Prolacerta

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Prolacerta
Status: Uitgestorven
Fossiel voorkomen: Vroeg-Trias
Prolacerta broomi
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Reptilia (Reptielen)
Onderklasse:Diapsida
Infraklasse:Archosauromorpha
Orde:Prolacertiformes
Familie:Prolacertidae
Geslacht
Prolacerta
Parrington, 1935
Typesoort
Prolacerta broomi
Schedel van Prolacerta
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Herpetologie

Prolacerta[1][2] is een geslacht van uitgestorven Archosauromorpha uit het Vroeg-Trias van Zuid-Afrika en Antarctica. De enige bekende soort is Prolacerta broomi. De geslachtsnaam Prolacerta is afgeleid van het Latijn en betekent 'vóór de hagedis' en de soortaanduiding broomi is ter nagedachtenis aan de beroemde paleontoloog Robert Broom, die veel van de fossielen ontdekte en bestudeerde die werden gevonden in rotsen van de Karoosupergroep. Toen het voor het eerst werd ontdekt, werd Prolacerta beschouwd als de voorouder van moderne hagedissen, wetenschappelijk bekend als Lacertilia. Uit een onderzoek van Gow (1975) bleek echter dat het meer overeenkomsten deelde met de tak die zou leiden tot archosauriërs zoals krokodilachtigen en dinosauriërs (inclusief vogels). Prolacerta wordt door moderne paleontologen beschouwd als een van de naaste verwanten van de Archosauriformes.

Beschrijving[bewerken | brontekst bewerken]

Prolacerta was een klein reptiel dat leefde tijdens het Indien en Olenekien van het Vroeg-Trias. Prolacerta is misschien wel de best vertegenwoordigde stam-archosauriform, met tal van goed bewaarde exemplaren die zijn ondergebracht in verschillende onderzoeksinstellingen in Zuid-Afrika, Europa en in de Verenigde Staten. Aangezien de schedels van volwassen exemplaren tussen de acht en tien centimeter lang waren, werd Prolacerta beschouwd als een klein, hagedisachtige dier. Verschillende craniale en postcraniale kenmerken onderscheiden Prolacerta echter van hagedissen en tonen in plaats daarvan aan dat het een vroeg familielid is van kroon-archosauriërs. Enkele van deze opvallende kenmerken zijn langwerpige halswervels met langwerpige, verdikte doornuitsteeksels, die Prolacerta een ietwat langwerpige nek en een breed scala aan flexibiliteit gaven. Craniale kenmerken omvatten thecodonte tanden, dus geplaatst in tandkassen, een kenmerk dat wordt waargenomen bij alle voorouders van kroon-archosauriërs, die puntig en kegelvormig waren.

Prolacerta was waarschijnlijk een kleine, actieve, landbewonende carnivoor of insecteneter vanwege zijn kegelvormige tanden die alle ongeveer dezelfde grootte en vorm bezitten. Prolacerta wordt beschouwd als een viervoeter, hoewel er een mogelijkheid is dat hij meestal tweevoetig was tijdens hoge activiteit, omdat zijn achterpoten groter en langer zijn dan zijn voorpoten. Er is een hypothese dat Prolacerta in staat was tot craniale kinese, beweeglijkheid van de snuit ten opzichte van het achterhoofd, hoewel onderzoek naar dit mogelijke kenmerk van Prolacerta geen uitsluitsel geeft.

Onderzoeksgeschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Prolacerta werd voor het eerst beschreven in 1935 door Francis Rex Parrington uit een enkele schedel, holotype UMZC 2003.40, die werd gevonden in de buurt van het stadje Middelburg, in de Oost-Kaap van Zuid-Afrika. Het fossiel werd teruggevonden uit een ontsluiting van gesteente uit de Katberg-formatie in de Lystrosaurus-assemblagezone. Toen Parrington het eerste Prolacerta-fossiel beschreef, werden de vroege evolutionaire verwantschappen van archosauriërs zelfs nog slechter begrepen dan ze momenteel zijn. Vanwege zijn kleine formaat en hagedisachtige uiterlijk plaatste Parrington Prolacerta vervolgens tussen basale younginiden en moderne hagedissen. De classificatie van Prolacerta door Parrington werd decennialang aanvaard, onder meer door de paleontoloog Charles Lewis Camp die verder onderzoek deed naar Prolacerta.

Pas nadat er door Gow in Zuid-Afrika meer Prolacerta-fossielen waren gevonden, werd er meer diepgaand onderzoek gedaan naar dit dier. In de jaren 1970 werd de nauwe band tussen Prolacerta en kroon-archosauriërs voor het eerst geopperd, wat leidde tot talrijke fylogenetische analyses die vanaf de jaren 1980 werden uitgevoerd op Prolacerta en andere stamarchosauriërs. In 1978 werden talrijke vondsten gemeld uit Antarctica.

Classificatie[bewerken | brontekst bewerken]

Aanvankelijk werd aangenomen dat hij de voorouder was van de hagedissen, maar later werd Prolacerta door Gow (1975) geïdentificeerd als een archosauromorf. Gow plaatste het in een groep die bekend staat als de Prolacertiformes, die ook protorosauriërs bevatte, zoals Protorosaurus, Macrocnemus en de tanystropheiden met lange nek. Macrocnemus en een paar andere prolacertiformen waren verbonden met Prolacerta in de familie Prolacertidae. Latere studies, beginnend met Dilkes (1998), hebben het concept van Prolacertiformes echter opgesplitst, waarbij protorosauriërs nabij de basis van Archosauromorpha zijn geplaatst en Prolacerta veel dichter bij Archosauriformes ligt. Prolacertidae werd ook gesplitst door deze herbeoordeling, met Macrocnemus nu beschouwd als een tanystropheide. Momenteel is Prolacertidae beperkt tot Prolacerta en zijn naaste Australische neef Kadimakara. Prolacertiden worden met vertrouwen beschouwd als archosauromorfen binnen de clade Crocopoda, samen met de Allokotosauria, rhynchosauriërs en archosauriformen.

Het volgende cladogram is gebaseerd op een grote analyse van archosauriformen gepubliceerd door MD Ezcurra in 2016:

Sauria

Choristodera



Lepidosauromorpha


 Archosauromorpha 


Aenigmastropheus




Protorosaurus




Tanystropheidae


 Crocopoda 
Allokotosauria

Pamelaria




Azendohsaurus



Trilophosaurus






Rhynchosauria



Prolacertidae

Kadimakara



Prolacerta





Tasmaniosaurus



Archosauriformes