1440-1473) en Elisabeth van Loon (1450-1514).

Hij was de jongste telg uit een gezin met 3 zonen. Zijn vader overleed toen hij 2 jaar oud was. Zijn grootvader Lodewijk van Praet van Moerkerken, ambachtsheer van het Belgische Moerkerke, vestigde zich rond 1420 in Nederland en liet rond 1440 het Hof van Moerkerken in Mijnsheerenland bouwen. Na het overlijden van Lodewijks moeder in 1514 kwam het huis in andere handen.

Lodewijk trouwde op 5 mei 1497 met Catharina bastaarddochter van Egmond, dochter van Frederik van Egmont (bijnaam Schele Gijs), heer van IJsselstein, graaf van Buren en Leerdam en raadslid-kamerheer van Karel de Stoute en Maximiliaan van Oostenrijk (ca 14401521) en Catharina van Kessel (overleden 1500) de dochter van Hendrik van Ranst en Henrica van Haaften.

Uit het huwelijk van Lodewijk en Catharina zijn de volgende kinderen geboren: