Represaille in Doniaga

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Represaille in Doniaga
Het gedenkteken naast de voordeur van boerderij in Doniaga ter nagedachtenis aan de fusillade
Plaats Doniaga
Coördinaten 52° 54′ NB, 5° 45′ OL
Datum 17 maart 1945
Locatie Wielwei 21
Oorzaak Fusillade
Doden 10
Represaille in Doniaga (Friesland)
Represaille in Doniaga
Portaal  Portaalicoon   Geschiedenis‎
De boerderij te Doniaga in 2021
Gevangenis bij Crackstate in 1968

De Represaille in Doniaga was een gebeurtenis in de Friese plaats Doniaga aan het einde van de Tweede Wereldoorlog waarbij op 17 maart 1945 tien gevangenen werden gefusilleerd.

Actie[bewerken | brontekst bewerken]

In de boerderij van de familie Schotanus aan de Wielwei in Doniaga werd in 1945 op 15 maart[1] of 16 maart[2] een koe geslacht door Frans Spijkerman. Er waren leden van de Binnenlandse Strijdkrachten aanwezig. De Duitse Paul Platt en de Nederlandse Foppe Kootstra besloten tijdens een voedseltocht op de fiets de boerderij te bezoeken. Ze namen vlees mee en de slachter als gijzelaar. De leden van het verzet besloten om de achtervolging in te zetten. Tijdens een vuurgevecht werden Platt en Kootstra gedood.

Represaille[bewerken | brontekst bewerken]

Als represaille staken de Duitsers de boerderij in brand en werden tien verzetsmensen op het erf van de boerderij gefusilleerd. Zij waren eigenlijk vanuit de Heerenveense gevangenis bij Crackstate op transport gezet richting Amersfoort. De lichamen moesten een dag blijven liggen.[2]

Slachtoffers[bewerken | brontekst bewerken]

  • Jelle Boersma
  • Hotze Brouwer
  • Wiepke Hof
  • Jeen Hornstra
  • IJde Yntema
  • Roelof Knol
  • Albert Koopman
  • Thomas Kuurstra
  • Durk de Ruiter
  • Siebe de Ruiter

Gedenktekens[bewerken | brontekst bewerken]

  • Gevelsteen in de boerderij te Doniaga die in 1948 werd herbouwd.[1]
  • De namen van de tien slachtoffers staan op het oorlogsmonument in het dorp Sint Nicolaasga.[3][4][5]
  • Op het Oorlogsmonument Heerenveen staat de naam van Jelle Boersma.
  • Herdenkingsmonument in Hemelum. Een van de twee aluminium buizen stelt IJde Yntema voor.[6]