Lodewijk X van Beieren

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Lodewijk X van Beieren
1495-1545
Lodewijk X van Beieren
Hertog van Beieren
Samen met Willem IV
Periode 1514-1545
Voorganger Willem IV
Opvolger Willem IV
Vader Albrecht IV van Beieren
Moeder Cunigonde van Oostenrijk

Lodewijk X van Beieren (Grünwald, 18 september 1495Landshut, 22 april 1545) was van 1514 tot aan zijn dood medehertog van Beieren. Hij behoorde tot het Huis Wittelsbach.

Levensloop[bewerken | brontekst bewerken]

Lodewijk X was de tweede zoon van hertog Albrecht IV van Beieren uit diens huwelijk met Cunigonde van Oostenrijk, dochter van keizer Frederik III van het Heilige Roomse Rijk.

In 1506 legde zijn vader de ondeelbaarheid van Beieren en het eerstgeboorterecht vast. Hierdoor nam Lodewijks oudere broer Willem na diens dood in 1508 alleen de regering van Beieren over. Lodewijk kreeg met de titel van graaf van Vohburg een apanage toegewezen. In 1509 werd historicus Johannes Aventinus belast met de opvoeding van Lodewijk en zijn jongere broer Ernst.

Toen hij volwassen werd, liet Lodewijk zijn aanspraken op de mederegering in Beieren gelden, met het argument dat hij voor de erfregeling van zijn vader was geboren, en riep hij de hulp van keizer Maximiliaan I in. De Beierse Staten vreesden een herhaling van de Landshuter Successieoorlog en dwongen Willem in februari 1514 om Lodewijk te erkennen als medehertog van Beieren. Kort daarna keerde Willem echter op zijn stappen terug en begon hij een oorlog voor te bereiden tegen zijn broer. Keizer Maximiliaan I trad op als bemiddelaar en vaardigde in september 1514 een beding uit waarin Lodewijk de titel van hertog van Beieren en een vierde van het hertogdom kreeg toegewezen. Uiteindelijk kwamen de broers overeen dat Willem IV de districten München en Burghausen mocht besturen en Lodewijk X de districten Landshut en Straubing.

Tijdens de Reformatie stonden Lodewijk en zijn broer Willem aanvankelijk welwillend tegenover de ideeën van Maarten Luther; zijn geschriften mochten in Beieren verspreid en gedrukt worden. Na de Rijksdag en het Edict van Worms schaarden ze zich echter achter keizer Karel V. In februari 1522 hielden ze in Grünwald een conferentie waar ze verklaarden trouw te blijven aan het "oude geloof", maar dat de Kerk hervormd moest worden. Met dit besluit legden de broers de basis voor de Contrareformatie in het Heilige Roomse Rijk. Tijdens de Boerenoorlog, die deels voortvloeide uit de Reformatie, stuurde Lodewijk in 1525 troepen naar Oostenrijk om de aartsbisschop van Salzburg hulp te bieden.

Nadat de kinderloze koning Lodewijk II van Hongarije en Bohemen in 1526 sneuvelde, smeekten gezanten van de Boheemse adel Lodewijk om zich kandidaat te stellen voor de Boheemse kroon. Hij had grote interesse, maar werd in de verkiezing verslagen door de toekomstige keizer Ferdinand I, de jongere broer van Karel V. Lodewijk en zijn broer Willem steunden vervolgens Ferdinand tegenstander Johan Zápolya, in de hoop de invloed van het Huis Habsburg terug te dringen. In 1531 probeerde Lodewijk tot Rooms-Duits koning verkozen te worden, maar ook deze keer verloor hij de verkiezing van Ferdinand. Lodewijk zou deze verkiezing pas drie jaar later, in 1534, erkennen.

Tussen 1537 en 1543 liet Lodewijk in Landshut een nieuwe residentie bouwen. Zijn paleis werd een van de eerste renaissancebouwwerken ten noorden van de Alpen. Ook stelde hij Hans Leinberger te werk, een van de meest beduidende Beierse beeldhouwers uit zijn tijd.

In april 1545 overleed Lodewijk X op 49-jarige leeftijd; hij was ongehuwd en zonder wettige nakomelingen gebleven. Wel had hij een buitenechtelijke dochter Anna von Leonsberg (1525-1556), die huwde met humanist en staatsman Johann Albrecht Widmannstetter. Zijn broer, Willem IV, werd na de dood van Lodewijk X alleenheerser over Beieren.

Voorouders[bewerken | brontekst bewerken]

Voorouders van Lodewijk X van Beieren (1495-1545)
Overgrootouders Ernst van Beieren
(1373-1438)

Elisabetta Visconti
(1374-1432)
Erik I van Brunswijk-Grubenhagen
(1380-1427)

Elisabeth van Brunswijk-Göttingen
(1390-1444)
Ernst I van Oostenrijk
(1377–1424)

Cymburgis van Mazovië
(1394–1429)
Eduard van Portugal
(1391–1438)
∞ 1428
Eleonora van Aragón
(1402–1445)
Grootouders Albrecht III van Beieren (1401-1460)

Anna van Brunswijk (1414-1474)
Keizer Frederik III (1415-1493)
∞ 1452
Eleonora Helena van Portugal (1434–1467)
Ouders Albrecht IV van Beieren (1447-1508)

Cunigonde van Oostenrijk (1465-1520)