Mabel Wisse Smit

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Prinses Mabel van Oranje-Nassau)
Mabel Wisse Smit
Mabel Wisse Smit in 2011
Algemene informatie
Geboren 11 augustus 1968
Pijnacker
Nationaliteit Vlag van Nederland Nederland
Familie
Partner(s) prins Friso (20022013)
Kinderen Luana van Oranje-Nassau van Amsberg (2005)
Zaria van Oranje-Nassau van Amsberg (2006)

Mabel Martine Wisse Smit, geboren Mabel Martine Los, (Pijnacker, 11 augustus 1968), is een Nederlandse econome en politicologe. Ze is sinds 12 augustus 2013 weduwe van prins Friso van Oranje-Nassau van Amsberg, het tweede kind van de Nederlandse prinses Beatrix en prins Claus. Sinds haar huwelijk met Friso wordt Wisse Smit ook wel aangeduid met de titre de courtoisie Hare Koninklijke Hoogheid prinses Mabel van Oranje-Nassau. In het dagelijks leven hanteert zij de naam 'Mabel van Oranje'.[1]

Jeugd en studies[bewerken | brontekst bewerken]

Mabel Wisse Smit is de oudste dochter van Hendrik Cornelis (Henk) Los (1944–1978) en Florence Malde Gijsberdina Kooman (1944). Ze heeft een jongere zuster en een jongere halfzuster, voormalig hockeyster Eveline Wisse Smit, uit haar moeders tweede huwelijk. Toen Wisse Smit negen was, overleed haar vader tijdens een schaatstocht. Zijn buurman reed in een wak en toen haar vader hem wilde redden, viel hij erin en verdronk. Haar moeder hertrouwde met de bankier Peter Wisse Smit en Mabel nam later diens achternaam aan.

Na haar eindexamen aan het Gemeentelijk Gymnasium Hilversum studeerde ze economie en politicologie aan de Universiteit van Amsterdam. Ze liep stage bij de Verenigde Naties, Shell, het ministerie van Buitenlandse Zaken en ABN AMRO, en studeerde cum laude af. Wisse Smit spreekt Engels, Spaans en Frans en leerde voor haar werk op de Balkan Slavische talen.

Tijdens haar studie toonde Wisse Smit interesse in de rechten van de mens overal ter wereld. Na haar studie kreeg ze een baan bij de Verenigde Naties in New York. Daar specialiseerde ze zich in de Balkan. In 1995 was zij aanwezig bij de vredesconferentie in Dayton en speelde ze een actieve rol bij de totstandkoming van de akkoorden die een einde maakten aan de burgeroorlog in het voormalige Joegoslavië.

Carrière[bewerken | brontekst bewerken]

Van 1994 tot 1997 werkte zij voor de stichting European Action Council for Peace in the Balkans, waarvan zij ook medeoprichter was. De European Action, met onder meer Margaret Thatcher, Simon Wiesenthal en Valéry Giscard d'Estaing als leden, was een non-gouvernementele organisatie die zich inzette voor vrede, democratie en stabiliteit op de Balkan.

In 1995 was Wisse Smit met Willemijn Verloop medeoprichter van War Child Nederland, dat zich inzet voor kinderen in oorlogsgebieden. Wisse Smit had tot 1999 zitting in het bestuur van War Child. In 1997 werd Wisse Smit directeur van het Open Society Institute in Brussel, een stichtingennetwerk van de Amerikaanse filantroop George Soros dat bijdraagt aan het bevorderen van democratie, mensenrechten en de onafhankelijke rechtsstaat en het bestrijden van aids. De organisatie besteedt miljarden in Oost-Europa en ontwikkelingslanden. Wisse Smit is werkzaam in de Engelse vestiging van het Open Society Institute in Londen, waar ze International Advocacy Director is. In deze functie coördineert ze internationale activiteiten gericht op beleidsverandering: zowel langetermijnstrategie en financiën als kortetermijnmaatregelen, zoals voor Birma.[2]

Het Zwitserse World Economic Forum rekende haar tot de honderd Global Leaders for Tomorrow. Wisse Smit is lid van het wereldwijde Forum van Young Global Leaders, een denktank en lobbyclub die zich ten doel stelt mondiale problemen aan te pakken.

Van juli 2008 tot mei 2012 was zij directeur van The Elders, een club van "wijzen" in 2007 opgericht door Nelson Mandela, waarin verder onder anderen zitting hebben/hadden Desmond Tutu, Kofi Annan, Jimmy Carter, Muhammad Yunus en Aung San Suu Kyi.[1]

Op 30 mei 2015 sprak ze tijdens het jaarlijks gehouden Amsterdam Diner ter gedachtenis aan Joep Lange en zijn partner Jacqueline van Tongeren die omkwamen tijdens de ramp met Malaysia Airlines-vlucht 17.[3]

Huwelijk[bewerken | brontekst bewerken]

Friso en zijn gezin bij Paleis Het Loo
28 maart 2010

Bij de bijzetting van prins Claus op 15 oktober 2002 in de Nieuwe Kerk te Delft was Wisse Smit aan de zijde van prins Friso aanwezig, hoewel zij op dat moment officieel nog niet meer dan "een goede relatie" van het Koninklijk Huis was.

Op 30 juni 2003 werd haar verloving met prins Friso bekendgemaakt. Het huwelijk vond plaats op 24 april 2004 in Delft. Het werd sober gevierd in verband met het overlijden van de grootmoeder van Friso, prinses Juliana, een maand eerder op 20 maart. In de Oude Kerk in Delft zegende dominee Carel ter Linden het huwelijk in. Getuigen van de bruidegom bij de kerkelijke inzegening waren zijn beide broers, zijn vrienden Lodewijk Beijst en Dante Weijerman en zijn nichtje Sophie von der Recke, de dochter van de jongste zuster van prins Claus. Wisse Smit had als getuigen in de kerk haar zusters Eveline en Nicoline en haar vriendinnen Laurentien Brinkhorst, Willemijn Verloop en Andrea Knap-Kleekamp. Getuigen bij de voltrekking van het burgerlijk huwelijk waren respectievelijk prins Constantijn en Lodewijk Beijst, en Nicoline Wisse Smit en Andrea Knap-Kleekamp.[4]

Mabel droeg een jurk met strikken, een ontwerp van Viktor & Rolf, en de zonnestraaltiara, onderdeel van een sieradenset gemaakt door de Franse juwelier Mellerio in opdracht van koning Willem III voor zijn tweede echtgenote Emma.

Op 17 februari 2012 kwam Friso bij het skiën in het Oostenrijkse Lech onder een sneeuwlawine terecht. In comateuze toestand werd hij uit de sneeuw gehaald. Veel later vertoonde hij slechts tekenen van 'minimaal bewustzijn'. Op 12 augustus 2013 overleed hij op Paleis Huis ten Bosch aan complicaties ten gevolge van dit ongeval.

Gezin[bewerken | brontekst bewerken]

Mabel en Friso kregen twee dochters:

  • gravin Emma Luana Ninette Sophie (Luana) van Oranje-Nassau van Amsberg (26 maart 2005)
  • gravin Joanna Zaria Nicoline Milou (Zaria) van Oranje-Nassau van Amsberg (18 juni 2006)

Omdat Mabel en Friso zonder toestemming van de Staten-Generaal zijn gehuwd, zijn hun kinderen uitgesloten van troonopvolging.

Standpunten[bewerken | brontekst bewerken]

De Balkan[bewerken | brontekst bewerken]

In de periode dat Wisse Smit voor de European Action Council for Peace in the Balkans werkte, reisde zij veelvuldig naar Brussel, Den Haag, Wenen, Belgrado, Boedapest en het belegerde Sarajevo om de territoriale integriteit van Bosnië te bepleiten. Volgens het Srebrenicarapport van het NIOD was Wisse Smit als een van de weinigen in staat het Nederlandse regeringsbeleid te beïnvloeden. De vermeende crimineel Jotsa Jocić verklaarde tegen Vrij Nederland, dat de geheime dienst in Belgrado the flying Dutch lady: Wisse Smit, wilde laten ontvoeren. De beruchte oorlogsmisdadiger Arkan zou de operatie moeten uitvoeren, maar het hoofd van de geheime dienst bedacht zich op het laatste moment. Jocić' advocaat heeft de beweringen van zijn cliënt bevestigd.

Wisse Smit heeft met de Servische mensenrechtenactiviste Natasha Kandic ernstige kritiek geuit op de benadering van Servië door de Raad van Europa en de Europese Unie. Zij deden dit in mei 2007 in een in het Servische blad Politika gepubliceerd artikel, dat in Nederland overgenomen werd door NRC Handelsblad. Wisse Smit noemde met Kandic de maand mei van dat jaar een slechte maand voor de mensenrechten in Europa, omdat Servië voorzitter was geworden van de Raad van Europa en omdat de Europese Unie had laten weten het overleg met Servië over een toetreding op termijn te willen hervatten – zodra in Belgrado een hervormingsgezinde regering zou zijn gevormd. Wisse Smit en Kandic herinnerden eraan, dat het Internationaal Gerechtshof oordeelde dat Servië het bloedbad in Srebrenica in 1995 niet had voorkomen.

Dit stuitte echter op kritiek bij het Europees Maatschappelijk Middenveld in Servië. In een open brief gericht aan Wisse Smit schreef het, dat het opiniestuk het proces van europeanisering en democratisering geen goede dienst bewees.

H.M. van Randwijklezing en pamflet[bewerken | brontekst bewerken]

Wisse Smit is van mening dat media een bedreiging kunnen vormen voor de democratie. Dit verklaarde ze op 5 mei 2006 in haar H.M. van Randwijklezing in de Sint Jacobskerk te Vlissingen, tijdens het Bevrijdingsfestival 2006: Veel massamedia worden gedreven door oplages en kijkcijfers, en niet door een onbevangen kritische analyse, waarheidsvinding of eenvoudigweg het leveren van kwaliteit. Beeldvorming verdringt inhoud, waarschuwde ze. Massamedia spelen in de open samenleving een essentiële rol voor onze oriëntatie op de wereld en zijn van wezenlijk belang voor ons beeld van de werkelijkheid. Ik zet me hier al bijna vijftien jaar professioneel voor in. De lezing werd door de pers zelf met enige scepsis ontvangen, gezien haar eigen gekleurde relatie met de media.

Het pamflet In vrijheid blijven geloven, dat in maart 2007 onder de naam Mabel van Oranje werd uitgebracht, is een bewerking van de H.M. van Randwijklezing. In dit pamflet, uitgegeven bij Querido, hield Wisse Smit een pleidooi voor vrijheid en democratie, haar "grote zorg".

Controverses[bewerken | brontekst bewerken]

Affaire-Bruinsma ('Mabelgate')[bewerken | brontekst bewerken]

Nadat in juni 2003 haar verloving met prins (Johan) Friso was aangekondigd, kwam in de openbaarheid dat Wisse Smit in de periode 1989–1990 bevriend was geweest met drugsbaron Klaas Bruinsma. Het zou gaan om een liefdesrelatie. Hoewel het contact werd bevestigd, is een relatie altijd ontkend en had zij volgens de Rijksvoorlichtingsdienst tijdens hun contact geen kennis van Bruinsma's criminele bezigheden. Ze zou dit contact juist hebben verbroken toen zij hierachter kwam.

Dat Wisse Smit contact had gehad met Bruinsma was al in 2001 bekend bij de Binnenlandse Veiligheidsdienst, die de toenmalige minister-president Wim Kok in augustus van dat jaar had gemeld dat zij enige oppervlakkige zeilcontacten heeft gehad met de heer Bruinsma. Omdat die contacten slechts oppervlakkig zouden zijn geweest, zag Kok destijds geen reden tot ingrijpen. Volgens de wettelijke regels was een "beperkt antecedentenonderzoek" gedaan. Aangezien over een vriendschap van een studente met Bruinsma nooit was gepubliceerd en er ook geen stukken in de archieven lagen, kon de AIVD geen bezwaren vinden tegen Mabels aanwezigheid in de omgeving van de Koningin.[5]

Op 2 oktober 2003 zond misdaadjournalist Peter R. de Vries in zijn televisieprogramma een interview uit met Charlie da Silva, een voormalige lijfwacht van Bruinsma. Da Silva verklaarde dat Wisse Smit meerdere malen met Bruinsma zou hebben geslapen en dat Wisse Smit diens grote liefde zou zijn geweest. Wisse Smit liet al voor de uitzending via de RVD een ontkennende verklaring uitgaan, maar gaf impliciet toe dat zij met Bruinsma veel langer bevriend was geweest dan zij eerder had beweerd. Vrienden van Wisse Smit en tevens mensen uit de omgeving van Bruinsma, zoals Geurt Roos, een andere voormalige lijfwacht van Bruinsma, evenals de ex-vrouw van Bruinsma, en collega-zeiler Jochem Visser, steunden de lezing van Wisse Smit. Op 9 oktober verscheen in de Volkskrant een open brief, waarin elf buitenlandse vrienden van Wisse Smit, onder wie Bernard Kouchner, voormalig VN-gezant voor Kosovo en later Frans minister van Buitenlandse Zaken, haar werkgever George Soros en voormalig Eurocommissaris Emma Bonino het voor haar opnamen.

Standpunt regering[bewerken | brontekst bewerken]

Op 10 oktober 2003 maakte premier Jan Peter Balkenende bekend dat de regering geen toestemmingswet voor het voorgenomen huwelijk zou indienen bij de Staten-Generaal.[6] Deze toestemmingswet was nodig om Friso's recht op troonopvolging te behouden. Voor de Nederlandse monarchie was dit een unieke uitkomst: nog niet eerder werd een verzoek tot indienen van een toestemmingswet door de regering ingetrokken. Nu moest prins Friso kiezen tussen zijn aanstaande echtgenote en het recht op troonopvolging. Hij koos voor het huwelijk. Prins Friso maakte sinds de huwelijksdatum geen deel meer uit van het Koninklijk Huis, maar nog wel van de Koninklijke Familie. Friso en Mabel maakten in een televisie-interview echter duidelijk dat zij beschikbaar zouden blijven om koningin Beatrix, en na haar abdicatie ook Willem-Alexander en Máxima, te ondersteunen in hun representatieve taken.

Niet Wisse Smits vermeende liefdesrelatie met Klaas Bruinsma maakte parlementaire toestemming onmogelijk, maar het feit dat het paar, in de woorden van premier Balkenende, onvolledige en onjuiste informatie aan hem had verstrekt over de duur en de aard van de relatie. Wisse Smit had aan de premier verklaard dat zij Bruinsma slechts een enkele maal had ontmoet omdat zij beiden zeilden en dat ze het contact had verbroken zodra ze had vernomen dat Bruinsma in de onderwereld actief was. Later gaf ze tegenover de premier toe dat de contacten met Bruinsma langer hadden geduurd en intensiever waren geweest. Zij ontkende echter nog steeds dat ze een liefdesrelatie had gehad.

In een brief van prins Friso aan de premier van 9 oktober 2003 gaf het paar toe naïef en onvolledig te zijn geweest en bood het hiervoor zijn verontschuldigingen aan aan de koningin, de premier en de regering. Daarnaast benadrukten zij dat het de waarheid was dat er tussen Bruinsma en Wisse Smit noch zakelijke contacten waren, noch sprake was geweest van een liefdesrelatie. Bovendien was het haar volgens de brief pas na zijn dood in volle omvang duidelijk geworden met welke praktijken de heer Bruinsma zich werkelijk bezighield.

Interviews[bewerken | brontekst bewerken]

Op 19 april 2004 gaf het paar een televisie-interview, waarbij het herhaalde naïef te zijn geweest, maar geen werkelijke openheid van zaken gaf. In een later interview met Wisse Smit door Paul Rosenmöller werd haar, naar eigen zeggen voor het eerst, rechtstreeks gevraagd of zij een liefdes- of seksuele relatie met Bruinsma gehad had, waarop zij zeer stellig ontkende dat er ooit iets tussen hen gebeurd was. In mei 2006 gaf Mabel in een interview met NRC Handelsblad toe dat zij wel op de hoogte was geweest van Bruinsma's criminele activiteiten.

Boek De BV Bruinsma (2011)[bewerken | brontekst bewerken]

Bij het uitkomen van het boek De BV Bruinsma van misdaadjournalist Hendrik Jan Korterink kwam de 'Mabelgate-affaire' in een ander perspectief te staan. Haar betrokkenheid bij Bruinsma lijkt daarin inderdaad veel kleiner te zijn dan via de media werd gepresenteerd. Veel mensen uit de kringen van Bruinsma bevestigen dat het inderdaad slechts 'zeilcontacten' waren. Haar vriendin Ottolien was in feite de vrouw die de crimineel Charlie da Silva bedoelde. De Privé kopt: 'Prins Friso gaf recht op troon voor niets op'. Volgens het weekblad is het een raadsel waarom Friso en Mabel dit zelf nooit verteld hebben. 'Waarom zijn zij zelf niet naar buiten gekomen met hun kant van het verhaal?', zo wordt er afgevraagd.[7]

Mohammed Sacirbey[bewerken | brontekst bewerken]

In 1993 had Wisse Smit een relatie met Mohammed Sacirbey, op dat moment VN-ambassadeur van Bosnië en Herzegovina. Volgens het NIOD-rapport over de Val van Srebrenica werden Sacirbey en Wisse Smit door ambtenaren aangewezen als de enige twee personen buiten het Nederlandse politieke en ambtelijke circuit die invloed uitoefenden op het Nederlandse beleid ten aanzien van de Balkan.

In april 2012 vermeldde oud-BVD'er Frits Hoekstra in zijn memoires dat Wisse Smit volgens hem in de jaren negentig voor de Binnenlandse Veiligheidsdienst gewerkt moest hebben en haar toenmalige geliefde Sacirbey bespioneerde.

Overig[bewerken | brontekst bewerken]

Eind augustus 2007 kwam Wisse Smit in de publiciteit nadat uit gegevens van Wikiscanner was gebleken dat zij en Friso een wijziging hadden aangebracht in het artikel over haarzelf op de Engelstalige Wikipedia. Bij de omschrijving incomplete and false information, die ze zou hebben gegeven over haar relatie met drugsbaron Klaas Bruinsma, werden de woorden and false gewist. De Rijksvoorlichtingsdienst bevestigde de inmenging van het prinselijk paar.[8]

Op Mabel Wisse Smit geïnspireerde fictie[bewerken | brontekst bewerken]

  • In de speelfilm Cool! uit 2004 van Theo van Gogh heet het belangrijkste personage Mabel. Dit meisje van goede komaf, dat het spannend vindt om in gangsterkringen rond te hangen, werd gespeeld door Katja Schuurman. Hoewel het script van de film van eerder dateerde, werd de naam Mabel pas bedacht in de tijd dat de Nederlandse pers uitvoerig berichtte over het verleden van Wisse Smit.
  • Bert van der Veer: Het liefje van Oranje (2004). True fiction-roman over het leven van Mabel Wisse Smit na haar kennismaking met prins Friso en haar introductie aan het Nederlandse hof
  • De in 2005 verschenen misdaadroman Wij... van Jacob Vis speelt zich af rond een fictief Nederlands koningshuis. Een van de hoofdpersonen in het verhaal, Mary van Mourik, is vrij duidelijk gebaseerd op de persoon van Mabel Wisse Smit.
  • In 2007 maakte regisseur Peter de Baan de film De Prins en het Meisje naar een origineel scenario van Ger Beukenkamp. De film gaat over de aanloop naar het huwelijk van Wisse Smit met prins Friso en won Gouden Kalveren voor de acteurs Halina Reijn en Fedja van Huêt en voor het beste televisiedrama. In het najaar van 2007 werd de film in twee delen uitgezonden door een van de coproducenten, de VPRO.
  • In 2012 schreef Tomas Ross de faction (fictie vermengd met de werkelijkheid) -thriller Onze vrouw in Tripoli, waarin Mabel van Oranje een rol speelt.

Onderscheidingen[bewerken | brontekst bewerken]

Publicaties[bewerken | brontekst bewerken]

  • In vrijheid blijven geloven, pamflet, 2007, onder de naam Mabel van Oranje, uitgeverij Querido BV, ISBN 9789021476537

Trivia[bewerken | brontekst bewerken]

In 2018 bedraagt haar vermogen 240 miljoen euro. De herkomst van haar vermogen is een belang in betaalbedrijf Adyen. Bij de beursgang in 2018 werd haar belang, tegen de introductiekoers, 131 miljoen euro waard.[10][11]

Zie de categorie Princess Mabel of Orange-Nassau van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.