Prinses-van-Walesparkiet

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Polytelis alexandrae)
Prinses-van-Walesparkiet
IUCN-status: Gevoelig[1] (2022)
Prinses-van-Walesparkiet
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Aves (Vogels)
Orde:Psittaciformes (Papegaaiachtigen)
Familie:Psittaculidae (Papegaaien van de Oude Wereld)
Geslacht:Polytelis
Soort
Polytelis alexandrae
Gould, 1863
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Prinses-van-Walesparkiet op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Vogels

De prinses-van-Walesparkiet (Polytelis alexandrae) is een vogel uit de familie der Psittaculidae (papegaaien van de Oude Wereld). Het is een voor uitsterven gevoelige, endemische vogelsoort van West-Australië. De parkiet is vernoemd naar prinses Alexandra van Denemarken, die in 1863 trouwde met de toenmalige Prins van Wales.

Kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]

De vogel is 45 cm lang. De snavel is roze-rood met een geel puntje. De kruin en de nek zijn zachtblauw dat naar de mantel en bovenvleugel toe geleidelijk overgaat in olijfkleurig bruin. Onder de snavel heeft deze parkiet een rozekleurige bef, de rest van de borst en buik zijn vuilgeel tot grijs gekleurd. De rug en stuit zijn bleekpaars en de staart is licht grijsgroen met geel, rood, grijs en zwart in de buitenste staartpennen. Het vrouwtje is nog doffer van kleur en heeft een kleinere roze bef.[2]

Verspreiding en leefgebied[bewerken | brontekst bewerken]

De vogel komt voor in de droge gebieden van de binnenlanden van Australië. Het kerngebied ligt in het noorden en midden van de deelstaat West-Australië en in de Grote Victoriawoestijn. Het leefgebied bestaat uit zandige halfwoestijnen met verspreide graspollen en doornig struikgewas. Ze nestelen in bomen in de buurt van waterbronnen.[2]

Voortplanting[bewerken | brontekst bewerken]

Zoals bij vele parkietensoorten, maken ook deze dieren geen nest. Ze gebruiken holtes in de stam en de bast, 4 tot 10 meter boven de grond in een geschikte boom, meestal Eucalyptus camaldulensis. Daarin legt het vrouwtje 4 tot 6 witte eitjes. De eitjes worden in 21 dagen door het vrouwtje uitgebroed. De jongen worden door beide ouders gevoerd en vliegen na ongeveer 5 weken uit.[2]

Status[bewerken | brontekst bewerken]

De prinses-van-Walesparkiet heeft een beperkt verspreidingsgebied en daardoor is de kans op uitsterven aanwezig. De soort is altijd schaars in aantal geweest en tussen ongeveer 1850 en 1950 is het verspreidingsgebied met 50% afgenomen. De aantallen fluctueren sterk, maar volgens BirdLife International is er geen bewijs dat de aantallen sinds 1950 systematisch afnemen. Het aantal wordt geschat op vijfduizend volwassen individuen. Om deze redenen staat deze soort als gevoelig op de Rode Lijst van de IUCN.[1]