Overleg:Kabinet-Colijn I

Was dit niet het eerste kabinet in de Nederlandse geschiedenis dat viel? In "de nacht van de-een-of-andere-SGP'er" die het kabinet liet vallen vanwege een kwestie rondom de Heilige Stoel? Sietske | _Reageren? 1 jun 2005 18:40 (CEST)

Ah, dat was Gerrit Hendrik Kersten. Sietske | _Reageren? 1 jun 2005 18:51 (CEST)

Volgens het "handboek bij het onderwijs in geschiedenis op de lagere school en m.u.l.o door Fr. Vict. Claassen", tweede deel (na 1648), drukkerij van het R.K. Jongensweeshuis - Tilburg (tegenwoordig uitgeverij Zwijssen geheten), 1937, bladzijde 447, is het kabinet rondom het gezantschap bij het Vaticaan. Citaat uit het hiervoor genoemde boek: "891. "Ook de verkiezingen van 1925 leef de overwinning bij de coalitie: 54 rechts tegen 46 links. Het ministerie Ruys, dat al 7 jaren de regering had gevoerd, trad echter af en werd opgevolgd door het coalitie-cabinet Coijn, zo genoemd naar den krachtigen anti-rev. formateur. De verwachtingen op dit ministerie gebouwd, zijn niet vervuld, want reeds na enkele weken trad het af. Aanleiding daartoe was de vijandige houding van de Staats. Ger. Partij tegenover ons gezantschap bij het Vaticaan. De paus is en blijft souverein en beschikt over een zedelijke invloed als niemand ter wereld, zodat het in 1914 niet onmogelijk scheen, dat het Vaticaan een belangrijke invloed zou kunnen hebben op het karakter van de vrede na de oorlog. Omdat ook Nederlandse belangen daarbij betrokken konden zijn, had het ministerie Cort van der Linden in 1915 een tijdelijk gezant bij het Vaticaan genoemd. Na de wereldoorlog begreep minister van Karnebeek van hoe groot belang een gezant bij het Vaticaan voor Nederland is en wist daarom in de Kamer een meerderheid te vinden, die het tijdelijk gezantschap van 1915 veranderde in een permanent. Dat zat veel protestanten dwars. Het "protestants" Nederland een gezant bij het Vaticaan! Ondanks de waarschuwing van Dr. Nolens, den bekwamen leider van de katholieken in de Tweede Kamer, dat opheffing van het gezantschap door medewerking van de christ.-hist. aanleiding zou kunnen worden tot de verbreking van de coalitie, stemden de christ-hist. met de linkerzijde tegen; kath. en anti-rev. stemden vóór, maar hadden de minderheid, zodat door schuld van de christ.-hist. het gezantschap werd opgeheven. De coalitie was geëindigd. Na lang tobben was ten laatste een nieuw ministerie gevormd, het zaken-cabinet De Geer. Van christelijke wetgevingis bij zul een ministerie natuurlijjk geen sprake."

bronvermelding: "handboek bij het onderwijs in geschiedenis op de lagere school en m.u.l.o door Fr. Vict. Claassen", tweede deel (na 1648), drukkerij van het R.K. Jongensweeshuis - Tilburg (tegenwoordig uitgeverij Zwijssen geheten), 1937, punt/paragraaf 819 op bladzijde 447

Hierbij dient opgemerkt te worden dat rechts en links in die tijd een ander betekenis had dan tegenwoordig. De rechterzijde in de kamer waren de katholieken, anti-revolutionnairen en christelijk-historischen. De linkerzijde in de kamer werd gevormd door liberalen van allerlei schakering en socialisten.

bronvermelding: "handboek bij het onderwijs in geschiedenis op de lagere school en m.u.l.o door Fr. Vict. Claassen", tweede deel (na 1648), drukkerij van het R.K. Jongensweeshuis - Tilburg (tegenwoordig uitgeverij Zwijssen geheten), 1937, punt/paragraaf 803 op bladzijde 373