Muurhooiwagen
Muurhooiwagen | |||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Opilio parietinus-dame | |||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||
| |||||||||||||
Soort | |||||||||||||
Opilio parietinus (De Geer, 1778)[1] Originele combinatie Phalangium parietinus | |||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||
|
De muurhooiwagen (Opilio parietinus) is een hooiwagen die in Eurazië en het Nearctisch gebied zeer algemeen voorkomt. Het is een echte cultuurvolger die veel wordt aangetroffen in kelders en schuren, en ook gewoon in huis. Het lichaampje is enigszins eivormig en wordt 5–8 mm groot. De langste poten halen een tienvoud daarvan. Het mannetje is geelachtig en het vrouwtje grijzig met een onduidelijk vlekkenpatroon over het midden van de bovenkant van het lijfje.
Concurrentie
[bewerken | brontekst bewerken]De erg op de muurhooiwagen lijkende Opilio canestrinii (soms "rode hooiwagen" genoemd), die oorspronkelijk uit het Apennijns Schiereiland komt, is de laatste twintig jaar aan een sterke opmars bezig, waardoor de inheemse muurhooiwagen en de eveneens verwante Opilio saxatilis sterk in de verdrukking zijn gekomen. Rond het begin van deze eeuw werd de soort in Nederland als waarschijnlijk uitgestorven beschouwd, maar in 2012 zijn op twee plaatsen toch nog populaties ontdekt in habitat-niches die kennelijk onaantrekkelijk zijn voor de concurrentie (koud, tochtig, donker?). Mogelijk is de soort dus nog op meer van dergelijke plekken terug te vinden.
Externe link
[bewerken | brontekst bewerken]-
Vrouwtje
-
Mannetje
-
Vervellend
-
Verveld - subadult
-
Juveniel
- ↑ Hallan J. (2005) Phalangiidae in Synopsis of the described Opiliones of the world